Ik weet aan welke kenmerken mijn tekst moet voldoen.
Dit ga ik leren.
Slide 2 - Tekstslide
Wat gaan we schrijven?
Een script voor het toneel!
Wat weten jullie hier al van?
Slide 3 - Tekstslide
Omschrijving van de personages.
Een korte inhoud (samenvatting) van het hele toneelstuk.
Omschrijving van de decors die je gaat gebruiken (welke locaties zijn er in het verhaal?).
Hoe ga je de decors belichten? Is het bijvoorbeeld dag of nacht?
Welke muziek is er te horen en tijdens welke scènes?
Welke kostuums dragen de personages?
Dat deel van het toneelstuk dat zich afspeelt op een specifieke locatie of binnen een bepaald tijdsbestek.
Korte omschrijving (samenvatting) van het bedrijf.
Een nieuwe scène start als de personages bijvoorbeeld een nieuw gesprek starten of als er een personage van het toneel verdwijnt en/of er een nieuw personage opkomt. Een nieuwe scène betekent vaak een verandering in de dialoog of gebeurtenis.
In een scène worden de dialogen (soms monologen) opgeschreven die de personages op het toneel met elkaar hebben. Tussendoor wordt tussen haakjes genoteerd wat het personage bijvoorbeeld voelt of doet.
Ik wil dit stukje uit het verhaal omzetten/vertalen naar een dialoog...
Dus ik schrijf...
Zegt het personage nu wat ik wil? Ik stel bij door...
Is de zin duidelijk/leuk/logisch/spannend genoeg nu?
Ik stel bij door...
Sluit de zin goed aan op de andere zinnen in de dialoog?
Ik stel bij door...
Mijn zin is nu:....
Ik wil het personage verder laten praten of het tegenpersonage nu iets laten zeggen, dus ik schrijf...
Ik bedenk welke beweging of welk gevoel past bij het personage en schrijf tussen haakjes...
Welke zinnen gebruik ik?
Slide 15 - Tekstslide
Ik wil het personage laten zeggen...
Dus ik schrijf...
Begrijpt mijn doelgroep dit?
Zeg het personage wat ik wil?
Is het leuk/ spannend/ logisch/ duidelijk genoeg?
Sluit het goed aan op de andere zinnen in de dialoog?
Past er een beweging of gevoel bij dit stukje dialoog en heb ik dat er tussen haakjes bijgeschreven?
Nu jullie!
Schrijf de zinnen met je schouder-maatje.
Slide 16 - Tekstslide
Het script schrijven!
LET OP! Het hoeven nog geen perfecte zinnen of dialogen te zijn! Het is een eerste versie.
Slide 17 - Tekstslide
Heb je goed gewerkt?
Ben je tevreden? Waarom?
De volgende les gaan we feedback geven op elkaars werk.
Slide 18 - Tekstslide
Les 3
feedback geven en krijgen
Slide 19 - Tekstslide
Ik geef feedbackop een script.
Ik krijg feedbackop mijn script.
Dit gaan we vandaag doen.
Slide 20 - Tekstslide
TIP! Het is heel handig om feedback te krijgen op iets wat je nog moeilijk vindt.
De dialogen sluiten goed op elkaar aan.
Waar wil jij graag feedback op?
Bijvoorbeeld:
Is de verhaallijn duidelijk?
Kan er op basis van dit script gespeeld worden?
Sluiten de dialogen goed op elkaar aan?
Passen de decors, kostuums, muziek en belichting goed bij elkaar?
Slide 21 - Tekstslide
Zo geef ik goede feedback, ik lees de tekst en ga na:
Waar wil de schrijver feedback op?
Wat vind ik van dat aspect in deze tekst?
Wat is er goed aan?
Wat zou ik anders doen?
Ik verwoord mijn feedback vriendelijk en duidelijk zodat de ander er iets mee kan.
Ik doe een voorstel voor verandering.
Zo geef ik stap voor stap goede feedback.
Slide 22 - Tekstslide
Bekijk de eerste versie van een maatje en geef stap voor stap feedback.
LET OP! Vraag aan je maatje waarop feedback gegeven moet worden.
Slide 23 - Tekstslide
Welke feedback heb jij gegeven?
Hoe heb je het verwoord?
Wat vond jij (ontvanger) van de feedback? Kun je er iets mee?
Hoe ging het geven en ontvangen van feedback?
Slide 24 - Tekstslide
Les 4
Herschrijven van je script
Slide 25 - Tekstslide
Ik herschrijf mijn script, zodat de tekst nog beter wordt.
Ik controleer mijn script op spelling en samenhang.
Dit ga ik leren.
Slide 26 - Tekstslide
Zo verwerk je de gegeven feedback.
Handig! Als je de feedback verwerkt hebt, kun aan je maatje vragen of de tekst beter geworden is.
Ik doe het even voor:
Ik kreeg de feedback...
Ik heb geschreven...
Dus ik wil meer/ minder/ anders/ duidelijker/...
Ik schrijf daarom..
Is het nu beter vind ik?
Ik vraag eventueel de leerling die feedback gaf wat die ervan vindt: is dit beter vind je?
Slide 27 - Tekstslide
Neem de tijd! En lees je script nog eens goed door.
Tijd om te herschrijven!
Als je de feedback snel verwerkt hebt, kun je alvast kijken naar spelling en interpunctie en naar de samenhang tussen alle onderdelen: kloppen dialogen, decors, muziek, kostuums en belichting bij elkaar?
Slide 28 - Tekstslide
Is er een stukje dialoog waar je heel trots op bent?
Slide 29 - Tekstslide
Les 5
Het definitieve script schrijven
Slide 30 - Tekstslide
Ik ga de definitieve versie van mijn script schrijven door te letten op:
spelling en interpunctie
samenhang tussen dialogen, decors, muziek, kostuums en belichting. Klopt het allemaal?
Dit ga ik leren.
Slide 31 - Tekstslide
Ik lees nauwkeurig de inhoud van mijn script: kloppen alle bedrijven en scènes? Is de samenhang tussen dialogen, decors, kostuums, muziek en belichting goed?
De leerkracht doet het voor!
Ik lees nauwkeurig de inhoud van mijn script: klopt de spelling en interpunctie van de tekst?
Slide 32 - Tekstslide
Controleer je script en schrijf hem daarna in het net.
Slide 33 - Tekstslide
Les 6
Voordracht of lezen
Slide 34 - Tekstslide
Ik kies een script samen met mijn schoudermaatje.
We spreken het samen door en presenteren het aan de klas.
Dit ga ik leren.
Slide 35 - Tekstslide
Oefentijd!
timer
10:00
Kiezen en oefenen maar!
Voor de klas vertel je straks ook:
wie de doelgroep is
welke decors jullie gebruiken
welke kostuums de acteurs aan hebben
welke muziek te horen is
hoe de belichting is
en natuurlijk wie welk personage speelt!
Kies één of twee scènes uit je script, want bij de voordracht krijg je maar een paar minuten de tijd!
Slide 36 - Tekstslide
Tijd voor de voordracht!
Kun jij de acteurs op een prettige manier feedback geven?
Geef feedback door te letten op:
de verhaallijn
de overeenkomst met het verhaal in de Bijbel of Koran