4.4 Verspreiding van het christendom

Vorsten, Monniken en Boeren
4.4 Verspreiding van het Christendom
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Vorsten, Monniken en Boeren
4.4 Verspreiding van het Christendom

Slide 1 - Tekstslide

Par 4: De verspreiding van het Christendom.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Drie standen
De eerste stand:
De geestelijken. Zij zorgden voor alles wat met geloof te maken had.
De tweede stand:
De adel. Zij bestuurden het land, verzorgden de rechtspraak en verdedigden het land als er oorlog was. 
De derde stand:
De rest van de bevolking. Zij zorgden voor het voedsel.
In de Middeleeuwse standenmaatschappij hadden de eerste en de tweede stand alle rechten, en de derde stand vrijwel alle plichten (zoals het betalen van belasting).

Aan deze verdeling werd niet getwijfeld: God heeft het zo gewild.
Klik op de afbeelding

!

Slide 4 - Tekstslide

De verspreiding van het Christendom is een ... verandering.
A
Economische
B
Bestuurlijke
C
Religieuze

Slide 5 - Quizvraag

Wat is kerstening?
A
De leenman zweert trouw aan zijn leenheer.
B
De verspreiding van het christendom.
C
Dat is als de leenheer op jihad gaat.
D
Dat betekent dat de paus beschermt moet worden.

Slide 6 - Quizvraag

Wat is de beste omschrijving
van het begrip ‘geestelijken’?
Kies het juiste antwoord.
A
mensen die in God geloven
B
mensen die iedere week naar de kerk gaan
C
mensen die in dienst zijn van de kerk
D
mensen die voor andere mensen bidden

Slide 7 - Quizvraag

Monniken zijn geen geestelijken.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quizvraag

Sleep de teksten naar de juiste plek in de afbeelding
Ik ben van adel
Ik ben een geestelijke
Ik betaal pacht
Eerste stand
Tweede stand
Derde stand

Slide 9 - Sleepvraag

Door het harde leven gingen veel mensen
het christendom extra belangrijk vinden. Waarom was dat zo?

A
De mensen hoopten dat God hen zou beschermen tegen honger, ziekte en dood.
B
In de Bijbel staat hoe je betere medicijnen kunt maken en hoe je grotere oogsten kunt krijgen.
C
Als je christen was, mocht je in een klooster wonen. Daar was wel genoeg voedsel.
D
Als je arm, maar goed geleefd had, werd je na je dood erg rijk in de hemel.

Slide 10 - Quizvraag

Waarom werden door missionarissen heidense gebruiken en feesten gekoppeld aan belangrijke christelijke gebeurtenissen?

Slide 11 - Open vraag

Slide 12 - Tekstslide

Schrijf 3 dingen op die je
deze les hebt geleerd

Slide 13 - Open vraag

Aan het werk
  • Samen bespreken: 3, 7, 9 
  • Afmaken en nakijken 4.1-4.3 

Slide 14 - Tekstslide