Op 20 november vieren we wereldwijd de 35e Internationale Dag voor de Rechten van het Kind.
Het Kinderrechtenverdrag is een internationaal verdrag over de rechten van kinderen. Het werd op 20 november 1989 goedgekeurd door de Verenigde Naties en ging officieel in op 2 september 1990.
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2
In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Verdrag van de Rechten van het Kind
Kinderrechten in het Licht van Literatuur
Op 20 november vieren we wereldwijd de 35e Internationale Dag voor de Rechten van het Kind.
Het Kinderrechtenverdrag is een internationaal verdrag over de rechten van kinderen. Het werd op 20 november 1989 goedgekeurd door de Verenigde Naties en ging officieel in op 2 september 1990.
Slide 1 - Tekstslide
Kinderrechten in het Licht van Literatuur
Leerdoelen lessenserie
Je leert kinderrechten herkennen in boeken en verhalen en begrijpt wat ze betekenen.
Je gaat met elkaar in gesprek over belangrijke thema's en hoe deze in boeken en verhalen naar voren komen.
Je ontdekt hoe literatuur helpt om belangrijke thema’s zoals kinderrechten zichtbaar te maken.
Je kunt beschrijven en onder woorden brengen welke reacties verhalen bij je oproept en of je nieuwe inzichten krijgt over jezelf, anderen en het leven.
Slide 2 - Tekstslide
Kinderrechten in het Licht van Literatuur
Slide 3 - Tekstslide
Kinderrechten in het Licht van Literatuur
1
2
3
4
5
6
Maak groepjes van 4
Slide 4 - Tekstslide
Kinderrechten in het Licht van Literatuur
In dialoog met elkaar over literatuur en verhalen:
Groepjes van 4
Gespreksafspraken
EHBL-kaart
Slide 5 - Tekstslide
Kinderrechten in het Licht van Literatuur
Slide 6 - Tekstslide
Kinderrechten in het Licht van Literatuur
Schrijf voor jezelf op je werkblad (INDIVIDUEEL):
Wat is je eerste reactie op het fragment?
Wat raakte je het meest?
Welke vragen roept het fragment bij je op?
timer
5:00
Slide 7 - Tekstslide
Kinderrechten in het Licht van Literatuur
timer
25:00
Elke groep gaat aan de slag met het werkboek.
Verdeel de rollen:
Iemand leest de vragen voor
Iemand noteert de antwoorden
Iemand zoekt informatie op internet
Iemand houdt de gespreksafspraken in de gaten (EHBL-kaart)