Module Participatie: les 5 +6 Activiteitenplan schrijven

Module Participatie
Fase 2
Les 5 + 6
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Module Participatie
Fase 2
Les 5 + 6

Slide 1 - Tekstslide

Programma
  • AWR
  • Terugblik vorige les Beginsituatie
  • Lesdoelen
  • Theorie: Activiteitenplan
  • Opdracht: Schrijf een beginsituatie van jouw cliënt (familielid)
  • Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Aanwezigheidsregistratie
Aanwezigheid zal door de docent geregistreerd worden. Aanwezigheid kan meerdere malen tijdens de les worden gedaan. Bij vroegtijdig verlaten van de les, zonder geldige reden, zal je op 'ongeoorloofd afwezig' staan. 

Ben je te laat? Geef dit dan door aan het einde van de les aan de docent. Dit is jouw verantwoordelijkheid. 

Slide 3 - Tekstslide

Deadlines van de eindopdracht 
School: 
1. Inleveren Beginsituatie en Activiteitenplan (op school in Teams):
Deadline:  7 april vóór 23:59 uur  in Teams-opdrachten
Herkansing:  21 april vóór 23:59 uur in Teams  opdrachten.

2. Inleveren Gedragsobservatie  (uitvoering op stage beoordeling van stagebegeleider):
Deadline: vrijdag 2 juni vóór 23:59 in Teams-opdrachten.
Herkansing:  vrijdag 16 juni vóór 23:59 in Teams- opdrachten.

LET OP: IN TEAMS LEVER JE DE BOVENSTAANDE TWEE DINGEN IN VOOR DEZE MODULE. IN TEAMS KOMEN 2 INLEVEROPDRACHTEN VOOR DEZE MODULE "PARTICIPATIE"


Slide 4 - Tekstslide

Beginsituatie
Maak een groepje van 3/4 personen
Geef antwoord op de volgende vragen:
- Waarvoor is de beginsituatie noodzakelijk als je een activiteit met de cliënt uitvoert
- Waar hebben jullie informatie voor je beginsituatie op je stage achterhaalt?


timer
5:00

Slide 5 - Tekstslide

Lesdoelen
 Je legt uit wat een activiteitenplan is.

Je beschrijft de onderdelen van een activiteitenplan.


Slide 6 - Tekstslide

Beginsituatie
Uitleg onderdeel 2.  Ondersteuningsvraag:






Je maakt je beginsituatie af en start met lezen van de rubrics.

 





timer
15:00

Slide 7 - Tekstslide

Activiteitenplan
Een activiteitenplan kan je op 3 verschillende manieren uitvoeren. individueel, kleine of grote groep.
 
Onderdelen die in een activiteitenplan voor moeten komen. 
beginsituatie (onderbouwen a.d.h.v. ontwikkelgebied uit BG), aanleiding (motivatie, relevantie uit BG) ondersteuningsvraag, doel activiteit, activiteit, waarom, waar, wie, waarmee, wanneer, budget,  begeleidingsmethode, begeleidingsstijlen, aandachtspunten, voortgang, uitvoeren activiteit (tijdspad) en evaluatie,




Slide 8 - Tekstslide

aandachtspunten
• Milieurichtlijnen: bijv. papier/afval scheiden, kostenbewust
• Hygiëne: handen wassen, haar vastmaken (boek: methodisch begeleiden, thema: 13.5)
• Veiligheid: scherpe materialen, gedrag, calamiteiten  (boek: methodisch begeleiden, thema: 13.2)
• Ergonomisch werken: rechtop staan, hulpmiddelen gebruik  (boek: methodisch begeleiden, thema: 13.6)
• Eventuele plan-B: weer, mankracht.

Bij elk aandachtspunten minimaal 1 voorbeeld. 



Slide 9 - Tekstslide

Begeleidingsmethoden
boek methodisch begeleiden: thema 24.2

Lees dit door, beschrijf welke methode(n) jullie op stage gebruiken. 

Slide 10 - Tekstslide

5 begeleidingsmethoden
  1. Vraaggericht werken: Vanuit ondersteuningsvraag samen met cliënt.
  2. Oplossingsgericht werken: Aandacht voor kwaliteiten. Eigen kracht vergroten. 
  3. Coaching: client uitdagen en ondersteunen in ontwikkelingsproces. cliënt is leidend. begeleider leunt achterover.
  4. Het To GROW model: stapsgewijs samen werken met cliënt aan doel. 
  5. Gordon methode: respectvolle communicatie, begeleider en cliënt zijn gelijkwaardig. 
  6. Presentiebenadering: Verbinding aangaan met client. relatie is leidend. 

Slide 11 - Tekstslide

Begeleidingsstijlen
Een begeleidingsstijl is een vast en herkenbaar patroon in het gedrag dat je als begeleider laat zien. Boek: methodisch begeleiden. Thema 10

Autoritaire stijl: De autoritaire begeleidingsstijl is sturend: jij bepaalt hoe het moet gaan en wat de ander daarvan vindt, doet er weinig toe. Er is veel aandacht voor de taak (jouw doel) en weinig aandacht voor de relatie (de ervaring van de ander).
Permissieve stijl: De permissieve begeleidingsstijl is toegeeflijk: je laat de ander vrij om zijn eigen keuzes te maken. Daarbij heb je weinig aandacht voor de taak (die doet er niet zo veel toe) en veel aandacht voor de relatie (wat de ander graag zou willen).
Autoritatieve stijl: Bij de autoritatieve begeleidingsstijl werk je samen: je overlegt en onderhandelt. Er is aandacht voor de taak én voor de relatie. In dit thema worden deze drie stijlen verder uitgewerkt.

Slide 12 - Tekstslide

Wat vond je van de les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 13 - Poll