M3: 4.3 vervolg

M3 Lezen 4.3
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

M3 Lezen 4.3

Slide 1 - Tekstslide

Planning
Kwartier lezen
Nakijken 4.3
Vervolg 4.3
Opdrachten

TOETS: in de toetsweek (3.3, 3.5 en 4.3)
BOEKOPDRACHT: 16 april

Slide 2 - Tekstslide

Plattegrond +Herinnering aan regels
Regels worden strakker én gehanteerd:
- Tijdens stillezen actieve leeshouding en daadwerkelijk lezen
- Tijdens uitleg stil en actief meedoen
- Tijdens zelfstandig werken aan de slag. Muziek mag, maar in stilte aan de slag. 
Lukt dit? Dan aan einde van de les vrije tijd.

Consequenties: 1 waarschuwing op bord, 2e waarschuwing = nablijven
Dit geldt ook voor een inactieve (lees)houding!

Slide 3 - Tekstslide

Lezen
Boekopdracht inleveren: 16 april
timer
15:00

Slide 4 - Tekstslide

Nakijken 4.3: 13, 14, 15, 16
Eerst huiswerkcontrole

Slide 5 - Tekstslide

Nakijken 4.3: 13, 14, 15, 16
13a windei = een ei waarbij er niets in de schaal zit
b genomineerde = iemand die voorgedragen wordt voor een prijs
c Een speentje om een baby zoet te houden.
d Eigen antwoord. Bijvoorbeeld: De consument wordt ‘zoetgehouden’ met een mooi reclamepraatje. Ondertussen is chocola voor baby’s natuurlijk gewoon heel ongezond.

14a Het wel of niet eten van vlees.
b een column

Slide 6 - Tekstslide

Nakijken 4.3: 13, 14, 15, 16
14c een betogende tekst
d overtuigen

15 A=C
B=B
c De dochter van de schrijver wil (gelukkig) nog steeds vlees eten.

16a Dit betekent dat er tijdens de logeerpartij geen ruzie was
gemaakt.

Slide 7 - Tekstslide

Nakijken 4.3: 13, 14, 15, 16
16b Dit betekent dat er tijdens de logeerpartij geen ruzie was
gemaakt.
bJe ontdekt iets. Je krijgt iets in de gaten.
c Neerkijken op iemand, iemand minderwaardig vinden.
d Stevig, krachtig, sterk.

Slide 8 - Tekstslide

4.3  Betrouwbare info vinden
Bepaal altijd eerst wat voor website je voor je hebt. Vier belangrijke soorten zijn:
– informatieve website: gericht op het delen van informatie over een bepaald onderwerp; vaak van een overheidsinstantie of van een instelling die deskundig is op een bepaald terrein;
– nieuwssite bevat artikelen met nieuws over verschillende onderwerpen;
– blog: gericht op persoonlijke zaken of zaken die de blogger interessant vindt;
– verkoopsite: gericht op de verkoop van producten, vaak webshops.
• Gebruik voor school zoveel mogelijk informatie van informatieve websites en
nieuwssites.
• Als je op een blog bruikbare informatie vindt, vergelijk die dan met informatie over
hetzelfde onderwerp op een informatieve site.

Slide 9 - Tekstslide

Aan de slag in je werkboek! In stilte
4.3
22, 23, 25, 26

Klaar? Dan ga je lezen




Slide 10 - Tekstslide