8.2 deel 2

• Mens & Maatschappij
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

	Vak: Mens en Maatschappij Hoofdstuk: 8.2 deel 2
1.	Lesopening
2.	Lesdoel
3.	Arrangementen + mini-check
4.	Instructie
5.	Begeleid inoefenen
6.	Zelfstandig werken
7.	Evaluatie

1. Lesopening

Pak je boek van M&M en open deze op blz 140.

2. Lesdoel

Aan het einde van de les:

- kun je de politieke veranderingen vanaf 1795 beschrijven

- weet je welke invloed de Fransen hadden in Nederland

3. Arrangementen

- Verdiept: kijk of je zelfstandig aan de slag kunt of dat je mee wil doen aan de instructie.

Je maakt zelfstandig opdracht opdracht 6 (2x) t/m 7 op bladzijde 139 t/m 141.

-

- Basis: doe mee aan de mini-check. Alles goed? Zelfstandig aan de slag. Niet alles goed? Instructie volgen, daarna aan de slag. 

Lars, Daan, Philip, Vince 

- Intensief: doe mee aan de mini-check. Instructie volgen, kom aan de groepstafel zitten. 

Jules, Angelo

Mini-check

Leerlingen in het basis en intensief arrangement doen mee met de mini-check. 

Wie kreeg in de republiek de schuld van de armoede?

1. Burgers.
2. Regenten.
3. Geestelijken.
4. Handelaren.

Tijdens de Bataafse Republiek kreeg Nederland een grondwet.

1. Juist
2. Onjuist

Alle provincies mochten van het Rijk zelf hun wetten maken?

1. Juist
2. Onjuist

Wie maakt wat?

Had je alle vragen van de mini-check goed?

Dan mag je zelfstandig aan de slag met opdracht 6 (2x) t/m 7 op bladzijde 139 t/m 141.

De rest doet mee met de instructie. 

Van republiek naar Franse provincie

Bataafse republiek -> Nederland flink veranderd.

Grondwet, stemrecht voor mannen.

Gemeenten en provincies moesten luisteren naar het landsbestuur : de rijksoverheid (het Rijk).

Van republiek naar Franse provincie

1806: Napoleon hief de Bataafse republiek op -> broer Lodewijk Napoleon werd koning.

Lodewijk was te aardig -> Nederland werd een Franse provincie.

Franse tijd.

Invoeren van nieuwe wetten: Burgerlijk recht.

Iedereen heeft voor de wet dezelfde plichten en rechten.

Metriek stelsel.

Dienstplicht.

Burgerlijke stand -> iedereen een achternaam.

Franse tijd duurde tot 1813; veel wetten bleven/blijven bestaan.

5. Begeleid inoefenen

Wie kan zelfstandig aan de slag (basis)?

Lars, Daan, Philip, Vince jullie maken zelfstandig opdracht 6 (2x) t/m 7 op bladzijde 139 t/m 141.

Wie heeft nog extra instructie nodig (intensief)? Jules, Angelo of had je alle vragen van de mini-check fout?  Wij maken samen opdracht 6 (2e) + 7.

6. Zelfstandig werken

Je maakt zelfstandig opdracht 6 (2x) t/m 7 op bladzijde 139 t/m 141

Ben je klaar?

Dan kijk je de opdrachten na.

Daarna maak je de verdiepingsopdracht op blz 143.

Helemaal klaar? Dan mag je even op de IPad.

7. Evaluatie

Hoe ging de les?

Zijn er opdrachten waar je moeite mee had?

Heb je nog ergens vragen over? 

- kun je de politieke veranderingen vanaf 1795 beschrijven?

- weet je welke invloed de Fransen hadden in Nederland?

Huiswerk & Toetsen

Huiswerk LJ1: 

Donderdag 6 juni

8.2 opdracht 6 (2x) t/m 7

Toetsen LJ1: