31 mei

WELKOM
31 mei
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2Middelbare schoolvmbo lwoo, b, kLeerjaar 1-4

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 180 min

Onderdelen in deze les

WELKOM
31 mei

Slide 1 - Tekstslide

Planning
  1. Welkom/planning
  2. Toets moeilijke woorden Nieuwsbegrip
  3. TaalCompleet
  4. Toets 1 teksten Nieuwsbegrip
  5. Nieuwe tekst + jeugdjournaal van Nieuwsbegrip

Slide 2 - Tekstslide

  • Je maakt de toets.
  • Het is stil in de klas.
  • Als je klaar bent, lever je de toets in.
  • Lees in een boek / Donald Duck.

    Aanwijzingen bij de toets:
  • Bij opdracht 1 staat het woord. Je schrijft op wat het woord betekent.
  • Bij opdracht 2 staat de betekenis. Je schrijft op welk woord hierbij hoort.
  • Let op! De woorden van opdracht 1 kun je niet bij opdracht 2 gebruiken!

Slide 3 - Tekstslide

TaalCompleet
Doelen
1.  Ik kan vertellen over het weekend.
2. Ik weet wanneer ik geen moet gebruiken en ik weet wanneer ik niet moet gebruiken. 



10.50 - 11.10 uur
nakijken 8.8
11.10 - 11.25 uur
instructie 8.9
11.25 - 11.45 uur
maken 8.9 / verlengde instructie
Huiswerk:
maken: 8.9 (boek + computer) 
leren: blauwe woorden t/m 8.9

Slide 4 - Tekstslide




Geen:
  • bij een woord met 'een'
  • bij meervoud zonder 'de'
  • bij woorden die je niet kunt tellen





Niet:
  • in alle andere situaties


Geen of niet? 

Slide 5 - Tekstslide

Oefening 'niet of geen'?
1: Hoe gaat het met je? Met mij gaat het ..... goed.
2: Is die schoen nieuw? Nee, die schoen is .... nieuw.
3: Hou je van mij? Nee, ik hou .... van jou.
4: Ben je blij? Nee, ik ben .... blij.
5: Ga je mee? Nee, ik ga .... mee.
6: Wil je een hond? Nee, ik wil .... hond.
7: Wil je een kat? Nee, ik wil .... kat
8: Wil je een kopje thee? Nee, ik wil .... kopje thee.
9: Wil je suiker in je koffie? Nee, ik wil .... suiker in mijn koffie.
10: Wil je een plastic tasje? Nee, ik wil .... plastic tasje.









Slide 6 - Tekstslide

Opdracht
  • Schrijf een tekst over het weekend. Schrijf minimaal 15 zinnen. Dit is een opdracht voor het portfolio. 

    Vertel bijvoorbeeld:
  • wat je gedaan hebt;
  • of je dat elk weekend doet;
  • wat was leuk/wat was niet leuk;
  • is het weekend in Nederland anders dan in het land waar je vandaan komt? 

Slide 7 - Tekstslide

  • Je maakt de toets.
  • Het is stil in de klas.
  • Als je klaar bent, lever je de toets in.
  • Schrijf de moeilijke woorden + betekenissen van Nieuwsbegrip week 22 op. 

    Aanwijzingen bij de toets:
  • Lees eerst de tekst.
  • Lees de vraag goed.
  • Zoek in de tekst het antwoord.
  • Werk rustig en netjes!

Slide 8 - Tekstslide

  • Waar gaat de nieuwe tekst over?
  • Wat wil je weten over dit onderwerp?
  • Jeugdjournaal kijken
  • Tekst lezen
  • Moeilijke woorden opschrijven 
    Volgende week: toets moeilijke woorden week 19, 20 en 21

Slide 9 - Tekstslide

Technisch lezen en jeugdjournaal

Slide 10 - Tekstslide