Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
6.3 De macht van vorsten
6.3 De macht van vorsten
Zeven keurvorsten:
zij kiezen een nieuwe keizer van het Duitse Rijk
1 / 17
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Geschiedenis
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
In deze les zitten
17 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
50 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
6.3 De macht van vorsten
Zeven keurvorsten:
zij kiezen een nieuwe keizer van het Duitse Rijk
Slide 1 - Tekstslide
Wij gaan kijken naar de vraag:
Hoe machtig waren vorsten in het Duitse Rijk, in Engeland en in Frankrijk?
Slide 2 - Tekstslide
Een Hollandse koning in Duitsland
In 1247 wordt graaf Willem II van Holland koning van het Duitse Rijk
Om keizer te worden, moest Willem II naar Rome om gekroond te worden.
Maar hij wordt vermoord....
Slide 3 - Tekstslide
Investituur
Investituur: een plechtige benoeming
Om de macht te vergroten, benoemden Duitse keizers vanaf de 10e eeuw bisschoppen als vazal
Meer trouwer aan de keizer en geen gevaar van erfzonen (vanwege het celibaat)
Slide 4 - Tekstslide
Er volgt een investituurstrijd
Paus Gregorius VII (1075): alleen
ik
mag bisschoppen benoemen.
Duitse keizers:
wij
willen dat ook zelf doen!
Uiteindelijk wint de paus in
1122
. De bisschoppen mogen vazallen worden van de Duitse keizer, maar alleen de paus mag de bisschoppen benoemen.
Duitse keizer is zijn macht over de bisschoppen dus kwijt....
Slide 5 - Tekstslide
Benoeming keizer van het Duitse Rijk
Duitse keizers waren
niet
erferlijk, zoals in andere landen.
Keurvorsten
(drie bisschoppen en vier edelen) kozen telkens een nieuwe keizer.
En deze keurvorsten kozen bewust
niet
een sterke keizer, want misschien greep deze dan alle macht!
Duitse keizers bleven daardoor ook vaak
zwak
....
Slide 6 - Tekstslide
Engeland
Engelse koning was wél
sterk
Hij gaf vazallen
géén
aaneengesloten gebieden waardoor ze geen machtige edelen konden worden.
De Engelse koning controleerde de vazallen nauwkeurig.
Slide 7 - Tekstslide
Frankrijk
Rond het jaar 1000 had de koning van Frankrijk nog maar weinig te zeggen
Maar in de eeuwen daarna werden Franse koningen steeds sterker
Ontrouwe vazallen werden onderworpen (= doen wat jij wilt)
Slide 8 - Tekstslide
En nu jullie!
De quiz gaat nu starten.....
Slide 9 - Tekstslide
Graaf Willem II van Holland werd in 1247 koning van het Duitse Rijk
A
Waar
B
Niet waar
Slide 10 - Quizvraag
Graaf Willem II werd ook tot keizer van het Duitse Rijk gekroond
A
Waar
B
Niet waar
Slide 11 - Quizvraag
Een investituur is ....
A
Een promotie van een geestelijke
B
Benoeming van een nieuwe paus
C
Een plechtige benoeming van een bisschop
D
Een ruzie tussen de paus en de kerk
Slide 12 - Quizvraag
Waarom willen Duitse keizers zo graag bisschoppen benoemen als vazallen?
A
Bisschoppen zijn meer trouw aan de keizer en kunnen bovendien geen kinderen als opvolgers hebben
B
Bisschoppen zijn vroom: dat wil zeggen dat ze zich goed en netjes gedragen.
C
Bisschoppen kunnen het volk goed onder controle houden, omdat bisschoppen christelijke leiders zijn.
D
Bisschoppen zijn heel goed in het besturen van een stuk land.
Slide 13 - Quizvraag
Wat is de taak van de keurvorsten?
A
Zij keuren het eten van de vorsten zodat vorsten niet vergiftigd kunnen worden.
B
Keurvorsten kiezen gezamenlijk een nieuwe Duitse keizer.
C
Keurvorsten controleren de vazallen op trouwheid aan de vorsten. Vazallen die niet gehoorzamen, worden ontslagen.
D
Keurvorsten zijn de zeven mogelijke opvolgers van de nieuwe Duitse keizer.
Slide 14 - Quizvraag
Welke zin is juist?
A
Duitse keizers hadden veel macht.
B
Keurvorsten kozen vaak een zwakke keizer, zodat de keurvorsten zelf machtig zouden kunnen blijven.
C
Keurvorsten kozen één keer in de tien jaar een nieuwe Duitse keizer.
D
Duitse keizers waren erfelijk: de zoon van de keizer werd de opvolger.
Slide 15 - Quizvraag
In Engeland waren de koningen sterk en machtig. Welke zin is juist?
A
Engelse koningen zorgden ervoor dat de vazallen geen grote aaneengesloten gebieden kregen.
B
Engelse koningen straalden gezag uit: iedereen gehoorzaamde de koning toch wel.
C
Engelse koningen benoemden alleen bisschoppen als vazal, zodat iedere vazal trouw was.
D
Engelse koningen betaalden de vazallen meer dan andere koningen.
Slide 16 - Quizvraag
De laatste vraag!
Kreeg de Franse koning steeds meer macht?
A
Ja, eerst had de koning weinig te zeggen, maar later onderwierp de koning steeds meer ontrouwe vazallen.
B
Nee, de Franse koning had weinig macht door oorlogen met Engeland en het Duitse Rijk.
C
Nee, de koning van Frankrijk bleef alleen belangrijk in Parijs, maar verder had het weinig te zeggen.
D
Ja, de vazallen hoefden minder belasting te betalen, waardoor de Franse koning populair werd.
Slide 17 - Quizvraag
Meer lessen zoals deze
Thema 3 Investituurstrijd
September 2023
- Les met
19 slides
Geschiedenis
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
4.4 Kerk en staat
Juni 2023
- Les met
20 slides
Geschiedenis
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
4.4 kerk & staat
Oktober 2019
- Les met
25 slides
Geschiedenis
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
4.4 kerk & staat
Januari 2022
- Les met
38 slides
Geschiedenis
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
6.4 De macht van vorsten
Mei 2024
- Les met
24 slides
Geschiedenis
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
6.4 De macht van vorsten
Maart 2024
- Les met
22 slides
Geschiedenis
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
4.4 kerk & staat
Oktober 2022
- Les met
31 slides
Geschiedenis
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
5.4 1TH De macht van vorsten
April 2024
- Les met
27 slides
Geschiedenis
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1