Criminaliteit les 3

1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide


Ik zit klaar voor de les:

  • Mijn spullen liggen op tafel (boek, pen, papier, laptop).
  • Mijn telefoon zit in de telefoontas
  • Mijn oortjes zitten in mijn tas.
  • Mijn jas hangt aan de kapstok.
  • Ik heb geen pet of capuchon op.
  • Ik heb geen eten of drinken meer bij mij.

Slide 2 - Tekstslide

Criminaliteit
Wat is criminaliteit? 
Hoe wordt iemand een crimineel?

Slide 3 - Tekstslide

Planning van de komende weken en de opdracht 
  • Les 1 planning en vragenlijst
  • Les 2 :Introductie over criminaliteit
  • Les 3 & 4: Wat zijn goede interview vragen
  • Les 5: Interviewen ex-crimineel 
  • Les 6: Hoe kijk ik er nu tegenaan 
  • Les 7 + 8: Verslag schrijven/podcast of vlog maken waarin je uitlegt wat je hebt geleerd over "Hoe word ik een crimineel"

Slide 4 - Tekstslide

Terugblik
De vorige les hebben we geleerd over:
wetten
fatsoensnormen
tijdgebonden regels
plaatsgebonden regels

Slide 5 - Tekstslide


Fatsoensnormen zijn...
A
geschreven regels
B
ongeschreven regels

Slide 6 - Quizvraag


Wetten zijn...
A
geschreven regels
B
ongeschreven regels

Slide 7 - Quizvraag


Het verschil tussen een overtreding en een misdrijf is dat een overtreding minder ernstig is. Meestal krijg je daar alleen een bekeuring voor. De hoogte van de bekeuring is afhankelijk van de ernst van de overtreding.
A
waar
B
niet waar

Slide 8 - Quizvraag


Een voorbeeld van een overtreding is dronken achter het stuur zitten, want hiervoor krijg je alleen een bekeuring.
A
waar
B
niet waar

Slide 9 - Quizvraag

Leerdoel
Aan het eind van deze les :
  1. weet ik het verschil tussen een open vraag en een gesloten vraag
  2. wat het doel is van een startvraag
  3. welke 3 doelen doorvragen hebben

Slide 10 - Tekstslide

De kunst van een goed interview

Slide 11 - Tekstslide

Waar denk je aan bij het woord interview?

Slide 12 - Woordweb

Slide 13 - Video


Vond je het eerste interview een goed interview?
A
ja
B
nee

Slide 14 - Quizvraag


Wat ging er mis bij het tweede interview?

Slide 15 - Open vraag

Zoals je hebt gezien is het belangrijk om bij een interview goede vragen te stellen

Slide 16 - Tekstslide

1. Eerst bedenk je wat het doel is van je interview
Wil je informatie over een onderwerp krijgen?

of

Wil je iemands mening over een onderwerp horen?

Slide 17 - Tekstslide

2. Bedenk een startvraag
 
Een startvraag -> stel de geïnterviewde op zijn/haar gemak!

Slide 18 - Tekstslide

3. Daarna bedenk je de hoofdvragen
 
Welke vragen stel je? -> Vragen moet naar je doel (info / mening) leiden

In welke volgorde stel je de vragen? -> Vragen stel je in een logische volgorde

Slide 19 - Tekstslide

Er zijn 2 soorten vragen
-> open vraag

-> gesloten vraag

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video


Dit zijn voorbeelden van
A
open vragen
B
gesloten vragen

Slide 22 - Quizvraag

De gesloten vraag 
Een gesloten vraag is een vraag waarop de ander alleen kan antwoorden met één antwoord, vaak zijn deze antwoorden ‘ja’ of ‘nee’. 

Gesloten vragen zijn handig om te gebruiken wanneer je  specifieke informatie wilt.  Voorbeelden:
  • Krijg ik morgen een reactie?
  • Zijn we het eens met deze beslissing?
  • Bent u tevreden over de diensten die wij leveren?
  • Is dat je eigen stad?

Slide 23 - Tekstslide

De open vraag
Een open vraag is een vraag waar iemand uitgebreid op kan antwoorden
Je nodigt je gesprekspartner uit om veel informatie te geven. 
Ze vragen vaak naar het wat, waar, wie, waarom, waarmee en het hoe. 
Voordelen: De vragen leveren veel informatie op.

Voorbeelden:
  • Waarom lijkt het je leuk om verkoper te worden?
  • Hoe vond je het om in de gevangenis te zitten?
  • Wat voor soort gedrag toonde de klant?
  • Wat was je reactie?

Slide 24 - Tekstslide

En doorvragen
Als het antwoord niet duidelijk is of het is heel kort -> Vraag door!

Er zijn 3 soorten doorvragen:
  1. verduidelijkingsvragen: als je niet helemaal begrijpt wat hij/zij bedoelt (wat bedoel je met...?)
  2. meningsvragen: als je meer over zijn/haar mening wilt weten (waarom vind jij dat...?)
  3. vragen om een voorbeeld: een voorbeeld maakt het vaak in 1x duidelijk (kun je een voorbeeld geven van...?)

Slide 25 - Tekstslide

Even kennismaken met de ex-gedetineerde die we gaan interviewen

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Video

Bedenk 5 tot 10 vragen voor de persoon die we gaan interviewen
  1. Wat wil je weten over die persoon? -> doel!? (info of zijn mening)
  2. Bedenk een goede startvraag -> zodat hij zich welkom voelt
  3. Bedenk 3-5 goede hoofdvragen bij jouw doel -> open vragen
  4. Bedenk ook vast hoe je door kunt vragen -> vraag om voorbeelden, uitleg over zijn mening en verduidelijkingsvragen

Slide 28 - Tekstslide

Aan de slag!


timer
10:00

Slide 29 - Tekstslide

wat vinden experts een goed interview?

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Video


Evaluatie:
  1. Wat vond je van deze les?
  2. Wat heb je geleerd over interviews?
  3. Hoe ging het vandaag in de les?

Slide 32 - Tekstslide

Huiswerk:


Zorg dat je goede vragen hebt om in de volgende les te stellen aan de ex-crimineel die op school komt

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide