GO0E-MZVIG - 17-2-2022

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 2

Lesdoel

Aan het einde van de les:

- Weet je wat wij de komende periode gaan doen qua planning. 

- Weet je kort wat de exameneisen zijn van het Schrijven examen. 

- Heb je de spellingsregels weer onder de knie. 

- Heb je een online post geschreven waar je rekening hield met de exameneisen. 

Wat herinner je nog van de lessen Nederlands?

Vorig jaar 

Begrijpend lezen: 

           Onderwerp & Hoofdgedachte

           Inleiding, kern & slot

           Samenhang in tekst

           Leesstrategietraining

Schrijven :

           Betoog schrijven

           Zinsconstructieopdracht

           Betogen nakijken als oefening

4 examens 

- COE  

- Gesprekken

- Spreken (presenteren)

- Schrijven

1/2

1/6 

1/6

1/6 --> Eind dit blok

Schrijfexamen 2F

Teksten

• Klachtenbrief/Formele brief/E-mail
• Verslag - onderzoek of stage
• Advertentie
• Reactie/online post                                             

Eisen

• Spelling, interpunctie & grammatica
• Woordenschat en woordgebruik
• Samenhang & leesbaarheid
  
• Afstemming op doel
• Afstemming op publiek

Agenda aankomende periode Nederlands

Algemene uitleg examens - Spelling & grammatica - Reactie/Online post

Exameneisen - Advertentie - afstemming op doel - Woordenschat en woordgebruik

Voorjaarsvakantie

Formele brief -  Skelet - Afstemming op publiek

Verslag - Leesbaarheid

Betoog - Samenhang  

Examen

Examen

17 feb.................... 

24 feb...................

2 maart............... 

10 maart............. 

17 maart.............

24 maart............ 

31 maart.............

7 april...................

14 april.................

21 april.................. 

We ... (wachten) vorige week wel een uur op de trein.

1. wachten
2. wachtten
3. wachtte
4. wachtte

De kinderen
(lachen) toen hij weer eens viel.

1. lachtten
2. lachte
3. lachten
4. lagten

Wij ...(melden) ons gisteren al vroeg.

1. melde
2. meldde
3. melden
4. meldden

Voltooid deelwoord van streamen:
Wij hebben...

1. gestreamed
2. gestreamet
3. gestreamd
4. gestreamt

TT = Stam + t-en

          probeer met lopen

VT = Stam + t/d-en

           probeer met werken

Let op: 

- In welke tijd het staat.

- Enkelvoud of meervoud?

- Staat er nog een ander werkwoord in de zin? 

- In welke tijd het staat.

Ik ... (werken) mezelf een ongeluk. 

Gisteren ... (werken) ik mezelf een ongeluk. 

- Enkelvoud of meervoud?

Gisteren ... (werken) wij onszelf een ongeluk.

- Staat er nog een ander werkwoord in de zin?

Ik heb mezelf laatst voor een fiets ... (gooien). 

Die man heeft de longen uit zijn lijf ... (schreeuwen).

1. schreeuwde
2. geschreeuwt
3. geschreeuwd
4. geschreeuwed

Ik ... (zetten) het glas snel op de tafel, nadat ik haar zal flauwvallen.

1. zet
2. zette
3. zetten
4. zat

Reactie/online post

Je hebt een prijs gewonnen: je kunt kiezen uit:

- Twee kaartjes voor een pretpark.

- Een diner voor twee personen.

- Twee kaartjes voor een festival.

- Een citytrip in Nederland voor twee personen.

Schrijf hierover op Facebook:

- Schrijf wat je gaat doen en met wie je dat gaat doen

- Schrijf waarom je voor dit uitje kiest. Noem twee redenen.

 - Schrijf wat je van plan bent te gaan doen tijdens dit uitje. Noem minimaal twee activiteiten.

 - Schrijf wat je van dit uitje verwacht.