In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Raadsel
Slide 1 - Tekstslide
Lijnen
Slide 2 - Tekstslide
Na deze les kan je lijnen evenwijdig aan elkaar en loodrecht op elkaar tekenen.
Slide 3 - Tekstslide
AB is een lijnstuk, een lijnstuk heeft twee eindpunten
Een halve lijn heeft één eindpunt
Slide 4 - Tekstslide
a en b zijn snijdende lijnen, ze snijden elkaar in het snijpunt S
p en q staan loodrecht op elkaar, snijpunt R is een rechte hoek
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Video
Slide 7 - Tekstslide
Waar moet je ook aan denken wanneer je de loodlijn(en) hebt getekend?
A
Dat je erbij schrijft dat de hoeken 90 graden zijn.
B
Dat je het rechtehoekteken erbij zet.
Slide 8 - Quizvraag
Slide 9 - Tekstslide
00:21
Wat heb je nodig om een loodlijn te kunnen tekenen?
A
Pen en liniaal
B
Potlood en liniaal
C
Pen en geodriehoek
D
Potlood en geodriehoek
Slide 10 - Quizvraag
00:59
Hoeveel graden is een rechte hoek?
A
90 graden
B
180 graden
C
360 graden
Slide 11 - Quizvraag
Slide 12 - Video
Slide 13 - Tekstslide
De lange zijde van de geodriehoek ligt op lijn l. Moet je geodriehoek aan de kant liggen van punt A, ja of nee?
A
Ja
B
Nee
Slide 14 - Quizvraag
Op deze manier kun je de geodriehoek naar punt A schuiven. De evenwijdige lijnen van je geodriehoek schuiven over lijn l. Zo kun je een keurige evenwijdige lijn tekenen.
Slide 15 - Tekstslide
De lange zijde van de geodriehoek ligt op lijn l. Moet je geodriehoek aan de kant liggen van punt B, ja of nee?
A
Ja
B
Nee
Slide 16 - Quizvraag
Op deze manier kun je de geodriehoek naar punt A schuiven. De evenwijdige lijnen van je geodriehoek schuiven over lijn l. Zo kun je een keurige evenwijdige lijn tekenen.
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
00:08
Wat heb je nodig om een evenwijdige lijn te kunnen tekenen?
A
Pen en liniaal
B
Potlood en liniaal
C
Pen en geodriehoek
D
Potlood en geodriehoek
Slide 19 - Quizvraag
00:47
Waarmee laat je zien dat de lijnen evenwijdig lopen?
A
Met een rechtehoekteken.
B
Met een kruisje.
C
Met een pijltje.
D
Met een dikke streep.
Slide 20 - Quizvraag
01:19
Hoeveel pijltjes zet ik nu op elke lijn achter elkaar?
A
1 pijltje.
B
2 pijltjes.
C
3 pijltjes.
D
Niks.
Slide 21 - Quizvraag
01:32
Hoeveel pijltjes zet ik nu op elke lijn achter elkaar?
A
1 pijltje.
B
2 pijltjes.
C
3 pijltjes.
D
Niks.
Slide 22 - Quizvraag
03:24
Wat moet je ook nog neerzetten om de opdracht compleet te maken?
A
Kruisjes
B
Rechtehoekteken
C
Nummer
D
Pijltjes
Slide 23 - Quizvraag
§ 5.1: belangrijk om te onthouden
Loodlijnen (tekenen)
Evenwijdig
Evenwijdige lijnen tekenen
Slide 24 - Tekstslide
§ 5.1 hebben we nu afgerond en ook herhaald.
Heb je nog niet alle opdrachten gedaan, ga dat wel nog maken.