3.3 De bataafse revolutie

par 3.3 Bataafse Revolutie
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

par 3.3 Bataafse Revolutie

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen welke kritiek de patriotten aan het eind van de 18e eeuw hadden op de situatie in de Republiek.
  •  Je kunt uitleggen wat er veranderde door de Bataafse Revolutie.
  • Je kunt uitleggen waarom de Bataafse Revolutie uiteindelijk mislukte.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Kritiek van de patriotten
Stadhouder Willem V gedraagt zich als een koning en krijgt veel kritiek in Nederland.
- Opstandelingen noemen zich patriotten (vaderlandslievend)
- Ze eisen inspraak van burgers op het bestuur en de grondrechten.
- Opstand mislukt en veel patriotten vluchten naar Frankrijk.

Slide 4 - Tekstslide

Bataafse Republiek
-1795: Met hulp van Frankrijk lukt het nu wel om stadhouder Willem V te verdrijven.
- Willem V vlucht naar Engeland.
- Patriotten roepen De Bataafse Republiek uit.
- Ze willen snel een nieuwe  grondwet....(pas in 1798 klaar)

Slide 5 - Tekstslide

veranderingen

- Grondrechten, zoals godsdienstvrijheid, voorrechten afgeschaft, dienstplicht invoeren, niet belastingstelsel
- Geen algemeen kiesrecht (wel meer stemgerechtigden)
- Nederland wordt een eenheidsstaat. (wetten voor heel Nederland hetzelfde)
Deze veranderingen in Nederland heetten De Bataafse Revolutie

Slide 6 - Tekstslide

Franse invloed
Fransen bepaalden steeds meer wat er gebeurde in de Bataafse Republiek: zij hadden immers geholpen!
 
Napoleon zag de Bataafse Republiek als een vazalstaat, en maakte in 1805 een eind aan de democratie.

Hij benoemde een dictator als leider van Nederland.

Slide 7 - Tekstslide

Lodewijk Napoleon, de eerste koning van Nederland.
1806 - 1810

Slide 8 - Tekstslide

Maken deze les
3.3 Bataafse Revolutie

opdracht 3 t/m 15

blz. 137-142

Slide 9 - Tekstslide

De Franse Tijd

- 1806: De invloed van Frankrijk op Nederland wordt steeds groter
- Lodewijk Napoleon wordt koning --> hij werkt samen met de Nederlanden door handel met Engeland toe te staan(oogluikend) --> Lodewijk Napoleon wordt gedwongen af te treden (1810) --> Nederland wordt een provincie van Frankrijk.

Slide 10 - Tekstslide

Bekijk de afbeelding. Wie woonde hier?
A
Lodewijk XIV
B
Napoleon Bonaparte
C
Jacobus II
D
Napoleon XIV

Slide 11 - Quizvraag

Hoe heette de eerste koning van de Nederlanden?
A
Willem I
B
Willem V
C
Lodewijk Napoleon
D
Napoleon

Slide 12 - Quizvraag

Wie zie je op de afbeelding?
A
Robespierre
B
Napoleon Bonaparte
C
Lodewijk XVI
D
Lodewijk XIV

Slide 13 - Quizvraag

Wie greep na de dood van Lodewijk XVI de macht?
A
Napoleon
B
Marie-Antoinette
C
Colbert
D
Robbespiere

Slide 14 - Quizvraag

Welk woord hoort het best bij :Stadhouder
A
Franse revolutie
B
Bataafse revolutie
C
Willem V
D
De terreur

Slide 15 - Quizvraag

Welk woord past het best bij:Nationale vergadering
A
Franse revolutie
B
Bataafse revolutie
C
Ancien regime
D
absolutisme

Slide 16 - Quizvraag

Welk woord past het best bij: Patriotten
A
Franse Revolutie
B
Bataafse revolutie
C
Prinsgezinden
D
De terreur

Slide 17 - Quizvraag

Welk woord past het best bij: Willem V
A
Franse revolutie
B
Bataafse republiek
C
Koningsgezinden
D
Prinsgezinden

Slide 18 - Quizvraag

Wanneer begon de Franse Revolutie?
A
1776
B
1783
C
1789
D
1793

Slide 19 - Quizvraag

De Franse Revolutie is geinspireerd door
A
De Renaissance
B
De Verlichting
C
De Amerikaanse revolutie
D
De Wetenschappelijke revolutie

Slide 20 - Quizvraag

Montesquieu is verantwoordelijk voor een briljant verlichtingsidee. Welk?
A
Liberalisme
B
Afschaffen slavernij
C
Trias politica
D
Franse revolutie

Slide 21 - Quizvraag

Wanneer ontstond de verlichting?

A
1520
B
1740
C
1650
D
1600

Slide 22 - Quizvraag

Verlichting is een gevolg van
...
A
wetenschappelijke revolutie
B
feodalisme
C
de Reformatie
D
plantagekoloniën

Slide 23 - Quizvraag

Alle macht berust bij een vorst.
A
Absolutisme
B
Monarchie
C
Verlichting
D
Liberalisme

Slide 24 - Quizvraag

Welke van de volgende Filosofen horen bij de verlichting?
A
Voltaire
B
Cicero
C
Socrates
D
Plato

Slide 25 - Quizvraag

Laatste vraag: Wat is een oorzaak van de Franse Revolutie? En wat is geen oorzaak?
strenge leefregels van de kerk
de standensamenleving
belastingplicht voor de adel
Armoede op het platteland
 absolute macht van de koning
Oorzaak Franse Revolutie
Geen oorzaak Franse Revolutie

Slide 26 - Sleepvraag