In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.
Lesduur is: 15 min
Onderdelen in deze les
The Future Perfect & Future Perfect Continuous
Slide 1 - Tekstslide
What is the difference in meaning between the following sentences: 1. Next week we will have learned the future perfect. 2. Next week we will be learning the future continuous.
Slide 2 - Open vraag
Je gebruikt de future perfect als je het hebt over:
Je gebruikt de future continuous als je het hebt over:
- Toekomstige evenementen die voor een langere periode door zullen gaan
- Toekomstige evenementen die op een specifieke tijd zullen door gaan.
iets wat voltooid zal zijn voor een specifieke moment in de toekomst.
Slide 3 - Sleepvraag
Wanneer is een zin in de future perfect?
Slide 4 - Open vraag
Wanneer is een zin in de future continuous?
Slide 5 - Open vraag
Wat is de vorm van: 1. future perfect 2. future continuous
Slide 6 - Open vraag
By 2050 The polar icecaps ... completely.
A
will be melting
B
will have melted
Slide 7 - Quizvraag
By 2050 we ... all our shopping online
A
will be doing
B
will have done
Slide 8 - Quizvraag
By 2050 All marine life ...
A
will be dying
B
will have died
Slide 9 - Quizvraag
By 2050 Many people ... on the moon
A
will be living
B
will have lived
Slide 10 - Quizvraag
We are living in this house now. We're moving in February. "Next year, ... out of this house."
Slide 11 - Open vraag
The film starts at 7.30. We haven't arrived yet. "The film ... by the time we arrive"
Slide 12 - Open vraag
Today is Monday. I am doing my driving test next Thursday. "This time next week I ... (do) my driving test."
Slide 13 - Open vraag
You always have dinner at 8 p.m. What about tonight? "... at 8 p.m. tonight?"