5.2 Regionale verschillen

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 4

Welkom!

Telefoon in de tas :)

Zitten volgens de plattegrond

Planning

- Huiswerk check 5.1 opdrachten 1 t/m 7

- Herhaling 5.1

- Lesdoelen 

- Uitleg 5.2

- Aan de slag!

Herhaling 5.1 'Bevolkingsgroei in Duitsland'

• Vraag 1: Waar is de ontgroening sterker? Nederland of Duitsland? Waarom?

• Vraag 2: In welke fase van het demografisch transitiemodel groeit de bevolking het hardst?

• Vraag 3: Welke vier migranten groepen heeft Duitsland?

Lesdoelen

• Aan het einde van de les weet je waar de krimp- en groeiregio's van Duitsland liggen.
• Aan het einde van de les kan je uitleggen waarom daar krimp- en groeiregio's zijn. 
• Aan het einde van de les ken je de begrippen: Afstotingsfactor en aantrekkingsfactor 

Regionale verschillen 

In grote delen van Oost-Duitsland krimpt de bevolking. 

• Waarom? In de periode na de WOII bestond Duitsland uit 2 staten:

• Oost-Duitsland: communistisch, dictatuur, lage welvaart

• West-Duitsland: kapitalistisch, democratisch, hoge welvaart

Twee staten 

Regionale verschillen 

- 1989: Oost-Duitsland en West-Duitsland werden herenigd.

Grote regionale verschillen:

• Westen: Modern en rijk
• Oosten: Vervallen en arm 

Gevolgen:

- Platteland in het oosten snelle modernisering

• Nieuwe machines = minder werknemers dus veel werkloosheid

- Steden in het oosten: fabrieken kunnen concurrentie niet aan 

• Verdwijnen industrie betekent werkloosheid 
• Jonge mensen vertrokken -> Oost-Duitsland sterke vergrijzing

Krimp in Oost-Duitsland 

Regionale verschillen 

Krimp en groei

Krimp en groei wisselen elkaar af in Duitsland. 

- Bevolkingskrimp:

     - In oude industriegebieden (Ruhrgebied,       Saarland)

     - In plattelandsgebieden 

• Belangrijke afstotingsfactor (reden om weg te gaan) = gebrek aan werk

Regionale verschillen 

Krimp en groei

- Bevolkingsgroei: In een aantal stedelijke gebieden

     - München en omgeving

     

• Belangrijke aantrekkingsfactor (reden om erheen te gaan) 

1. Moderne industrie (auto-industrie)
2. Diensten sector 

Lesdoelen

• Aan het einde van de les weet je waar de krimp- en groeiregio's van Duitsland liggen.
• Aan het einde van de les kan je uitleggen waarom daar krimp- en groeiregio's zijn. 
• Aan het einde van de les ken je de begrippen: Afstotingsfactor en aantrekkingsfactor 

Lezen 5.2 

- 1, 2, 5, 6 en 7 

- Zelfstandig 

- Tot aan het einde van de les

Klaar? Nakijken hoofdstuk 4