Geschiedenis

Economie 
Doelen van vandaag:
Je weet de verschil tussen chartaal en giraal geld.
Je kunt uitleggen de verschil tussen directe en indirecte ruil.
Aan het werk / huiswerk.
1 / 7
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

In deze les zitten 7 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Economie 
Doelen van vandaag:
Je weet de verschil tussen chartaal en giraal geld.
Je kunt uitleggen de verschil tussen directe en indirecte ruil.
Aan het werk / huiswerk.

Slide 1 - Tekstslide

2 soorten geld.
Chartaal geld - In je portemonnee zit contant geld. Het geld is in vorm van briefjes en munten. Dat is chartaal geld. Het is tastbaar.
Giraal geld - Geld op je bankrekening is niet tastbaar. Je kunt er wel mee betalen. Dit noemen we giraal geld. 

Slide 2 - Tekstslide

Hoe betaal jij het meeste?
A
Met een pinpas - giraal.
B
Contant - chartaal.

Slide 3 - Quizvraag

Indirecte ruil.
  • Als je iets koopt, betaal je met geld. Je ruilt je geld voor goederen of diensten.
  • Geld noem je daarom een ruil middel. Als je geld gebruikt bij het ruilen is het indirecte ruil. 

Slide 4 - Tekstslide

Directe ruil.
  • Als je ruilt zonder geld noemen we het directe ruil. Je ruilt dan iets tegen iets. 
  • Directe ruil kan lastig zijn. Voorbeeld: Jij vind de pen van je vriendin mooi, en zij jouw puntenslijper. 
  • Dan ruilen jullie met elkaar. Dan is het een directe ruil.

Slide 5 - Tekstslide

Geef een voorbeeld van een indirecte ruil.

Slide 6 - Open vraag

Maken (15 minuten)
2sA / 2sB :
Bladzijde: 41 t/m 44 opdracht 10 t/m 21.
2sC / 2sD:
Bladzijde: 46 t/m 49 opdracht 12 t/m 23.
Wat niet af is, wordt huiswerk!

Slide 7 - Tekstslide