231010 caps uit tabletten en elke dosis kan nakijken start CVRM

10-10-23 
Nakijken soorten capsules 
Capsules uit tabletten
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
BSPMBOStudiejaar 2,3

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

10-10-23 
Nakijken soorten capsules 
Capsules uit tabletten

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Programma van deze les

- soorten bereidingen van capsules nakijken 
- capsules uit tabletten






Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen van vandaag:

- Je weet hoe je een capsule uit tabletten kan maken en deze kan berekenen
- Je weet waar CVRM voor staat en welke risicofactoren hierbij horen. 

 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ga naar www.kahoot.it
Kahoot capsules 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bereidingsmethoden LNA
  • Hoge dosis → GNM > 50 mg/caps
  • Lage dosis →   GNM ≤  50 mg; 10-50mg gelijke delen; <10mg inpakmethode 
  • Lage dosis met oplosmethode → GNM < 5 mg, alleen volgens protocol
  • Corticosteroiden 
  • Capsules uit tabletten



Slide 5 - Tekstslide

Oplosmethode:  moet worden overwogen bij <5 mg farmacon per capsule, en geen andere werkzame bestanddelen. De oplosmethode kan slechts beperkt worden toegepast, namelijk bij farmaca, waarvoor een geschikt oplosmiddel voorhanden is: het farmacon lost er goed in op en het moet voldoende vluchtig zijn en weinig toxisch. Voorbeelden zijn aceton en methyleenchloride. (In tabel 3 staan uitgewerkte voorbeelden voor colchicine, diazepam en ethinylestradiol). Is een dergelijk oplosmiddel niet voorhanden, overweeg dan de inpakmethode of eventueel het gebruik van tabletten als grondstof. Gebruik de oplosmethode alleen als deze voor het te verwerken farmacon is onderzocht of onderzoek de werkwijze zelf. 
Waarom wordt er bij de bereiding van capsules altijd vulstof gebruikt?

Slide 6 - Open vraag

Capsules worden op volume gevuld. De hoeveelheid vulstof waarmee aangevuld moet worden is afhankelijk van de aard en hoeveelheid stof, chargegrootte en de maat van de gebruikte capsules. Capsules bevatten een mengsel van één of meer werkzame stoffen met een vulstof en soms een glijmiddel. Aard= ponderosum bijv. 
Wat is het voordeel van lactose boven cellulose en wat is het nadeel van lactose?

Slide 7 - Open vraag

Lactose wordt toegepast, een ander veelgebruikt vulmiddel, heeft veel slechtere stromingseigenschappen en is daarmee minder geschikt als vulstof voor capsules. Goed stromen van een poedermengsel betekent dat het poeder gelijkmatig en vlot uitgevuld kan worden.
Voordeel : de capsule kan worden opgelost. Dit wordt gedaan bij jonge kinderen, patiënten met ernstige slikproblemen en patiënten met een voedingssonde.
Informatorium: wanneer de inhoud van de capsule moet worden gemengd met vloeistof, kies dan lactose 180 (ook wel aangeduid als 100 M) als vulstof; tenzij het farmacon een primaire alifatische aminogroep 0(-NH2) heeft. Gebruik in dat geval microkristallijne cellulose. Indien de inhoud van de capsule moet worden gemengd met halfvast voedsel, kies dan microkristallijne cellulose (of de bij het farmacon passende vulstof van een standaardvoorschrift). Indien de capsule als zodanig wordt ingenomen; gebruik dan microkristallijne cellulose als vulstof, behalve als er risico bestaat op adsorptie van het farmacon, bij ethinylestradiol en dexamethason. Indien bekend of waarschijnlijk is dat adsorptie optreedt, gebruik dan lactose 180 (ook wel aangeduid als 100 M), tenzij het farmacon een primaire alifatische aminogroep heeft. Gebruik in dat geval gedroogd rijst- of aardappelzetmeel.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nakijken elke dosis kan

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gezondheidscentrum De Luwte
De Luwte 3 A Baars, Huisarts
           
                            Datum: 10-10-23

R/ Mefloquine 55 mg capsules 11 capsules
S. 1 x per week 1 capsule, van 3 weken voor vertrek t/m 4 weken na thuiskomst

                                                 AB


Mariëtte Poncia (11 kg)
Fazantenlaan 1 Examenstad

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vraag 1: Welke informatie heb je nodig om uit de tabletten capsules te kunnen bereiden?

Slide 15 - Open vraag

? Het gewicht van 10 tabletten zodat je het gemiddelde gewicht per tablet kunt berekenen
Vraag 2: Hoeveel tabletten heb je nodig om deze capsules te bereiden?

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Vraag 2: Hoeveel tabletten heb je nodig om deze capsules te bereiden? 
11 caps. x 55 mg = 605 mg mefloquine nodig. Eén tablet Lariam bevat 250 mg mefloquine. 605/250=2,42 tabletten.. 
Echter 10 st fijnwrijven 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vraag 3: Waarom weeg je 10 tabletten, en niet 1 tablet?

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Vraag 3: Waarom weeg je 10 tabletten, en niet 1 tablet?
 Omdat je het gemiddelde gewicht van 1 tablet dient te berekenen. Door er 10 af te wegen is het gemiddelde nauwkeuriger. 

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vraag 4: Hoeveel tabletten ga je fijnwrijven om de capsules mee te maken?

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Vraag 4: Hoeveel tabletten ga je fijnwrijven om de capsules mee te maken? 
Vraag 4: Hoeveel tabletten ga je fijnwrijven om de capsules mee te maken? LNA procedure:Neem een overmaat van tenminste één tablet meer dan de berekende hoeveelheid, maar gebruik minimaal 10 tabletten.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vraag 5: Hoeveel ga je afwegen van de fijngewreven tabletten?

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Vraag 5: Hoeveel ga je afwegen van de fijngewreven tabletten?
 gewicht van 10 tabletten is 6,17 gram →gem.gewicht is dus 0,617 gram(=617 mg). Je hebt 2,42 tabletten nodig (vraag 2) is dus 2,42 x0,617 g= 1,49314 gram → 1,49 gram 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vraag 6: Hoeveel capsules ga je maken en waarom?

Slide 24 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Vraag 6: Hoeveel capsules ga je maken en waarom? 
Voor maat 2 minimaal 30 capsules, voor maat 3 zou je 50 capsules moeten maken. Zie tabel capsules-vulwaarden. NB. Bij de kleinere capsulematen zijn de vulwaarden bij kleine charges niet ingevuld, omdat:
● een relatief grote neerwaartse gehalteafwijking optreedt door een absolute hoeveelheid verlies tijdens de bereiding. Bij een bereiding van een kleine charge is dit verlies relatief groot;
● de gewichts- en gehaltespreiding bij deze charges groot is, doordat een kleine hoeveelheid poeder moeilijk gelijkmatig te verdelen is over de capsules.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vraag 7: Leg van iedere soort tablet uit waarom deze niet geschikt is om er een capsule van te maken.
Bruistablet, Dragee, Maagsapresistente tablet, Tablet met gereguleerde afgifte en Zuigtablet

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Vraag 7: Leg van iedere soort tablet uit waarom deze niet geschikt is om er een capsule van te maken.
Bruistablet, Dragee, Maagsapresistente tablet, Tablet met gereguleerde afgifte en Zuigtablet

Alleen ‘gewone’ tabletten (waaronder ook dragees) zijn in principe geschikt om tot poeder te worden fijngewreven. Van maagsapresistente tabletten, tabletten met gereguleerde of verlengde afgifte en bruistabletten gaan de eigenschappen doorgaans verloren als zij worden fijngewreven. Houd rekening met problemen bij fijnmalen vooral bij tabletten met een coating=dragees

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar staat CVRM voor denk je?

Slide 29 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke risicofactoren voor hart en vaatziekten ken je?

Slide 32 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk 
Opdracht cardiovasculair risicomanagement

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heb jij deze les ervaren?
-1100

Slide 38 - Poll

Deze slide heeft geen instructies