LJ1 - 4.4 Grammar / LJ 2 - 4.4 Vocabulary + Phrases

Vak: Engels
Hoofdstuk: 4.4
1.
Lesopening / Lesson opening
2.
Lesdoel / Goals 
3. 
Mini-check
4.
Instructie / Instruction
5.
Begeleid inoefenen / Guided practice
6.
Zelfstandig werken / work independently 
7.
Evaluatie / Evaluation
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo b, k, gLeerjaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Vak: Engels
Hoofdstuk: 4.4
1.
Lesopening / Lesson opening
2.
Lesdoel / Goals 
3. 
Mini-check
4.
Instructie / Instruction
5.
Begeleid inoefenen / Guided practice
6.
Zelfstandig werken / work independently 
7.
Evaluatie / Evaluation

Slide 1 - Tekstslide

1. Lesopening/lesson opening LJ1/LJ2
LJ1: Take your English book and open it on page 131.

LJ2: Take your English book and open it on page 38. Make exersice 40 and 45 on page 41
Ready? Than learn the words of 4.3 & 4.4. 
 


Slide 2 - Tekstslide

2. Lesdoel + Leergebiedoverstijgende doelen
Aan het einde van de les:
- kun je de grammar over some en any toepassen
- kun je de grammar over this, that, these and those toepassen


Leergebied overstijgende doelen:
Plannen en organiseren
- Je schrijft zelfstandig huiswerk en leerwerk op in jouw agenda
- Je plant leermomenten voor een toets in jouw agenda

Slide 3 - Tekstslide

3. Arrangementen + mini-check
Verdiept --> 8 of hoger: Niemand


We doen allemaal mee met de mini-check.

Slide 4 - Tekstslide

Are there ___ cakes left?
A
any
B
some

Slide 5 - Quizvraag

Die mensen: ... people
A
these
B
those
C
this
D
that

Slide 6 - Quizvraag

Dat huis: ... house
A
these
B
those
C
this
D
that

Slide 7 - Quizvraag

Wie maakt wat
Had je alle vragen goed dan mag je zelfstandig aan de slag. Je maakt opdracht 51 t/m 54 op blz 38/39

De rest doet mee met de instructie

Slide 8 - Tekstslide

SOME / ANY

SOME en ANY betekenen beide:

  • enkele
  • wat 
  • een paar
  • geen (in combinatie met NOT)
                                                                           Ik koop elke dag wat snoep in de kantine.
                                                                     Every day I buy some sweets in the canteen.
                                                           Mijn broer mag geen noten eten, hij is allergisch.
                                                                        My brother can't eat any nuts, he's allergic.


Slide 9 - Tekstslide

SOME / ANY
Some en any hebben dus dezelfde betekenis, 
maar worden in verschillende soorten zinnen gebruikt. 

Some gebruik je in bevestigende zinnen, deze eindigen altijd met een punt of een uitroepteken en er staat geen 'not' in.

Any gebruik je in zinnen met een vraagteken 
en zinnen met het woord 'not' er in.

Slide 10 - Tekstslide

We need some tomatoes.
Do we need any tomatoes?

Slide 11 - Tekstslide

Daffy has some money.
Patrick doesn't have any money.

Slide 12 - Tekstslide

Aanwijzende voornaamwoorden
Aanwijzende voornaamwoorden

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

6. Zelfstandig werken
LJ 1: Je maakt zelfstandig opdracht 52 en 54 op blz. 39
LJ2: Je maakt zelfstandig opdracht 40 op blz 38 en opdracht 45 op blz 41


Ben je klaar?
Dan kijk je de opdrachten na.
Daarna ga je de woordjes van 4.3 + 4.4 leren in quizlet of met een woordzoeker. 

timer
1:00

Slide 15 - Tekstslide

7. Evaluatie/Evaluation 
How was this lesson?
Do you have any questions about this lesson?

Homework on the next page. 


Slide 16 - Tekstslide

Homework
Homework LJ1:                                         Homework LJ2:
Thursday 31 March                                 Thursday 31 March
4.4 exercise 51 t/m 54.                         4.4 exercise 40 & 45

Thursday 7 April                                     Thursday 7 April
Toets unit 4                                               Toets unit 4




                  

Slide 17 - Tekstslide