1A1 Tyfoons

Paragraaf 4
Klas 1A1
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Paragraaf 4
Klas 1A1

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?
Behandelen: Orkanen
Werkvorm
Bezig met huiswerk

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
- Je weet hoe een orkaan ontstaat en wat de werking is;
- Je weet wat de menselijke, economische en landschappelijke gevolgen zijn van een orkaan

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Wat is een orkaan?
> Orkaan = tropische storm met minimaal windkracht 12.​
     tyfoon / taifoen, cycloon, hurricane​​
  Ze ontstaan aan einde zomer boven opgewarmd zeewater​
.
       - doorsnede 500 tot 1.500 km​
       - duurt gemiddeld 5-10 dagen
     Japan 2018: 30 tropische stormen, 10 orkanen​

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Schade Jebi
Jebi veroorzaakte veel schade:​
      - doden en gewonden​
      - schade aan gebouwen, auto’s en infrastructuur​
      - stroomstoringen​
      - stormvloed met overstromingen
> Jebi: orkaan met zware buien en enorme windstoten.​

Slide 7 - Tekstslide

Kenmerken
 Kenmerken van orkanen die leiden tot veel ​
      slachtoffers en schade:​
​ • Hoge windsnelheden. ​ 
       - Schaal van Saffir-Simpson ​
      -> begint waar schaal van Beaufort stopt​
​ 

• Hevige regenval die overstromingen en ​
      aardverschuivingen veroorzaakt.​



• Hoge golven door de harde wind ​
      veroorzaken overstromingen.​

Hoge golven door de harde wind ​
      veroorzaken overstromingen.​

Slide 8 - Tekstslide

Controle leerdoelen
- Je weet hoe een orkaan ontstaat en wat de werking is;
- Je weet wat de menselijke, economische en landschappelijke gevolgen zijn van een orkaan

Slide 9 - Tekstslide

Werkvorm: Opdracht 7 uit je werkboek
Stap 1: Lees in je tweetal opdracht 7 uit je werkboek.
Stap 2: Verzin per tweetal VIER waar/niet waar vragen en noteer deze op een blaadje. Gebruik hierbij je Basisboek en je leerboek. Je hebt hier 10-15 minuten de tijd voor.
Stap 3: Steek je vinger op als je klaar bent. Zodra iedereen klaar is gaan we elkaars vragen beantwoorden.

Slide 10 - Tekstslide

Huiswerk: paragraaf 4 opdracht 2, 3 & 4

Slide 11 - Tekstslide