Een plant die groeit op een plek waar mensen het niet willen hebben.
Slide 6 - Tekstslide
Hoe heet deze plant?
Brandnetel
Aan de bladeren van een brandnetel zitten kleine haartjes. In de haartjes zit een stofje. Als je de plant aanraakt, breken de haartjes. Het stofje komt op je huid en zorgt voor een naar gevoel op je huid.
Slide 7 - Tekstslide
Hoe heet deze plant?
Haagwinde
De Haagwinde heeft boven de grond lange takken, maar ook onder de grond. Daarom is de Haagwinde een lastige plant om echt uit de tuin te krijgen.
Slide 8 - Tekstslide
Hoe heet deze plant?
Paardenbloem
Als de paardenbloem is uitgebloeid, komen er pluisjes waar de bloem zat. Deze zaadjes worden door de wind verspreid.
Slide 9 - Tekstslide
Hoe heet deze plant?
Braam
Ook de Braam maakt hele lange takken. In mei komen de bloemen en in het najaar zijn de bramen te plukken. Deze zijn bijna zwarte en hele zoeten vruchtjes. Mensen vinden ze lekker, maar veel vogels ook.
Slide 10 - Tekstslide
Hoe heet deze plant?
Kleefkruid
De naam zegt het al; dit kruid blijft kleven. Dat komt door kleine weerhaken op de bladeren.
Slide 11 - Tekstslide
Hoe heet deze plant?
Boterbloem
Boterbloemen bloeien vroeg in het voorjaar. In april zie je ze vaak al in bloei.
Slide 12 - Tekstslide
PAS OP!
Sommige planten verdedigen zichzelf.
- Brandnetel brandt
- Distel prikt
Let dus goed op welke plant je vastpakt. Gebruik handschoenen!
Slide 13 - Tekstslide
Berenklauw
Hele grote bloemen
Niet aanraken!
Slide 14 - Tekstslide
Doe opdracht!
timer
15:00
Zoek rond school naar 5 verschillende onkruidplantjes.
Knip van iedere plant een stukje af. Doe wel handschoenen aan.
Neem de stukjes mee naar de klas en gebruik de zoekkaart om ze een naam te geven.
Slide 15 - Tekstslide
Extra doe opdracht!
Zoek rond school naar 5 verschillende onkruidplantjes.
Knip van iedere plant een stukje af. Doe wel handschoenen aan.
Neem de stukjes mee naar de klas en gebruik de zoekkaart om ze een naam te geven.