TH1 hoofdstuk 5 verhoudingen

• Wiskunde
• Speciaal Onderwijs
• Leerroute 6

TH1 hoofdstuk 5 verhoudingen

par 1: verhoudingstabel

verhouding 1 : 6

los op met horizontale pijlen 

Niet elke tabel is een verhoudingstabel

We beginnen nu met wat vragen, bij sommige vragen moet je wat uitrekenen. het is makkelijk om een kladpapier bij de hand te hebben

is dit een verhoudingstabel?

1. ja
2. nee

wat komt er onder de 5 te staan in de verhoudingstabel?

is dit een verhoudingstabel? schrijf op hoe je aan je antwoord komt

wat komt er in de verhoudingstabel onder de 54 te staan?

is dit een verhoudingstabel?

1. Denk het niet maar ik weet niet waarom niet
2. Ja
3. Nee
4. geen idee

Huiswerk

Je kunt altijd rekenen via 1 maar soms is dat niet de makkelijkste manier, in dit voorbeeld hebben ze gekozen om naar 7 te gaan 

Taxirit

een taxirit van 10 kilometer kost 25 euro, wat kost een rit van 17 kilometer?

een taxirit van 12 kilometer kost 24 euro.
wat kost een rit van 18 kilometer?

een taxirit van 12 kilometer kost 24 euro.

 wat kost een rit van 18 kilometer?

*tabel maken*

Aan de slag

planning komende tijd

vandaag (maandag): herhalen rekenen met schaal

dinsdag: voorkennis hoofdstuk 6

woensdag: rekenvolgorde en paragraaf 1 van hoofdstuk 6

maandag (29 jan): paragraaf 2 van hoofdstuk 6

dinsdag (30 jan): Herhalen hoofdstuk 5

Woensdag (31): Herhalen Hoofdstuk 5 + oefentoets

Maandag (5 Feb): toets hoofdstuk 5

planning komende tijd

vandaag (maandag): paragraaf 4 herhalen

Dinsdag: herhalen

Woensdag: Herhalen + oefenproefwerk nakijken

Maandag (29 jan): toets hoofdstuk 5

pak je schrift en een pen

Op de toets moet je bij elke vraag een tabel maken, ook als je het uit je hoofd kunt.

(boek eventueel op blz 183)

De laadruimte van een model van een goederenwagon op
een modelspoorbaan is 13 cm lang, 4 cm breed en 3 cm
hoog. In werkelijkheid is de laadruimte 195 cm hoog.

wat is de schaal van het model van de goederenwagon?

De laadruimte van een model van een goederenwagon op

een modelspoorbaan is 13 cm lang, 4 cm breed en 3 cm hoog. In werkelijkheid is de laadruimte 195 cm hoog.

Groote schaalmodel 

Grote in werkelijkheid

denk bij de volgende vraag aan je berekening

de schaal is dus 1:65. De breedte van het schaalmodel is 4 cm. Hoe breed is de trein in werkelijkheid?

Een pantoffeldiertje is in werkelijkheid 0,2 mm lang.
In een tekening is het pantoffeldiertje 70 mm lang.
Welke schaal heeft de tekening? Bereken met een tabel

Een pantoffeldiertje is in werkelijkheid 0,2 mm lang.

In een tekening is het pantoffeldiertje 70 mm lang.

Welke schaal heeft de tekening?

Grote op tekening

Grote in werkelijkheid

In een andere tekening van het diertje:
gegeven is de schaal 250:1
In werkelijkheid is het pantoffeldiertje 0,2 mm. Hoe groot word de tekening? bereken met een tabel

gegeven is de schaal 250:1

In werkelijkheid is het pantoffeldiertje 0,2 mm. Hoe groot word de tekening?

Grote op tekening

Grote in werkelijkheid

Op een poster op schaal 15 : 1 is een insect 45 cm lang.
Hoeveel cm lang is het insect in werkelijkheid? Bereken met behulp van een tabel

Op een poster op schaal 15 : 1 is een insect 45 cm lang.

Hoeveel cm lang is het insect in werkelijkheid?

Grote op poster

Grote in werkelijkheid

Aan het werk Th1b

5.5 Gemengde opdrachten: 31 tm 37 blz 186

klaar? kijk jezelf na. Daarna mag je gaan voorbereiden toets door de extra opdrachten te gaan maken.

Kom je er niet uit? Lees nog een keer het theorie blokje door, vraag dan de persoon naast je, vraag het dan de docent. Is de docent nog druk? kijk de video's van Mnr van Proosdij of begin vast met de volgende som.

Aan het werk Th1a

5.5 Gemengde opdrachten: 31 tm 37 blz 186

klaar? Kijk jezelf na. Daarna mag je beginnen met de voorkennis van hoofdstuk 6 op blz 200

Kom je er niet uit? Lees nog een keer het theorie blokje door, vraag dan de persoon naast je, vraag het dan de docent. Is de docent nog druk? kijk de video's van Mnr van Proosdij of begin vast met de volgende som.

planning

dinsdag: voorkennis hoofdstuk 6

woensdag: rekenvolgorde en paragraaf 1 van hoofdstuk 6

maandag (29 jan): paragraaf 2 van hoofdstuk 6

dinsdag (30 jan): Herhalen hoofdstuk 5

Woensdag (31): Herhalen Hoofdstuk 5 + oefentoets

Maandag (5 Feb): toets hoofdstuk 5

Vandaag:

Laatste 2 lessen voor de toets.

1e uur: herhalen par 2 en 3, daarna tijd voor het oefenproefwerk

2e uur: herhalen par 4, daarna vragen oefenproefwerk bespreken / zelfstudie tijd.

Op de toets:

- op de toets moet  je met een verhoudingstabel rekenen ook als je het antwoord meteen ziet. Als ik met jullie mee kijk zie ik vaak dat de tabel er nog niet is.

-Pak daarom nu een schrift voor je en schrijf mee met de vragen.

-Een tabel hoeft niet met potlood en liniaal maar moet wel netjes zijn.

Welk getal komt er bij de verticale pijl te staan? En welk getal komt er onder de 8 te staan?

Welk getal komt er bij de pijltjes te staan? en welk getal komt er onder de 6 te staan?

Waarom is deze tabel geen verhoudingstabel?

Bij bakker Beers kost 400 gram roomboterkoekjes 840 cent.
Jean-Paul wil berekenen hoeveel hij voor 320 gram moet
betalen.
!!!! Los dit op met een verhoudingstabel !!!

Bij bakker Beers kost 400 gram roomboterkoekjes 840 cent.

Jean-Paul wil berekenen hoeveel hij voor 320 gram moet

betalen

Grammen roomboterkoekjes

Prijs in centen

Planning

Vandaag: procenten herhalen (1e uur)

Vandaag: schaal herhalen (2e uur)

maandag valt uit ivm schaatsen

Dinsdag: oefen proefwerk bespreken / zelfstudie

Woensdag proefwerk hoofdstuk 5

Procenten: percentage berekenen. 

Vraag je zelf af hoeveel is 100%

Aantal leerlingen

Percentage

In een groep van 40 personen hebben 7 mensen een bril, hoeveel procent is dat?
!!! Los op met een verhoudingstabel in je schrift !!!

In een groep van 40 personen hebben 7 mensen een bril, hoeveel procent is dat?

aantal personen

Percentage (%)

percentage berekenen

Een kettingzaag is in de aanbieding van €200,- voor €170,-. Hoeveel procent van de zaag moet je nog betalen?

euro's

procenten 

Een boor kost normaal 400 euro en nu 360, hoeveel procent moet je nog betalen?
!!!! Los op met een verhoudingstabel !!!!

Een boor kost normaal 400 euro en nu 360, hoeveel procent moet je nog betalen?

euro's

%

Een boor kost normaal 400 euro en nu 360, 

euro's

%

Hoeveel procent korting heb ik dan gekregen?

Een boor kost normaal 400 euro en nu 360

euro's

%

Hoeveel procent korting heb ik dan gekregen?

100 % - 90 % = 10 %

Aan het werk

Hoofdstuk 5:

Oefenproefwerk P1 tm P9 op blz 194

Of 

 Extra oefening op bladzijde 188

 Je hoeft ze niet perse allemaal te maken maar kijk wat nog lastig is en maak 

de opdrachten daarbij.

Lukt het niet en is de docent druk? kijk de video's van meneer van Proosdij

Komend uur:

-Schaal rekenen

-Oefenproefwerk maken / zelfstudie

schaalrekenen

ALTIJD ZELFDE TABEL!!!

grote in tekening

grote in werkelijkheid

Een speelgoed wiel is 5 cm hoog. Een wiel is in werkelijkheid 80 cm hoog. Wat is de schaal?

!!!! Los dit op met een tabel !!!!

Een speelgoed wiel is 5 cm hoog. Een wiel is in werkelijkheid 80 cm hoog. Wat is de schaal?

Grote speelgoed-wiel

Grote werkelijkheid

Soms is het plaatje groter dan de werkelijkheid

Dan brengen we de werkelijkheid naar 1

grote foto

grote werkelijkheid

grote berekenen wanneer de schaal bekent is

Op een poster op schaal 15 : 1 is een insect 45 cm lang.

Hoeveel cm lang is het insect in werkelijkheid?

grote op poster

grote in werkelijkheid

Aan het werk

Hoofdstuk 5:

Oefenproefwerk P1 tm P9 op blz 194

Of 

 Extra oefening op bladzijde 188

 Je hoeft ze niet perse allemaal te maken maar kijk wat nog lastig is en maak 

de opdrachten daarbij.

Lukt het niet en is de docent druk? kijk de video's van meneer van Proosdij

Welke som van het oefenproefwerk moet er besproken worden?

P1

P2

P3

P4

P5

P6

P7

P8

P9

Geen

Als je thuis gaat leren!

tips:

-Maak in ieder geval het oefen proefwerk en kijk jezelf na

-ga de extra oefening opdrachten maken, kijk wat je lastig vind en ga de onderwerpen maken die je lastig vind

-kom je er niet uit? Kijk de video van meneer van Proosdij

-Lukt het nog niet? mail mij dan help ik je via de mail!

Aan het werk

Zelfstudie:

Maak het oefenproefwerk als je die nog niet had of ga de extra oefening maken (blz 194 of blz 188)

Je mag ook een samenvatting maken maar dat is niet de beste manier om voor wiskunde te leren!