24- les4 avril- Chapitre 6 - phrases-clés - parler de saville3h

1 / 47
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 47 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Le sac à dos par terre s.v.p. 
STARTKLAAR!
timer
1:00

Slide 4 - Tekstslide

          Jeudi 4 avril 2024
 
         Ville de Lyon

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Le programme du cours
  1. terugblik:  
  2. Wat ga je leren: 
  • je stad/dorp beschrijven

voc. vrijtijdsactiviteiten
   Je mening geven over je stad/dorp

Slide 7 - Tekstslide

  1. Terugblik op de vorige les
Prenez vos ordinateurs
Quiz:


voc. vrije tijdactiviteiten

Slide 8 - Tekstslide

Vertaal in het Nederlands:
faire les magasins
faire du VTT

Slide 9 - Open vraag

Vertaal in het Nederlands:
J'ai visité Paris pendant les vacances.

Slide 10 - Open vraag

Vertaal in het Nederlands:
je fais du foot
je jou à la console.

Slide 11 - Open vraag

Vertaal in het Nederlands:
Je fais de l'escalade

Slide 12 - Open vraag

Beantwoord de vraag in het frans:
Tu habites où?

Slide 13 - Open vraag

Beantwoord de vraag in het Frans:
Tu habites où?

Slide 14 - Open vraag

de namen v. gebouwen in een
stad/een dorp in het Frans

Slide 15 - Woordweb

Vertaal in het Nederlands:
le commissaria de la police
la pharmacie

Slide 16 - Open vraag

Vertaal in het Nederlands
à côté, près, loin, en face, entre

Slide 17 - Open vraag

Vertaal in het Nederlands:
l'église
la marie
la boulangerie

Slide 18 - Open vraag

2. Wat ga je in deze les leren?
- Je stad/dorp beschrijven
- Je mening geven over je stad/dorp

Slide 19 - Tekstslide

2. Les Lieux de la ville 
Exercice 1: Regarde la vidéo et réponds aus questions

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Link

Welk gebouw bevindt zich achter de school?
A
Het gemeentehuis
B
De sportschool
C
De bioscoop
D
Het zwembad

Slide 22 - Quizvraag

Waar woont deze dame?
A
Au centre d'une petite ville dans une maison.
B
Au centre d'une grande ville dans une maison.
C
DAu centre d'un village dans une maison.
D
Dans une villa à côté d'une ville.

Slide 23 - Quizvraag

Tegenover welk gebouw woont ze?
A
un parc
B
une mairie
C
une bibliothique
D
une salle de sport

Slide 24 - Quizvraag

Wat doet ze op zaterdag?

Slide 25 - Open vraag

Wat doet ze op zondag?

Slide 26 - Open vraag

Is het restaurant ver of dichterbij haar huis?

Slide 27 - Open vraag

Welk gebouw bevindt zich achter de school?
A
une école
B
une piscine
C
un grand parc
D
un hôpital

Slide 28 - Quizvraag

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Link

Slide 31 - Link

Décrire une ville
 Om iets te vertellen over de  voorzingen en publieke ruimtes in een stad/dorp gebruik je in het Frans: 
-  il ya .. = er is 
- il n' y a pas de ...= er is niet/ geen

Bekijk de onderstaande voorbeelden op de volgende dia.

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

3. Lesevaluatie
Wat heb je vandaag gleerd?
timer
5:00

Slide 34 - Tekstslide

Schrijf 5 namen van voorzingen
in een stad/dorp

Slide 35 - Woordweb

Vertaal:
le commissaria
la boulangerie
la librairie- la mairie

Slide 36 - Open vraag

Hoe zal dit meisje reageren op de vraag: Tu habites où?

Slide 37 - Open vraag

Geef je mening over je stad/dorp. Begin je zin met: Ma ville est .....

Slide 38 - Open vraag

Les devoirs
Décris ta ville ou ton village

Les devoirs: 
Tâche: décris ta ville

Slide 39 - Tekstslide

Wat 
1. Een poster maken 



2. Een verhaal schrijven waarin je je stad/dorp beschrijft;


Hoe?
 Individueel










Maak een poster van je stad/dorp: gebouwen en voorzieningen met de namen erbij in het Frans. 

Schrijf een verhaal over je stad/dorp: 
beantwoord de volgende vragen:
- Waar woon je?
- Is je stad groot/klein
- Welke voorzieningen en gebouwen zijn er? 
-  Wat vind je leuk om te doen in je stad/ dorp.
- Wat vind je van je stad/ dorp?
 

Slide 40 - Tekstslide

Hoe?
individueel
Waar  moet je product aan voldoen?
1. Je hebt een poster van je stad/dorp gemaakt;
2. Je hebt een tekst geschreven waarin  je vertelt waar je woont,  of je stad groot/klein is;
3. Je hebt 6 namen van voorzingen die er in je stad zijn en 3 die er niet zijn 

4. Je hebt 3 activiteiten benoemt die je in je stad in je vrije tijd doet.

5. Je hebt vertelt wat je van je stad vindt 

6 . Je hebt  mooie foto's gemaakt;

 7.  De lay - out ziet er goed uit.

Slide 41 - Tekstslide

Eindproduct 
- Lever je eindproduct in in Magister, opdrachten,

- In de les van dinsdag 9 april ga je een presentatie in je groepje houden over je stad/dorp.
Tâche: Décris ta ville

Slide 42 - Tekstslide

Hulpmiddelen
- Phrases-clés G p. 82
Voc. E en F p. 81

Bronnen in de LessonUp
les van 4 april (Link op Magister, opdrachten

Tâche: hulpmiddelen

Slide 43 - Tekstslide

Slide 44 - Video

Slide 45 - Video

Slide 46 - Tekstslide

bonne semaine!

Vous avez passé de bonnes vacances?

Slide 47 - Tekstslide