2 unit 1 les 2

Unit 1, lesson 2
- present simple vs. present continuous
- words unit 1, lesson 2
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Unit 1, lesson 2
- present simple vs. present continuous
- words unit 1, lesson 2

Slide 1 - Tekstslide

He is twelve years old.
A
present simple
B
present continuous

Slide 2 - Quizvraag

He is twelve years old.
A
feit
B
gewoonte

Slide 3 - Quizvraag

She is dancing to the music right now.
A
present simple
B
present continuous

Slide 4 - Quizvraag

She is dancing to the music right now.
welk stukje in de zin geeft aan dat je de present continuous moet gebruiken.

Slide 5 - Open vraag

present simple

Slide 6 - Woordweb

present continuous

Slide 7 - Woordweb

Present Simple
- iets gebeurd regelmatig (altijd, nooit, etc.)
- gewoonten en feiten
-signaalwoorden: always, never, usually, sometimes, every day / week / month / year, etc.

gebruik de stam van het werkwoord bv: work = I work ...
bij onderwerpen zoals He/ She/ It stam + s = She works

Slide 8 - Tekstslide

Present simple
vraagzinnen en ontkennende zinnen hebben hulp nodig van het werkwoord DO / DOES

?: Do I work at a school? Does she work at a school?

-: I do not work at a school. He does not work at a school.
na does geen +s achter het werkwoord.

Slide 9 - Tekstslide

Present continuous
- als je wilt zeggen dat iets nu gebeurt of bezig is.
- signaalwoorden: now, at the moment, right now, as we speak.

vorm van to be (am / are / is) + stam + ing
vb: I am working, He is working, They are working

Slide 10 - Tekstslide

Present Continuous
vragen en ontkenningen maken

?: Am I working? Is he working?
-: I am not working. He is not working.

Slide 11 - Tekstslide

I drink a lot of cola, but now I ........(drink) a pint of beer.

Slide 12 - Open vraag

Sshht, I .......(watch) TV.

Slide 13 - Open vraag

You know that I .............(not, watch) TV on Saturdays.

Slide 14 - Open vraag

Listen! Susan ........(play) the guitar.

Slide 15 - Open vraag

....... she always ..........(practise) on Sundays? (alleen invullen wat op de stippellijn moet komen)

Slide 16 - Open vraag

Every Monday, Sally ....... (drive)
her kids to football practice.

Slide 17 - Open vraag

Don't forget to take your umbrella.
It .........(rain).

Slide 18 - Open vraag

Ben ...... (drive) to the hairdressers, he is at home.

Slide 19 - Open vraag

words

Slide 20 - Tekstslide

to admire
A
atletisch
B
bewonderen
C
voordeel
D
afvallen

Slide 21 - Quizvraag

charming
A
charmant
B
prachtig
C
gewoon
D
typisch

Slide 22 - Quizvraag

stubble
A
rimpel
B
afvallen
C
stoppelbaardje
D
strompelen

Slide 23 - Quizvraag

prejudice
A
typisch
B
vooroordeel
C
oneerlijk
D
gewoon

Slide 24 - Quizvraag

schattig
A
cute
B
young
C
lovely
D
beauty

Slide 25 - Quizvraag

slim
A
judge
B
bright
C
large
D
opinion

Slide 26 - Quizvraag

schoonheid
A
cute
B
lovely
C
attractive
D
beauty

Slide 27 - Quizvraag

mening
A
respect
B
ideal
C
opinion
D
figure

Slide 28 - Quizvraag

to do
Unit 1, lesson 3, p. 16
exc: 2, 3, 4, 5
study words: unit 1, lesson 2 & 3

Slide 29 - Tekstslide