Chpt 1 - Bezittelijk voornaamwoord - herhaling

Herhaling bezittelijk voornaamwoord
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Herhaling bezittelijk voornaamwoord

Slide 1 - Tekstslide

Voorbeelden van bezittelijk voornaamwoord in het NL?

Slide 2 - Woordweb

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Hoe vertaal je het bezittelijk vnw?
(mijn) amies
A
mon
B
ma
C
mes

Slide 5 - Quizvraag

Hoe vertaal je het bezittelijk vnw?
(jouw) amie
A
ton
B
ta
C
tes

Slide 6 - Quizvraag

Hoe vertaal je het bezittelijk vnw?
(haar) petit frère
A
son
B
sa
C
ses

Slide 7 - Quizvraag

Hoe vertaal je het bezittelijk vnw?
(jouw) chambre
A
ton
B
ta
C
tes

Slide 8 - Quizvraag

2. onze, ons, jullie, uw, hun
onze/ons             notre (ev), nos (mv)
jullie/uw              votre (ev), vos (mv)
hun                        leur (ev), leurs (mv)
De vertalingen zijn dus afhankelijk van enkelvoud (ev) en meervoud (mv)

Slide 9 - Tekstslide

Hoe vertaal je het bzv?
(hun) prof
A
leur
B
leurs
C
votre
D
vos

Slide 10 - Quizvraag

Hoe vertaal je het bzv?
(jullie) profs
A
votre
B
vos
C
notre
D
nos

Slide 11 - Quizvraag

Hoe vertaal je het bzv?
(ons) devoirs
A
votre
B
vos
C
notre
D
nos

Slide 12 - Quizvraag

Hoe vertaal je het bzv?
(onze) école
A
votre
B
vos
C
notre
D
nos

Slide 13 - Quizvraag

Hoe vertaal je het bzv?
(jullie) école
A
votre
B
vos
C
notre
D
nos

Slide 14 - Quizvraag

Nu alles door elkaar...

Slide 15 - Tekstslide

Vul het juiste bzv in:
(mijn) élèves

Slide 16 - Open vraag

Vul het juiste bzv in:
(jouw) élève

Slide 17 - Open vraag

Vul het juiste bzv in:
(uw) élève

Slide 18 - Open vraag

Vul het juiste bzv in:
(haar) matière préférée

Slide 19 - Open vraag

Vul het juiste bzv in:
(zijn) prof (m) de français

Slide 20 - Open vraag

Vul het juiste bzv in:
(hun) prof de français

Slide 21 - Open vraag