K4A Friday 05.03

Wednesday February 24th
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Wednesday February 24th

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Plan of today
  • Unit 5, lesson 3
  • Present Perfect
  • Quiz maken
  • Opdrachten maken

Slide 3 - Tekstslide

Na deze les kun je:
  • Zeggen dat iets in het verleden is begonnen en nu nog aan de gang is
  • Zeggen dat iets in het verleden is gebeurd en je daar nu het resultaat van merkt
  • Praten over ervaringen in iemands leven tot nu toe

Slide 4 - Tekstslide

Present Perfect: Voltooid tegenwoordige tijd

Slide 5 - Tekstslide

Present Perfect
Voltooid tegenwoordige tijd



Slide 6 - Tekstslide

Present perfect
  • Iets wat in het verleden begonnen is en nu nog aan de gang is.
  • Has/have + voltooid deelwoord

Slide 7 - Tekstslide

Alice has lived in Rome for two years.
Woont ze daar nog of woont ze nu ergens anders?
A
Ze woont daar nog
B
Ze woont nu ergens anders

Slide 8 - Quizvraag

Wanneer gebruik je de Present Perfect?


  • Om te praten over iets wat in het verleden is begonnen, en nu nog aan de gang is (nog niet afgelopen)

Bob has known John since they were 10.
Mary has worked at the market for 5 years now.
Bill and Kate have been friends since 2011.



Slide 9 - Tekstslide

Hoe maak je de present perfect?
  • Have / has + voltooid deelwoord

  • I have lived here for ten years.

  • She has known him since 2011.

Slide 10 - Tekstslide

                       Present perfect


        have / has + voltooid deelwoord

Slide 11 - Tekstslide

Wat is dan het voltooid deelwoord?
Er zijn 2 verschillende         regelmatige werkwoorden 
                                                           
                                                  onregelmatige werkwoorden
1
2

Slide 12 - Tekstslide

           
             Regelmatige werkwoorden       
1
werkwoord + -ed
play - played
walk - walked
work - worked
want - wanted

Slide 13 - Tekstslide

           
             Onregelmatige werkwoorden

2
Het derde woord uit de rijtjes 
To do - did - done
to fly - flew - flown
to fight - fought - fought

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

I
You
He/She/It
We
You
They
have 
have
have 
have 
have 
has

Slide 16 - Sleepvraag

Hoe vorm je de Present Perfect?
A
stam + ED
B
met het derde rijtje van de irregular verbs
C
stam + S bij he / she / it
D
met has / have + voltooid deelwoord

Slide 17 - Quizvraag

Maak present perfect:
Peter ......... told a joke.
A
have
B
has

Slide 18 - Quizvraag

Welke zin staat in de present perfect?
A
I lived in Amsterdam.
B
I have lived in Amsterdam since I was 18.

Slide 19 - Quizvraag

Welke zin staat in de present perfect?
A
She has a cat.
B
She has had her cat for 9 years.

Slide 20 - Quizvraag

Which sentence is the present perfect?
A
He lives here for ten years
B
He lived here for ten years
C
He has lived here for ten years
D
He is living here for ten years

Slide 21 - Quizvraag

Which sentence is the present perfect?
A
I bought a dog
B
I have bought a dog
C
I buy a dog
D
I am buying a dog

Slide 22 - Quizvraag

Slide 23 - Link

Homework:
  • Oefenen Writing Groene Boekje
  • Huiswerk:
  • Groene boekje: blz: 6 - 13 leren + maken.
  • Hier gaan we donderdag het eerste uur nog mee oefenen.
  • Heb je nog vragen? Mail me dan :-). Fijn weekend!










Slide 24 - Tekstslide

0

Slide 26 - Video