H4: introductie & H4, §1: Democratie, hoezo?

Hoofdstuk 4
Politiek-juridische
dimensie


De maatschappij dat ben JIJ
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 4
Politiek-juridische
dimensie


De maatschappij dat ben JIJ

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat moet je afronden
voor Burgerschap?

  • 4 dimensies
  • portfolio-opdrachten
  • toetsen
  • minimaal 15 sportvlaggen

Deze periode: de politiek-juridische dimensie

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat ga je leren?
In deze dimensie leer je:
  • Over de inrichting van de democratie
  • Over de totstandkoming van wetten
  • Over verschillende lagen van bestuur
  • Over de Europese Unie, rechtspraak en straffen
  • Hoe jij invloed kan hebben op de politiek

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Overzicht
  • §1: Democratie, hoezo?
  • §2: Mijn keuze
  • §3: De politiek aan het werk
  • §4: Bestuurslagen
  • §5: De rechtsstaat
  • §6: Rechten, plichten en gevolgen
  • §7: Vrijheid en media

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoofdstuk 4, §1:
Democratie, hoezo?

Deltion ICT Lyceum
2024-2025

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
Aan het einde van deze les:
▸ Kun je de betekenis uitleggen van democratie, constitutionele monarchie en compromis.
▸ Kun je uitleggen wat trias politica is en wat wetgevende macht, uitvoerende macht en rechterlijke macht zijn.
▸ Kun je uitleggen wat de rol van de koning is in Nederland en
begrijp je hoe de drie machten uit trias politica elkaar in evenwicht houden.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

❛Democratie is
voor veel jongeren
een vaag begrip.❜

Slide 7 - Tekstslide

Bespreek de uitspraak op de slide. Uit onderzoek* blijkt dat het begrip democratie voor veel jongeren vaag is. Jongeren zijn niet echt geïnteresseerd in democratie en zijn daar ook niet echt
mee bezig.

* Dit onderzoek werd uitgevoerd onder tweedeklassers van het voortgezet onderwijs. Ruim 65 procent van de tweedejaars middelbare scholieren weet dat we in een democratie leven. Zo'n 22 procent weet het niet en 13 procent denkt zelfs van niet. En het maakt veel van hen ook niet uit: slechts 49 procent noemt leven in een democratisch land belangrijk.

Democratie,
volgens jou...


  • Wat is democratie
    volgens jou?
  • Waaraan merk je dat Nederland een democratie is?

Slide 8 - Tekstslide

Vraag aan de klas:
• Wat betekent democratie voor jullie?
• Waaraan merk je dat Nederland een democratie is?

Neem de definitie door van het begrip democratie. Democratie betekent letterlijk: het volk regeert. De burgers bepalen samen wat er gebeurt. Iedere stem telt ook even zwaar mee. Dit is weer anders in een dictatuur: daarbij neemt een persoon of een kleine groep de beslissingen, en mag het volk niet meestemmen.

Slide 9 - Video

Bekijk het filmpje: Nederland is een democratie, in dit filmpje van ProDemos wordt uitgelegd wat democratie betekend in Nederland.

Vraag na het bekijken:
• Ken je andere landen die een democratie zijn?
Bijvoorbeeld België, Duitsland, Frankrijk, de Verenigde Staten.
• Ken je ook landen die geen democratie zijn?
Bijvoorbeeld Noord-Korea, China, Syrië, Cuba – in deze landen is de politieke macht geconcentreerd in één enkele politieke partij.
• Ken je ook landen die voor jouw gevoel een twijfelgeval zijn? Waarom denk je dat?
Twijfelgevallen zijn landen waar het parlement beperkte macht heeft of waar bijvoorbeeld wel verkiezing zijn, maar je toch niet echt vrij bent om te kiezen of waar verkiezingsuitslagen gemanipuleerd worden.

De machtenscheiding:
Trias Politica


In Nederland ligt de politieke macht bij het volk. Deze macht is onderverdeeld in drie verschillende machten, dit heet de trias politica: de scheiding van machten.

Slide 10 - Tekstslide

Leg uit: In Nederland ligt de macht dus bij het volk. Deze macht is gescheiden, wat de trias politica wordt genoemd. Dat betekent dat de wetgevende, uitvoerende en rechtsprekende macht in een land bij verschillende instellingen moet liggen.
Hoe zit de
machtenscheiding eruit?
wetgevende macht
uitvoerende macht
rechterlijke macht
het parlement

de regering
onafhankelijke rechters

Slide 11 - Tekstslide

- De wetgevende macht bestaat uit het parlement en de regering: het parlement bestaat uit de Eerste en Tweede Kamer. De meeste wetsvoorstellen komen van de regering, en het parlement moet vervolgens instemmen met deze wetten.
- De uitvoerende macht bestaat uit de regering: de regering geeft namelijk leiding aan de ministeries en hun ambtenaren, die zich bezighouden met de uitvoering van wetten.
- De rechterlijke macht bestaat uit de rechters en het Openbaar Ministerie. Zij vervolgen de mensen die de wetten overtreden.

Vraag aan de klas:
• Waarom denk je dat de macht is verdeeld?
Toelichting: om eerlijkheid te beschermen, om te voorkomen dat machtsmisbruik ontstaat, zodat niet één iemand aan de macht komt.
Voorbeelden

Slide 12 - Tekstslide

Bekijk de afbeeldingen en bespreek de vragen:
• Wat zie je op de foto’s?
• Wat hebben deze foto’s te maken met trias politica, denk je?

Voorbeeld 1: Omwonenden van Schiphol hebben een rechtszaak aangespannen tegen de Nederlandse staat, omdat zij vinden dat de staat hen niet goed genoeg beschermt tegen de geluidsoverlast van de luchthaven. Door de geluidsoverlast ervaren zij gezondheidsproblemen. Ze slapen slecht en ervaren stress. Ze wijzen daarbij op het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, waarin het recht op een ongestoord privéleven is opgenomen. De rechter oordeelde dat de staat inderdaad niet voldoende rekening houdt met de omwonenden van de luchthaven. De
rechterlijke macht heeft hier dus geconstateerd dat de Nederlandse staat zich niet (goed genoeg) aan de wet heeft gehouden. (https://nos.nl/artikel/2513493-rechter-omwonenden-niet-genoegbeschermd-tegen-geluidsoverlast-schiphol)

Voorbeeld 2: In de Verenigde Staten moest voormalig president en presidentskandidaat Donald
Trump meerdere keren voor de rechter verschijnen, omdat hij zich niet aan de wet heeft gehouden. Hoewel hij hiervoor dus president was, betekent dit niet dat hij ‘boven de wet staat’: ook hij moet zich aan de wet houden en kan vervolgd worden wanneer hij dit niet doet. Hij zou
onder andere geprobeerd hebben om invloed uit te oefenen op de uitslag van de verkiezingen.
(https://nos.nl/artikel/2522539-donald-trump-als-eerste-oud-president-vs-schuldig-bevonden-instrafzaak)

Leg eventueel uit: de scheiding is niet altijd zo duidelijk. Zo doet de regering wetsvoorstellen, die het parlement vervolgens moet goedkeuren. De regering is dus zowel onderdeel van de
uitvoerende als de wetgevende macht. Een ander voorbeeld hiervan is de ZSM-aanpak: hierbij worden vel voorkomende vergrijpen berecht op een ZSM-kantoor, waarbij bijvoorbeeld de Officier van Justitie en een medewerker van Slachtofferhulp beslissen over de straf van de verdachte. Hier komt dus geen rechter bij kijken.
Aan de slag!
Opdracht 2: Taken van de koning
Maak opdracht 2 op bladzijde 156
in je werkboek.
timer
2:00

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Democratie in de wereld

Slide 14 - Tekstslide

Niet overal op de wereld zijn er democratieën. Bekijk de afbeelding op de slide. De democratie-index van The Economist geeft de mate van democratie in de wereld weer. Hoe blauwer hoe meer democratisch een land is; de landen die neigen naar oranje/roze zijn daarentegen autoritaire
regimes: niet-democratische landen. Zo zijn de meest democratische landen in de wereld Noorwegen, Nieuw Zeeland en IJsland en de minst democratische landen Afghanistan, Myanmar en Noord-Korea. Zie: https://www.eiu.com/n/democracy-index-conflict-and-polarisation-drive-anew-low-for-global-democracy/

Vraag aan de klas:
• Wat valt je op als je naar deze kaart kijkt?
• Denk je dat de hoeveelheid democratieën toeneemt of juist minder wordt?
Toelichting: sinds 2002 is het merendeel van de landen in de wereld een democratie. Dit neemt alleen maar verder toe. [https://ourworldindata.org/democracy]
• Vind je dat zo veel mogelijk landen naar een democratie moeten gaan of juist niet? Waarom vind je dat?
Leg uit: de meeste landen in de wereld hebben tegenwoordig een vorm van democratie. Toch zijn er nog een aantal landen waarbij sprake is van een dictatuur. In deze landen mag je heel weinig of niet beslissen of kiezen en heb je weinig rechten. Een persoon of een groep is aan de macht.

Bekijk eventueel het filmpje: Wat is een dictatuur? van ProDemos (tot 1:54, via
https://youtu.be/mo4xL2HZiUE?si=bRp2zzXK0R0Ziv4N) waarin uitgelegd wordt wat een dictatuur is
en welke vormen er zijn (militaire dictatuur, eenpartijstelsel, autocratie, absolute monarchie).

Slide 15 - Video

Bekijk het filmpje: Wat is een dictatuur? van ProDemos (tot 1:54, via
https://youtu.be/mo4xL2HZiUE?si=bRp2zzXK0R0Ziv4N) waarin uitgelegd wordt wat een dictatuur is
en welke vormen er zijn (militaire dictatuur, eenpartijstelsel, autocratie, absolute monarchie).

Vraag aan de klas:
• Vind je dat Nederland andere landen mag steunen die een dictatuur hebben? Of moeten ze juist zorgen dat ze naar een democratie gaan? Waarom vind je dat?
• Denk je dat Nederland zelf ook een dictatuur zou kunnen worden?
Toelichting: ook in landen waar een trias politica is kan een dictatuur de huidige regering omverwerpen. Door een staatsgreep of revolutie kan een land dus naar een dictatuur gaan.
Aan de slag!
Opdracht [X]
Maak opdracht [X] vanaf
bladzijde [X] in je werkboek.

Klaar? Maak dan de N4-verdiepingsopdracht.
timer
15:00

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Succes deze week, en
tot de volgende les!

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies