Lesweek 6 W3

Wonen en huishouden
                      W3
Lesweek 6
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Wonen en huishouden
                      W3
Lesweek 6

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
  • Aan het einde van de les weet je hoe je een bed moet opmaken
  • Aan het einde van de les weet je hoe je een ruimte moet schoonmaken

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Programma
  • Terugblik vorige les
  • Theorie les 
  • Zelfstandig werken

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekent de afkorting HDL?

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Zet de 1e vijf stappen van het Wasproces in de goede volgorde
1
2
3
4
5
Vuile was sorteren: soort was, kleur & wastemperatuur
Drogen: wasdroger of wasrek
Wassen: machinaal of met de hand
Vuile was verzamelen 
Voor behandelen van vlekken of extreem vervuilde was

Slide 5 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekenen de volgende wassymbolen?
Bleken
Wassen
Wasdroger

Slide 6 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Theorie les 
Pak je aantekeningen/notities erbij

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Elke dag:
- Raam open zetten (voor ventilatie)
Sla het dekbed terug en laat zo het beddengoed en matras eerst een half uurtje luchten. 
Maak daarna je bed op. 
- Ruim losse spullen zoals sieraden, tijdschriften, make-upartikelen of kleding op waar ze horen.
Slaapkamer schoonmaken

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Eens per week of twee weken op een vaste dag:
- Verschoon het bed. Was het beddengoed op 60°C, daar kan huisstofmijt niet tegen.
- Neem stof af van alle horizontale oppervlakken zoals kastjes en bijzettafeltjes, evenals van alle losse dingen als fotolijstjes of een televisie. 
Neem de deurknoppen en lichtknopjes af met een vochtig schoonmaakdoek.
- Maak de vloer schoon, nadat je het bed weer heb opgemaakt. 
Slaapkamer schoonmaken

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bed inventaris:
- molton
- hoeslaken
dekbedovertrek
kussenslopen
- Sprei


Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bed inventaris:
- molton, dat is een weefsel van zachte, geruwde, dikke katoenen stof dat je matras beschermt en dat goed te wassen is; 
- hoeslaken om het matras heen, dat is het onderlaken; 
dekbedovertrek over het dekbed heen; 
kussenslopen om het kussen heen, meestal twee per kussen; 
eventueel daaroverheen nog een sprei tegen het stof.

Leg het uit einde van de dekbedovertrek niet te strak onder je matras,  je voeten hebben namelijk ruimte nodig. Anders zou je Spitvoeten kunnen krijgen
Een spitsvoet is een afwijking aan de enkel, waarbij de voet altijd de stand heeft alsof iemand op zijn tenen loopt. 
Zo strak mogelijk

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schoonmaken

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een duitse chemicus die een theorie heeft bedacht om vuil te verwijderen.
De cirkel van Sinner

Actie en beweging
Tijd (schoonmaakmiddel laten inwerken)
Temperatuur (warm of koud)
Chemie (juiste schoonmaakmiddel)

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schoonmaken en onderhouden van de woonomgeving
Vuil is in vier groepen in te delen:
- losliggend vuil: zakdoekjes, lege blikjes, stof, zand en haren van huisdieren of mensen; 
-licht gehecht of aangekleefd vuil: ‘verse vlekken’ zoals modder, vieze vingers, koffievlekken, vruchtensapvlekken; 
- sterk gehecht of ingedrongen vuil: ‘oude vlekken’ zoals bloed, roest en kauwgom; 
- onzichtbaar vuil: micro-organismen.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schoonmaken en onderhouden van de woonomgeving
Er zijn vier schoonmaakmethoden:
- Droog schoonmaken, bijvoorbeeld met een droge doek, stofzuiger, stofwisser of bezem.
- Klamvochtig schoonmaken, bijvoorbeeld met een iets vochtige of vettige doek of een doek waarin schoonmaakmiddel is verwerkt. 
- Nat schoonmaken, bijvoorbeeld met water, meestal gecombineerd met een reinigingsmiddel (soppen). 
- Desinfecteren: dat doe je om micro-organismen te verwijderen. 

Meestal reinig je eerst droog, klamvochtig of nat op de gewone manier, daarna desinfecteer je als dat nodig is.

De algemene geldende kleurcodes schoonmaak zijn als volgt:
Wit: Algemeen        Blauw: Interieur         Rood: Sanitair       Groen: Vloeren   
Geel: Keuken/desinfectie

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schoonmaken en onderhouden van de woonomgeving
Met de schoonmaakmiddelen kan je mee:  
Ontvetten -> alkaltisch (soda en ammonia)
Ontkalken -> zuur (azijn of citroen)
Vloer reinigen -> neutraal (water)


Basisschoonmaakmiddelen:
groene zeep, allesreiniger, kalverwijderaar en glasspray
Speciale reinigingsmiddelen: voor hardnekkige vlekken (oven)
Onderhoudsmiddelen: en bescherming van materiaal (leer, zilver)

Belangrijk bij gebruik is dat je goed de aanwijzingen volgt voor dosering

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarschuwing symbolen
  • Explosiegevaar
  • Schadelijk
  • Mileu-gevaarlijk
  • Oxiderend
  • Brandgevaarlijk
  • Giftig
  • Bijtend
  • Houder onder druk

Slide 17 - Tekstslide

laat de studenten de symbolen opzoeken

Milieubewust werken

RIVM richtlijnen voor milieubewust werken tijdens het schoonmaken:
- gebruik niet meer schoonmaakmiddel en water dan nodig;
- reinig regelmatig, zodat het vuil gemakkelijker te verwijderen is en er geen agressieve middelen nodig zijn;
- let op het gebruik van overbodig verpakkingsmateriaal als je middelen inkoopt, koop bij voorkeur een geconcentreerd middel of een navulverpakking;
- gebruikt zo min mogelijk plastic zakken;
- koopt duurzame materialen, zodat het materiaal lang meegaat.

RIVM = Rijksinstituut voor gezondheid en milieu. 

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Zelfstandig werken
Maken thiememeulenhoff opdrachten. Boek Leefomgeving
Thema 2.7 opdrachten: 1A,2ABC
Thema 3.9 opdrachten: 1B,2AB, 4A
Thema 3.10 opdrachten: 1A,2AB,3A,5AC,6
Bekijk de filmpjes over schoonmaken in de lessonup.

Klaar?: test dan je kennis bij thiememeulenhoff thema 1 van het boek leefomgeving. 'test je kennis over zorg voor de leefomgeving'



Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies