Voor het verbranden van hout is zuurstof nodig. De verbrandingsproducten zijn de gasvormige stoffen koolstofdioxide en waterdamp
Slide 2 - Tekstslide
2
Wanneer ijzer roest (waarvoor zuurstof en water nodig is), ontstaat er vast roest
Slide 3 - Tekstslide
3
Ammoniumdichromaat (oranje vaste stof) wordt verhit. Er ontstaan drie stoffen: chroomoxide (groen poeder), waterdamp en stikstofgas.
Slide 4 - Tekstslide
4
De gasvormige stoffen waterstof en zuurstof ontstaan na ontleding van vloeibaar water na geleiding met stroom.
Slide 5 - Tekstslide
5
Vast zilverchloride wordt ontleed door licht in vast zilver en gasvormig chloor
Slide 6 - Tekstslide
6
Keukenzout kan worden gevormd door gasvormig chloor en vast natrium te laten reageren.
Slide 7 - Tekstslide
7
Muntjes van 10 eurocent zijn gemaakt van koper, aluminium, zink en tin. 89% ervan bestaat uit koper. Het koper in het muntje reageert met zuurstof uit de lucht en daarbij ontstaat vast koperoxide.
Slide 8 - Tekstslide
8
Als je het muntje in azijn legt, vindt er nog een reactie plaats. Het koperoxide reageert met het azijn en er ontstaat dan vast koperacetaat.
Slide 9 - Tekstslide
9
Pietje gaat een latex handschoen opblazen. Hij vult de handschoen met een beetje azijn en voegt er vervolgens bakpoeder toe. De handschoen wordt gevuld met koolstofdioxide en water. Doordat Pietje de handschoen dicht houdt, blaast de handschoen zichzelf op.
Slide 10 - Tekstslide
10
Ook in ons lichaam vinden chemische reacties plaats. Glucose in je cellen wordt door de aanwezigheid van zuurstof verbrandt en er ontstaan koolstofdioxide en water.
Slide 11 - Tekstslide
11
Wanneer hout wordt verhit, ontleedt het hout zich in koolstof, water en witte rook.
Slide 12 - Tekstslide
12
Wanneer hout wordt verbrandt, is er zuurstof nodig en ontstaan er de verbrandingsproducten koolstofdioxide en water.