1. Frankrijk vóór de Franse Revolutie

Tijd van Pruiken en revoluties (1700-1800)
1. Frankrijk vóór de revolutie
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Tijd van Pruiken en revoluties (1700-1800)
1. Frankrijk vóór de revolutie

Slide 1 - Tekstslide

WELKOM
1. Introductie
2. opfrissen
3. Franse standenmaatschappij

Slide 2 - Tekstslide

Wie was in de 18de eeuw de machthebber in Frankrijk
A
het parlement
B
de kerk
C
de koning
D
de adel

Slide 3 - Quizvraag

De koning is dus de machtigste in de 18de eeuw in Frankrijk. Welke term hoort bij zijn macht?
A
democratie
B
absolutisme
C
feodalisme
D
paternalisme

Slide 4 - Quizvraag

Waar zetelt de koning van Frankrijk
A
In Versailles, bij Parijs
B
Overal en nergens in Frankrijk, hij trok rond
C
In Reims, bij de kathedraal

Slide 5 - Quizvraag

De koning zetelt dus in Versailles bij Parijs. Welk begrip hoort hier bij?
A
Absolutisme
B
centralisme
C
feodalisme
D
horigheid

Slide 6 - Quizvraag

De samenleving van Frankrijk in die tijd:
A
was democratisch
B
bestond uit drie standen
C
bestond uit vooral ridders en boeren

Slide 7 - Quizvraag

Frankrijk: Lodewijk XVI

Slide 8 - Tekstslide

De standensamenleving in Frankrijk

Slide 9 - Tekstslide

0

Slide 10 - Video

Franse standenmaatschappij
  • Frankrijk standenmaatschappij
  1. Eerste stand geestelijken (personeel kerk)
  2. Tweede stand (koning en adel)
  3. Derde stand boeren en burgers

Slide 11 - Tekstslide

Standenstaat. Eerste- en tweede stand allerlei voorrechten
  • Koning absoluut vorst
  • Alleen leden van adel konden de hoge banen krijgen in het leger en als ambtenaar.
  • Eigen rechtsspraak voor geestelijken en adel (werden minder streng gestraf voor dezelfde misdaden).
  • Derde stand verdiende het minste, maar betaalde grootste gedeelte van de belasting (soms 70% van het inkomen).

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

wie ben jij? 

1. Lodewijk XVI van Bourbon (Koning van Frankrijk)
2. Bernard René Jourdain (Markies van Launay)
3. Charles Maurice de Talleyrand (Bisschop van Autun)
4. Maximilien Robespierre (Advocaat)
5. Albert Soubol (Boer)
6. Antoine Lavoisier (Scheikundige)
7. Charles-Alexandre de Calonne (Jonkheer en minister van Financiën)
8. Dominique de la Rochefoucauld (Abt van Cluny)
9. Napoleon Bonaparte (Korporaal in het leger)
10.Jean-Pierre Ridiclu (Pruikenmaker)
11.Michelle Vovelle (Handelaar en schipeigenaar)
12.Jacques Preservatif (Hertog van Condom)
13.Florin Cobban (Priester)
14.Francois Boulanger (Bakker)
15.Jean-Paul Marat (Schrijver en journalist)

Slide 14 - Tekstslide

probleem!!!!!
het geld van de koning is op!
De koning ropet de standen bijeelkaar in een bijeenkomst van de Staten-Generaal.
Voor het eerst in 175 jaar....

Wat zou jij wensen??????

Slide 15 - Tekstslide

opdrachten
Hoofdstuk 2, paragraaf 1
4, 5, 6, 8, 9, 10, 11

Slide 16 - Tekstslide

De drie standen

Slide 17 - Tekstslide