V3 Fictie 1


Welkom v3t!
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les


Welkom v3t!

Slide 1 - Tekstslide

Programma
  1. 10 minuten lezen
  2. Fictie 1: wat is het verschil tussen literatuur en lectuur?
  3. Oefenen met literaire kenmerken
  4. Lesdoelcheck
  5. Afsluiting en vooruitblik


Slide 2 - Tekstslide

10 minuten lezen

Slide 3 - Tekstslide

Fictie 1: Literatuur of lectuur?
Doel: Je leert welke factoren een rol spelen bij het beoordelen van fictie als literatuur of lectuur.

R Ik weet wat het verschil is tussen literatuur en lectuur en wat literaire kenmerken zijn.
T1 Ik kan literaire kenmerken herkennen in een gegeven verhaal.
T2 Ik kan uitleggen waarom een literair werk tot de literaire canon of de hoge cultuur wordt gerekend. 

Slide 4 - Tekstslide

Literatuur of lectuur?

We lezen gezamenlijk de tekst op pagina 60 en 61. 

Ik deel leesbeurten uit! 

Slide 5 - Tekstslide

Een ander woord voor lectuur is ‘leesvoer’.
Wat wordt met deze term bedoeld?

Slide 6 - Open vraag

Welke voorbeelden van lectuur kun je bedenken?

Slide 7 - Open vraag

Welk kenmerk van literatuur wordt hier omschreven?
'Roos van Rijswijk kan in mensen kijken. Een gave die ze op elke bladzijde in treffende zinnen bewijst.'
A
Literatuur onderzoekt de menselijke geest / laat iets zien van het menselijk karakter.
B
Literatuur moet je met iedere zin treffen.
C
Literatuur is niet lineair.
D
Literatuur moet geen clichés bevatten.

Slide 8 - Quizvraag

Welk kenmerk van literatuur wordt hier omschreven?
'Onheilig leest niet als een levendig, lineair verhaal dat richting oplossing gaat, meer als een schilderij dat langzaam steeds meer kleur krijgt, invulling en diepte.
A
Literatuur onderzoekt de menselijke geest / laat iets zien van het menselijk karakter.
B
Literatuur moet je met iedere zin treffen.
C
Literatuur is niet lineair.
D
Literatuur moet geen clichés bevatten.

Slide 9 - Quizvraag

Welk kenmerk van literatuur wordt hier omschreven?
'Gemakkelijke sympathie of energie zijn dus geen voorwaarde voor een interessant boek, bewijst Onheilig. Roos van Rijswijk blijft als schrijver ver van oplossingen of clichés.
A
Literatuur onderzoekt de menselijke geest / laat iets zien van het menselijk karakter.
B
Literatuur moet je met iedere zin treffen.
C
Literatuur is niet lineair.
D
Literatuur moet geen clichés bevatten.

Slide 10 - Quizvraag

De Nobelprijs voor Literatuur bestaat sinds 1901. In 2016 is deze prijs gewonnen door de Amerikaanse zanger en songwriter Bob Dylan. Volgens het juryrapport kreeg hij de Nobelprijs 'voor het scheppen van nieuwe poëtische uitdrukkingsvormen in de grote Amerikaanse zangtraditie’.
Waarom is dit bijzonder?

Slide 11 - Open vraag

Graphic novel
De 'graphic novel' is de benaming voor stripverhalen met het krakater van literatuur. sommige literaire werken worden omgezet naar een graphic novel. Dit noem je 'verstripping'. 

Slide 12 - Tekstslide

Leg uit waarom de graphic novel een vermenging van hoge en lage cultuur is.

Slide 13 - Open vraag

Welk kenmerk van literatuur zie je in het het fragment uit De Avonden van Gerard Reve getekend door Dick Matena?
A
Literatuur onderzoekt de menselijke geest / laat iets zien van het menselijk karakter.
B
Literatuur moet je met iedere zin treffen.
C
Literatuur is niet lineair.
D
Literatuur moet geen clichés bevatten.

Slide 14 - Quizvraag

R Ik weet wat het verschil is tussen literatuur en lectuur en wat literaire kenmerken zijn.
😒🙁😐🙂😃

Slide 15 - Poll

T1 Ik kan literaire kenmerken herkennen in een gegeven verhaal.
😒🙁😐🙂😃

Slide 16 - Poll

T2 Ik kan uitleggen waarom een literair werk tot de literaire canon of de hoge cultuur wordt gerekend.
😒🙁😐🙂😃

Slide 17 - Poll

Afsluiting en vooruitblik
Volgende les: dinsdag 29 augustus
  • Huiswerk: - 
  • Meenemen: LAPTOP, leesboek, boek, schrift en pen
  • Programma: leesvaardigheid 1


Slide 18 - Tekstslide

Ik weet wat het verschil is tussen literatuur en lectuur en wat literaire kenmerken zijn.
T1 Ik kan literaire kenmerken herkennen in een gegeven verhaal.
T2 Ik kan uitleggen waarom een literair werk tot de literaire canon of de hoge cultuur wordt gerekend. 

Slide 19 - Tekstslide