Les 4 Cyclobeweging

Cyclobeweging
De hersenen willen wat ze waarnemen normaal blijven interpreteren. Dus ook de horizon zal in de 0/180graden-richtingwillen worden geïnterpreteerd. Vandaar dat de hersenen extra impulsen naar de uitwendige schuine oogspieren sturen. De schuine oogspieren kunnende ogen enkele graden om de gezichtsas laten verrollen. Dit heet een cyclobeweging of torderen.
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
OBMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Cyclobeweging
De hersenen willen wat ze waarnemen normaal blijven interpreteren. Dus ook de horizon zal in de 0/180graden-richtingwillen worden geïnterpreteerd. Vandaar dat de hersenen extra impulsen naar de uitwendige schuine oogspieren sturen. De schuine oogspieren kunnende ogen enkele graden om de gezichtsas laten verrollen. Dit heet een cyclobeweging of torderen.

Slide 1 - Tekstslide

▪Als één oog een beweging maakt, noem je dit een –ductie. 
▪Als twee ogen een beweging in dezelfde richtingmaken, noem je dit een –versie.
▪Als twee ogen een beweging in tegengestelde richtingmaken, noem je dit een –vergentie.

Slide 2 - Tekstslide

Cyclobeweging
▪Incycloductie of intorsie: Eén oog verrolt, vanaf de bovenzijde gezien, naar de nasalekant.
▪Excycloductieof extorsie:Eén oog verrolt, vanaf de bovenzijde gezien, naar de temporale kant. 
▪Incyclovergentie:Beide ogen verrollen naar de nasale kant. ▪Excyclovergentie:Beide ogen verrollen naar de temporale kant. ▪Dextrocycloversie:Beide ogen rollen naar rechts. 
▪Levocycloversie:Beide ogen rollen naar links. 

Slide 3 - Tekstslide

foto blz 57

Slide 4 - Tekstslide

Opdracht 40 werkboek 
Hoeveel in- of excycloductie moet het rechteroog leveren om een horizontale lijn normaal te blijven interpreteren? Het rechteroog kijkt door een correctie van C + 6,00 as 136° die gedragen wordt op een h.a. van 12,5 mm.

Slide 5 - Tekstslide

 Hij kijkt naar een horizontale lijn
α =180-136= 44°     C = 6
a = ha + 1,5 mm = 12,5 + 1,5 = 14 mm = 0,014 m.
tan β = (a* C)/2 sin 2α
tan β = (0,014*6)/2 sin 2* 44
tan β = 0,084/2 sin 2* 44
tan β = 0,042 * sin 88
tan β = 0,042 * 0,999390
tan β = 0,042
β = 2,4°


De lijn verdraaid dus 2,4°.
we tekenen een vooraanzicht van het rechter oog, volgens de TABO
Cilinder “+”as de waargenomen lijn draait in de tegenovergesteld richting 
De cyclobeweging is gelijk aan β en aan de richting van β
  

Het rechter oog moet 2,4° excycloductie leveren

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Opdracht 41 werkboek 
zelf maken 
Hoeveel in- of excycloductie moet het rechteroog leveren om een verticale lijn normaal te interpreteren
bij een correctie van C + 6,00 as 136° en een h.a. van 12,5 mm

Slide 8 - Tekstslide

opdracht 43
Yasmin heeft voor het rechter en linkeroog dezelfde correctie C+2,75 as 90 De ha= 15,5 mm. Zij kijkt naar een verticale lijn. 
Hoeveel in of excycloductie moet ze leveren om de lijn recht te blijven zien. 
alpha 90-90= 0 
Dus betha= 0

Slide 9 - Tekstslide

extra som 
Laila  heeft voor het rechter en linkeroog dezelfde correctie 
C- 3,25 as 35 De ha= 14,5 mm. Zij kijkt naar een verticale lijn.
Hoeveel in of excyclo moet ze leveren om de lijn recht te blijven zien?

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide