Project Europa lesmateriaal ak klas 1

Project Europa lesmateriaal ak 
Basis info en uitleg van het project
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 300 min

Onderdelen in deze les

Project Europa lesmateriaal ak 
Basis info en uitleg van het project

Slide 1 - Tekstslide

In dit onderzoeksproject leer je:

  • Over de aarde onder Europa en hoe deze beweegt
  • Wat voor invloed hoogteverschillen hebben in Europa
  • Over de bevolking en de culturen van Europese landen
  • Hoe de bevolking verspreid is en waarom mensen verhuizen binnen Europa
  • Over de verschillende klimaten in Europa en de invloed van klimaten op de mensen in Europa
  • Over verschillen in welvaart en welzijn in Europa 
  • Over rijk en arm in Europa en hoe dit verdeeld is 

Slide 2 - Tekstslide

In dit project maak je:

  • Een presentatie met daarin resultaten van je onderzoek
  • Wat je gaat leren, ga je met een groepje onderzoeken
  • Je krijgt over elk onderwerp vragen die je beantwoord, dus
  • Die zet je in een presentatie die je gaat laten zien aan de groep
  •  Deze presentatie doe je voor klasgenoten met je groep

  • In de dia's die volgen staat basis info. Je docent legt uit. 
  • De begrippen vind je terug in een Quizlet.

Slide 3 - Tekstslide

Deel 1. Verschillen in natuur in Europa
  • Europa ligt op de Euraziatische plaat. Dit is een aardkorstplaat
  • Onder de Atlantische Oceaan ligt de Euraziatische plaat naast de Noord-Amerikaanse plaat. Die beweegt uit elkaar -> vulkanen komen voor 
  • In het zuiden van Europa botst de Euraziatische plaat op de Afrikaanse plaat -> daardoor zijn in Italië bijvoorbeeld aardbevingen en ook vulkanen
  • De beweging van de aardkorstplaten noem je ook wel platentektoniek
  • Meer info over de opbouw van de aarde

Slide 4 - Tekstslide

Verschillen in natuur
  • Je kan de bewegingen van de grond ook zien aan de gebergten en hun vorm (Zoek de hoogste bergtop eens op)
  •  Er zitten delfstoffen onder de grond in Europa, dat komt ook door de beweging van de Euraziatische plaat. 
  • Je vind sporen van een warm en vochtig klimaat terug door de toen afgestorven planten en bomen. Dit zijn nu fossielen. 
  • Vooral in kalksteen kan je fossielen vinden, bij de Franse of de Engelse kust bijvoorbeeld.

Slide 5 - Tekstslide

Vragen voor je onderzoek:

  • Welk Europees land kiezen jullie? Schrijf op.
  • Hoe ziet het reliëf in dit land er uit? (de hoogteverschillen)
  • Welke natuurrampen kunnen er voorkomen en hoe kan dit?
  • Welke delfstoffen en energiebronnen vind je in dit land? Geef dit weer op een kaart die je zelf hebt gezocht.

Slide 6 - Tekstslide

Deel 2: Verschil in bevolking en cultuur
Nederland is een van de meest dichtbevolkte gebieden in Europa. De bevolkingsdichtheid is in Noorwegen juist laag. De bevolkingsspreiding is binnen landen ook ongelijk. Er wonen meer mensen in de stad dan in een dorp. 
De natuurlijke bevolkingsgroei is laag in Europa. Er is vergrijzing, dat zorgt ervoor dat er in de toekomst misschien te weinig geld is voor de AOW (ouderdomswet, pensioen) voor ouderen. Dat omdat er te weinig jongere mensen zijn die werken en belasting betalen voor de AOW.

Slide 7 - Tekstslide

Deel 2: Verschil in bevolking en cultuur
Migratie: mensen verhuizen tussen landen, binnen Europa maar ook van buiten Europa naar landen in Europa. 
Waarom doen mensen dit?
Oorlog en vervolging: -> vluchten
Economische redenen: -> een beter leven en meer loon 
Europa hoort bij het Westerse cultuurgebied, met daarin veel cultuurverschillen. Mensen spreken verschillende talen, hebben verschillende geloven, bouwen verschillende soorten huizen en eten verschillende dingen.
Culturen veranderen door mengen van mensen, dit is van alle tijden. Denk aan vroegere koloniën waarbij groepen van over de wereld vermengden. 

Slide 8 - Tekstslide

Vragen voor je onderzoek:
  • Wat is de bevolkingsdichtheid en hoe is de bevolkingsspreiding?
  • Hoe zit het met de natuurlijke bevolkingsgroei en de migratie?
  • Wat is de leeftijdsopbouw van de bevolking en wat heeft dat voor gevolgen? Zoek hiervoor een bevolkingsgrafiek van dit land.
  • Tot welk cultuurgebied hoort dit land?
  • Welke taal en godsdienst komen er vooral voor?
  • Welke andere culturen komen er voor in dit land? 

Slide 9 - Tekstslide

Deel 3: Verschil in klimaat in Europa
Europa; van het hoge noorden tot de Middellandse Zee, van de Atlantische oceaan tot in Rusland. Hier vind je grote verschillen in klimaat, natuurlijk. 
De noordelijke gebieden in Europa liggen boven de poolcirkel. 
Op die geografische breedte zijn de winters koud, lang en donker. In de Alpen kan je in de winter lekker skiën, daar lijkt het wel op het poolklimaat behalve er valt meer neerslag door stuwingsregens die soms sneeuw zijn. 
Het zuiden van Europa ligt op lagere breedte. Daar, rond de Middellandse Zee zijn zomers warm en droog en winters zacht met regen. In Spanje of Frankrijk kan het 30 graden in de zomer zijn, ideaal voor lekker zonnige vakanties!

Slide 10 - Tekstslide

Klimaten in Europa in kaart

Slide 11 - Tekstslide

Verschil in klimaten in Europa
in West-Europa valt meer neerslag dan in Oost-Europa. In het westen is het in de winter ook minder koud. De wind komt van de zee naar het land -> aanlandig is die, dus. Dat geeft in de zomer koele lucht en in de winter warmere lucht. Landen in het westen kennen het zeeklimaat, denk aan het Ierland. Er is daar veel regen, in de winter is het geen strenge vorst. In het oosten heerst er wèl strenge vorst, daar liggen landen in het landklimaat. Belarus, bijvoorbeeld. Daar heeft de zee geen invloed, die is te ver weg. De verschillen in temperatuur tussen zomer en winter zijn daar groot.
Europa kent geen woestijnklimaat en geen hele natte gebieden. Het heeft een gunstig klimaat voor landbouw, daarom wordt er in Europa veel voedsel geproduceerd. 
Er zijn wel veranderingen in het klimaat te bemerken, er vallen vaker hevige buien of er is in Spanje in de zomer zo veel droogte dat het wel gaat lijken op woestijn daar.



Slide 12 - Tekstslide

Vragen voor je onderzoek:

  • Welk klimaat (of klimaten) komt (komen) voor in het land en wat zijn de kenmerken daarvan? 


  • Wat is de invloed van de ligging van het land en de wind op het klimaat?

  • Wat zijn de gevolgen van de klimaatverandering voor dit land?

Slide 13 - Tekstslide

Deel 4: Verschil in welvaart in Europa
Europa is een welvarend gebied, het lijkt of mensen hier rijk zijn. Natuurlijk zijn er per land grote verschillen tussen rijk en arm en binnen landen ook.
Binnen Europa zijn er landen koploper en volger
In Roemenië is de welvaart minder dan in Zwitserland. Zwitserland is koploper, Roemenië is volger. In West- en Noord-Europa is de welvaart hoog. Dat kan je merken aan hoeveel mensen er in de dienstverlening werken en aan het bnp per hoofd van de bevolking
Verschillen binnen landen kan je niet zien als je naar het bnp kijkt. Er zijn in Zwitserland ook mensen die onder de armoedegrens leven en in Roemenië zijn ook hele rijke mensen. De koopkracht verschilt ook binnen Europa. In Zwitserland betaal je veel meer voor een Cheeseburger dan in Roemenië. En toch is die burger voor Roemenen duur omdat ze minder verdienen dan de Zwitsers. 

Slide 14 - Tekstslide

Verschil in welvaart in Europa
In Europa zijn er ook verschillen in welzijn. Als je naar onderwijs, gezondheidszorg en het aantal computers kijkt kan je in Europa verschillen tussen oost en west en zuid en noord zien.
Denemarken kent een heel hoog welzijn, daar zijn gezondheidszorg en onderwijs goed geregeld. De Denen zijn wel tevreden over hun levensomstandigheden. In Albanië zijn mensen minder tevreden, het welzijn is daar lager. Daar hebben ze per 1000 mensen minder huisartsen en is de babysterfte hoger dan in Denemarken. 
Landen die lid zijn van de EU hebben afspraken gemaakt om de welvaart eerlijker te verdelen. Mensen kunnen zo makkelijker in een ander EU-land gaan werken en studeren. Rijkere EU landen steunen armere EU landen-> regionaal beleid noem je dat. Hier is binnen de EU wel eens discussie over, natuurlijk.. Niet alle landen in Europa zijn lid van de EU. 

Slide 15 - Tekstslide

Vragen voor je onderzoek:
  • Hoe rijk of arm is het land en waar verdienen de mensen hun geld mee? 

  • Hoe hoog is het welzijn in het land? 
  • Zijn de mensen ook tevreden met hun leven?

Slide 16 - Tekstslide