Week 21 - Schrijven

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 1

SCHRIJVEN WEEK 22

Planning voor vandaag

• Overzicht voor de rest van het jaar
• Uitleg over de toets en de theorie
• Zelfstandig aan de slag met schrijven

Planning voor de rest van het jaar

• Week 22 - Herhaling (woensdag geen les)
  
• Week 23 - Toets (maandag geen les)
• Week 24 - Iets met gedichten, boeken, een film of iets anders?
•  Wordt vervolgd.. 

Wat moet je weten voor de toets?

• De regels voor het schrijven van een informatieve tekst
• De structuur van een informatieve tekst (inleiding, kern, slot)
  
• De verwijswoorden
  

Je moet de informatie hierboven kunnen toepassen en zelf kunnen opschrijven. 

Wat zijn ook alweer de 5W-1H?

Waarvoor dient een inleiding?

1. Het herhaalt alles uit de tekst
2. Het introduceren van het onderwerp
3. Het geeft alle informatie uit de tekst
4. Het trekt de aandacht van de lezer

Waarvoor dient de kern?

Waarvoor dient het slot?

1. Het rondt de tekst af.
2. Het benoemt per deelonderwerp de informatie
3. Het trekt de aandacht
4. Het herhaalt alles uit de tekst.

Duss..

• Een inleiding trekt de aandacht en introduceert het onderwerp van de tekst. 
• Een kern  beschrijft per deelonderwerp alle informatie in meerdere alinea's
•  Een slot rondt alles af. Die herhaalt alles kort en misschien soms ook een mening. 
• JE GEBRUIKT ALTIJD DE 5W-1H-vragen!!

Wat heb je gedaan dit weekend?

• Inleiding, kern en slot
• 5W-1H
• 4 alinea's 

DIT GA JE PAS DOEN WANNEER JIJ JE TEKST AL HEBT INGELEVERD BIJ ME!

Wat ga je nu doen?

Wat: Je gaat nu zelf een informerende tekst schrijven. 

Hoe: Je kiest een eigen onderwerp, voor het schrijven gebruik je de theorie die je van mij hebt ontvangen. Denk aan; 5W1H, structuur, etc. 
Hulp: Geen. Je bent volledig zelfstandig aan het werk.

Tijd: Tot vijf minuten voor het einde van de les. 

Uitkomst: Een zelfgeschreven, kloppende informatieve tekst. 

Klaar: Je levert jouw document in bij mnr. Van Dijk en gaat daarna iets voor jezelf in stilte doen.

Wat ga je nu samen doen?

Wat: Je gaat in duo's elkaars tekst vergelijken. Hier zoek je naar twee overeenkomsten en twee verschillen.

Hoe: Door beide teksten naast elkaar te leggen en te kijken naar structuur, zinsopbouw, etc.
Hulp: Eerst elkaar, als je er niet uitkomt: Vraag het mnr. Van Dijk

Tijd: 10 minuten

Uitkomst: Een tekst met post-its ernaast. 

Klaar: Kijk of er nog meer overeenkomsten of verschillen zijn.