2.3 De aarde beeft (2)

• Mens & Maatschappij
• Middelbare school
• vmbo b, k, t
• Leerjaar 1

Mens en aarde

Hoofdstuk 2

Programma

• Introductie                              (5 min)
  

• Theorie                                      (15 min)
• - Paragraaf 2.3 De aarde beeft.

• Opdracht leerwerkboek     (20 min)
  
• Bespreken/afsluiten            (10 min)
  

Quiz (als we tijd hebben)

2.3 De aarde beeft.

Begrippen:

- Aardkorst.

- Aardmantel.

- Aardkern.

- Aardkortsplaten / platen.

- Aardbeving.

- Schaal van richter. 

Leerdoelen

Aan het einde van de les kan de leerling...

1. Herkennen en uitleggen waarom aardkorstplaten bewegen en ik welke richtingen zij bewegen. 
2. Je begrijpt hoe en waar aardbevingen ontstaan. 
3. Je weet wat gevolgen zijn van aardbevingen.

1.1.1. Ik beschrijf hoe jagers- verzamelaars leefden, wat hun middelen van bestaan waren en wat het verband was tussen de middelen van bestaan en hoe zij woonden.    

1.1.1. Ik leg uit waarom jagers- verzamelaars nomaden waren.  

Er waren drie soorten bewegingen bij de grens van aardplaten. Welke 3 waren dit ook alweer?

Trillende aarde

• Aardplaten trillen wanneer ze bewegen
  
  
• Deze trilling is een aardbeving 
• Platen bewegen van elkaar af: kleine trilling
• Platen botsen of langs elkaar: grote trilling
  
  
  
• De plek aan het oppervalk boven de trilling: het epicentrum

2.3 De aarde beeft.

Wonen in een gebied met aardbevingen (gevolgen)

• Schade bij lichte aardbeving vrij klein
  
• Schade bij zware aardbeving verschilt
  

• Groot verschil in schade tussen rijk en arm land

• Voorspellen van een aardbeving blijft altijd nog lastig!
  

zwakke aardbeving

zware aardbeving

Schaal van Richter

Kracht van aardbeving wordt

aangegeven met de

schaal van Richter

Aan de slag:

Basis/Kader:

Maak je samenvatting af.

Kader/Mavo:

Blz. 68

Opdracht 1 t/m 6.

De aarde bestaat uit drie lagen.
In welke volgorde kom je ze van buiten naar binnen tegen?

1. aardkern – aardkorst – aardmantel
2. aardkern – aardmantel – aardkorst
3. aardkorst – aardmantel – aardkern
4. aardmantel – aardkorst – aardkern

Aardkorst is...

1. Buitenste schil van de aarde.
2. Deel van de aarde tussen de aardkern en de aardkorst
3. Binnenste deel van de aarde

Deel van de aarde tussen de aardkern en de aardkorst

1. Aardkern.
2. Aardkorst.
3. Mantel.
4. Aardkorstplaten.

Hoeveel graden kan het in de binnenkern worden?

1. 50- 100 graden
2. 900- 1000 graden
3. 5000-6000 graden
4. 10.000 - 20.000 graden

Aardkern

Aardkorst

Mantel

Heetste deel van de aardbol

Heet, vloeibaar, stroperig gesteente

Harde, oude steen

Deze tabel gaat over de opbouw van de aarde. 

  Neem de tabel over. Zet de woorden op de juiste plek in de tabel. 

  Kies uit: laag – hoog – zeer hoog – vast – stroperig

vast

stroperig

hoog

zeer hoog

laag

De aardkorst bestaat uit meerdere aardkorstplaten.

1. Waar
2. Niet waar

Wat is een aardplaat?

1. Een groot stuk aardkorst.
2. Een groot stuk aardmantel.
3. Een groot stuk buitenkern.
4. Een groot stuk binnenkern.

De aardkorst bestaat uit aardplaten. Bewegen de aardplaten?

1. Ja
2. Nee

Leerdoelen

Aan het einde van de les kan de leerling...

1. Herkennen en uitleggen waarom aardkorstplaten bewegen en ik welke richtingen zij bewegen. 
2. Je begrijpt hoe en waar aardbevingen ontstaan. 
3. Je weet wat gevolgen zijn van aardbevingen.

1.1.1. Ik beschrijf hoe jagers- verzamelaars leefden, wat hun middelen van bestaan waren en wat het verband was tussen de middelen van bestaan en hoe zij woonden.    

1.1.1. Ik leg uit waarom jagers- verzamelaars nomaden waren.