Spelling §7 met of zonder n

Welkom
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Welkom

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen
Spelling §7
Oefentoets §2+3+4

Slide 2 - Tekstslide

Doel
Aan het einde van deze les weet ik wanneer ik een telwoord met of zonder n moet schrijven.

Slide 3 - Tekstslide


Slide 4 - Open vraag

Theorie
Zelfstandig gebruikte telwoorden
In de snackbar stonden velen te wachten op hun bestelling. Sommigen werden boos, omdat het zo lang duurde.
De woorden ‘velen’ en ‘sommigen’ zijn telwoorden. In de voorbeeldzin worden deze telwoorden zelfstandig gebruikt. Dat betekent dat er geen zelfstandig naamwoord achter staat én dat je er ook geen zelfstandig naamwoord achter kunt zetten. Je noemt ze daarom zelfstandig gebruikte telwoorden. Je schrijft dit soort telwoorden met -n als ze over personen gaan, dus:
– In de snackbar stonden velen te wachten op hun bestelling. Sommigen werden boos, omdat het zo lang duurde – Enkelen gingen weg zonder hun bestelling en zonder te betalen.

Slide 5 - Tekstslide

Theorie
Je schrijft telwoorden zonder -n als
  • ze niet-zelfstandig (maar bijvoeglijk) gebruikt worden.
– Voor alle kinderen op deze school is het gebruik van de mobiel verboden. (Achter het woord ‘alle’ staat het zelfstandig naamwoord ‘kinderen’.)
  • ze niet over personen gaan.
– Slechts enkele van de ontsnapte slangen werden teruggevonden.

Woorden als tientallen, honderden, (tien)duizenden en miljoenen schrijf je altijd met een -n.

Slide 6 - Tekstslide

Theorie
Zelfstandig gebruikte bijvoeglijke naamwoorden
– Als jongere kun je eenzame ouderen helpen door hen op te zoeken.

Het woord ‘jongere’ wijst een persoon aan. Je schrijft het met een -e, omdat het om één persoon, in het enkelvoud, gaat. Het woord ‘ouderen’ gaat over meerdere personen.
Dan schrijf je dat met een -n, omdat het meervoud is. 

Slide 7 - Tekstslide

Is het woord zelfstandig gebruikt of niet?
Maar enkele speelsters uit het team waren tevreden over de coach.

enkele
A
wel zelfstandig gebruikt
B
niet zelfstandig gebruikt

Slide 8 - Quizvraag

Is het woord zelfstandig gebruikt of niet?
Slechts weinigen durven insecten te eten.

weinigen
A
wel zelfstandig gebruikt
B
niet zelfstandig gebruikt

Slide 9 - Quizvraag

Is het woord zelfstandig gebruikt of niet?
Corine had grootse ideeën, maar geen van alle heeft ze uitgevoerd.

alle
A
wel zelfstandig gebruikt
B
niet zelfstandig gebruikt

Slide 10 - Quizvraag

Is het woord zelfstandig gebruikt of niet?
Jopie vindt het normaal dat ze elk jaar een nieuwe mobiel krijgt, maar anderen vinden dat overdreven.

anderen
A
wel zelfstandig gebruikt
B
niet zelfstandig gebruikt

Slide 11 - Quizvraag

Is het woord zelfstandig gebruikt of niet?
Ons schaakspel is niet meer compleet; de enige overgebleven stukken hebben we weggegooid.

enige
A
wel zelfstandig gebruikt
B
niet zelfstandig gebruikt

Slide 12 - Quizvraag

Noteer de juiste vorm.
De stroomstoring zorgde voor veel veiligheidsproblemen in winkels. (verschillend) werden door de politie bewaakt.

Slide 13 - Open vraag

Noteer de juiste vorm.
In het zomerseizoen worden elke dag (alle) waterscooters verhuurd.

Slide 14 - Open vraag

Noteer de juiste vorm.
Ik zou geen trainer willen worden bij een topclub, want (veel) worden voor het einde van het seizoen ontslagen.

Slide 15 - Open vraag

Noteer de juiste vorm.
In de kantine kun je vanaf vandaag vegaburgers kopen, maar de (meest) houden daar helemaal niet van.

Slide 16 - Open vraag

Noteer de juiste vorm.
Twee verroeste fietsen die in de stalling stonden, zijn (beide) door de conciërge verwijderd.

Slide 17 - Open vraag

Noteer de juiste vorm.
Het vliegtuig vertrekt over tien minuten. De (laatste) hebben net hun stoel opgezocht.

Slide 18 - Open vraag

Noteer de juiste vorm.
We hadden goede slaapzakken, maar (veel) bleken niet bestand tegen de regen. De slaapzakken in de tenten waren kletsnat.

Slide 19 - Open vraag

Noteer de juiste vorm.
In veel landen hebben (rijk) toegang tot zorgvoorzieningen die voor (ander) niet beschikbaar zijn.

Slide 20 - Open vraag

Noteer de juiste vorm.
De (ziek) werd met behulp van een computer geopereerd.

Slide 21 - Open vraag

Noteer de juiste vorm.
Steeds meer (ouder) willen zelfstandig blijven wonen.

Slide 22 - Open vraag

Noteer de juiste vorm.
De aanleg van de fietsbrug kostte de gemeente (miljoen).

Slide 23 - Open vraag

Noteer per zin twee vormen, een waarin het telwoord zelfstandig gebruikt wordt en een waarin het bijvoeglijk gebruikt is.
De hardloopwedstrijd is bijna afgelopen. De … (meest) zijn al binnen.

Slide 24 - Open vraag

Noteer per zin twee vormen, een waarin het telwoord zelfstandig gebruikt wordt en een waarin het bijvoeglijk gebruikt is.
Het wespennest is weggehaald. … (enkel) vliegen nog in de buurt.

Slide 25 - Open vraag

Noteer per zin twee vormen, een waarin het telwoord zelfstandig gebruikt wordt en een waarin het bijvoeglijk gebruikt is.
De tweeling is geslaagd. Heb je gezien dat … (beide) een negen op hun lijst hebben?

Slide 26 - Open vraag

Noteer per zin twee vormen, een waarin het telwoord zelfstandig gebruikt wordt en een waarin het bijvoeglijk gebruikt is.
De autoverkoop is de laatste jaren teruggelopen. … (veel) staan nog bij de garage.

Slide 27 - Open vraag

Aan de slag
cursus 7 §7 Met of zonder n opdracht 6B+7B
oefentoets §2, 3, 4

Slide 28 - Tekstslide

Ik weet wanneer ik een telwoord met of zonder n moet schrijven
😒🙁😐🙂😃

Slide 29 - Poll