Taaltaak: Hoe was je dag?

Hoe was je dag?
= Wat heb je vandaag allemaal gedaan?
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2Secundair onderwijs

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Hoe was je dag?
= Wat heb je vandaag allemaal gedaan?

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik heb gewandeld.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik heb gewinkeld.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

een museum
Ik heb een museum bezocht.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik heb pizza gegeten.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik heb met mijn vrienden iets gedronken .

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik heb gegamed.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik heb gelachen.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik heb een film gekeken.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik heb gezwommen.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik heb foto's gemaakt.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik heb gevoetbald.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik heb gefietst.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik ben naar school geweest/gegaan.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik ben met de trein naar Antwerpen geweest/gegaan.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik heb mijn vrienden gezien./ Ik heb met mijn vrienden afgesproken.

Slide 16 - Tekstslide

Ik heb mijn vrienden gezien. OF Ik heb met vrienden afgesproken. OF Ik heb met vrienden gepraat.
Ik heb Nederlands gepraat./ Ik heb met mijn vriend gepraat.

Slide 17 - Tekstslide

Ik heb mijn vrienden gezien. OF Ik heb met vrienden afgesproken. OF Ik heb met vrienden gepraat.
Wat heb jij vorig weekend gedaan?
(Ik heb ... / Ik ben ...)

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat heb jij vandaag al gedaan?
(Ik heb ... / Ik ben ...)

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat heb jij gisteren gedaan?
(Ik heb ... / Ik ben ...)

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies