Er is geen vraag meer naar een product. Bijvoorbeeld: cd's.
Veel werk is overgenomen door computergestuurde machines
In sommige landen (Pakistan, China, Koreo en India) werken mensen voor erg lage lonen. Sommige bedrijven vertrekken daarom uit Nederland naar het buitenland om minder loonkosten te hebben
Slide 3 - Tekstslide
7.1 Hoe zijn werkgevers en werknemers georganiseerd?
Stel je bent werknemer bij bol.com. Je werkt in het magazijn of als pakketbezorger.
Slide 4 - Tekstslide
Samen met je collega's heb je dezelfde belangen. Wat willen jullie?
Slide 5 - Open vraag
7. De Sociale partners
Als het over werk gaat, zijn er twee hoofdrolspelers:
Werknemersorganisatie (FNV = grootste)
Werkgeversorganisaties (VNO-NCW = grootste)
Samen heten zij: de sociale partners.
Slide 6 - Tekstslide
Vakbonden
Om deze doelen samen te bereiken organiseren werknemers zich in een vakbond.
Aantal = macht. Hoe meer collega's iets willen...
Vakbond = organisatie die opkomt voor de belangen van de werknemer.
Iedere bedrijfstak of beroepsgroep heeft een eigen vakbond.
Alle vakbonden samen zijn aangesloten bij een vakcentrale zoals FNV.
Slide 7 - Tekstslide
De verzorgingsstaat
‘Een land waar de overheid de burgers helpt als dat nodig is.’
Slide 8 - Tekstslide
De verzorgingsstaat
Slide 9 - Tekstslide
Uitkeringen voor iedereen
Ouderenpensioen -> AOW
Kinderbijslag -> tot 18 jaar
Bijstand -> geen andere mogelijkheid om aan geld te komen
Slide 10 - Tekstslide
Werknemersuitkeringen
Werkloos -> werkloosheidsuitkering (WW)
Ziek -> 70% laatstverdiende loon, gedurende 2 jaar