BKT Werkwoorden oefenmix

Doelen

Zien: TT of VT?
Wat moet ik gebruiken, lopen of -te(n)/-de(n)?

Weten: Bij zwak verandert de klank niet, bij sterk wel.


Lekker lezen
We gaan oefenen met alle vormen!

Via Lessonup en Magister.
timer
4:00
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Doelen

Zien: TT of VT?
Wat moet ik gebruiken, lopen of -te(n)/-de(n)?

Weten: Bij zwak verandert de klank niet, bij sterk wel.


Lekker lezen
We gaan oefenen met alle vormen!

Via Lessonup en Magister.
timer
4:00

Slide 1 - Tekstslide

De tegenwoordige tijd is de tijd van...
A
Vroeger
B
Voltooid
C
Nu
D
Gisteren

Slide 2 - Quizvraag

Als ik een persoonsvorm in de tegenwoordige tijd opschrijf gebruik ik als test...
A
Langer maken.
B
Een NL-alert
C
Ik bel een familielid.
D
Een vorm van "lopen" invullen.

Slide 3 - Quizvraag

Tegenwoordige tijd
Gebaar

Tijd van nu

Gebruik "lopen" om te testen.
Ik word al oud.
Want: Ik "loop" al oud.

Slide 4 - Tekstslide

Verleden tijd
Gebaar

Zwak: Klank verandert niet:
+ te(n) of + de(n).
Eerst ik-vorm.

Sterk: Klank verandert.



Ik lach  -  ik lachte
Wij lachen -  wij lachten


Ik loop - ik liep
Wij lopen  - wij liepen

Slide 5 - Tekstslide

Onregelmatig
5 stuks

hun eigen vervoegingen

zijn, kunnen, willen, hebben, zullen

Slide 6 - Tekstslide

Giviany zit lekker te werken tegenwoordig.
Wat is de persoonsvorm?
A
Giviany
B
lekker
C
zit
D
werken

Slide 7 - Quizvraag

Hoesten.
Is dat een sterk of een zwak werkwoord?

Slide 8 - Open vraag

Persoonsvorm tegenwoordige tijd:
Ik (houden) van lekker uitslapen.

Slide 9 - Open vraag

(Worden) jij later rijk, denk je?

Slide 10 - Open vraag

Persoonsvorm verleden tijd:
Gisteren (hoesten) jij de longen uit je lijf.

Slide 11 - Open vraag

Een maand geleden (fietsen) wij samen naar mijn oma.

Slide 12 - Open vraag

Aan de slag
Maak de opdracht in Magister.
"Werkwoordspelling" en lever de opdracht deze les in.

Klaar? Lezen, Lingo, spellingoefenen.nl, puzzels op blz. 236.
timer
4:00

Slide 13 - Tekstslide

Doelen behaald?

Zien: TT of VT?
Wat moet ik gebruiken, lopen of -te(n)/-de(n)?

Weten: Bij zwak verandert de klank niet, bij sterk wel.


Jij (worden) elke dag knapper.

Hij (lachen) gisteren niet meer zo hard.

Wij (hoesten) vorige week ook als een zeehond man.

Slide 14 - Tekstslide