MS

Welkom
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgingMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Welkom

Slide 1 - Tekstslide

Programma
Welkom
Kennis maken; voorstelrondje en spel?
MS

Slide 2 - Tekstslide

MS

Slide 3 - Tekstslide

Inhoud
  • Wat is MS?
  • Wat is de oorzaak van MS?
  • Wat zijn de symptomen?
  • Hoe ziet de diagnostiek eruit?
  • Welke behandelingen zijn er mogelijk?
  • Wat is de prognose & het beloop? 
  • Wat zijn de gevolgen voor de patiënt & de omgeving in het dagelijks leven?
  • Welke adviezen zou je als VPK kunnen geven aan een patiënt met MS? 
  • Quizvragen

 

Slide 4 - Tekstslide

Waar staan de letters MS voor?
A
Maag Syndroom
B
Multipa Scloros
C
Meningitis
D
Multiple sclerose

Slide 5 - Quizvraag

Wat voor soort ziekte is MS?
A
Spierziekte
B
Ontsteking van de huid
C
Aandoening van het zenuwstelsel
D
Aandoening van het hart

Slide 6 - Quizvraag

Wat is MS?
  • Ziekte van CZ
  • Auto-immuunziekte 
  • Zenuwen werken minder goed; seintjes komen niet (goed) meer door. 
  • Beschermlaag om zenuwen gaat kapot; komt door ontstekingen & littekens 

Slide 7 - Tekstslide

Stelling: MS is erfelijk
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quizvraag

Wat is de oorzaak van MS?
  • Onbekend
  •  Waarschijnlijk verschillende dingen
  • Vaker bij vrouwen dan mannen
  •  Begint meestal tussen 20-40 jaar oud
  • Niet besmettelijk


Slide 9 - Tekstslide

Hoeveel mensen hebben in Nederland naar schatting MS?
A
25.000
B
1000
C
1 miljoen
D
2,8 miljoen

Slide 10 - Quizvraag

Wat zijn de symptomen?
  • Wisselend verloop
  • Afhankelijk welke zenuw is aangetast

  • Vermoeidheid
  • Minder zien met 1 oog
  • Spierkrampen
  • Tintelingen in armen of benen
  • Stijve armen of benen
  • Minder kracht in armen of benen
  • · Dingen anders voelen als je ze aanraakt
  • Minder goed spreken
  • Problemen met denken en geheugen
  • Problemen met evenwicht
  • Moeite met urineren en toiletgang 















Slide 11 - Tekstslide

Diagnostiek
  • Moeilijk
  • Geen diagnostische test
  • Diagnose op basis van verloop
  • Veelvoorkomende aanvullende onderzoeken: ruggenprik (lumbaalpunctie) + MRI
  • Biomarkers

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

schub/relapse 
  • Je afweersysteem valt de eigen zenuwcellen aan. Daarom wordt MS ook wel een auto-immuunziekte genoemd. 
  • Zo’n aanval noem je schub (spreek uit als sjoep) en veroorzaakt een ontsteking. Hierdoor ervaar je opeens klachten. Wanneer de ontsteking verdwijnt, verdwijnen vaak ook je klachten. Dit kan binnen een paar dagen tot een paar weken gebeuren. 
  • De ontstekingen veranderen uiteindelijk in harde plekken in het zenuwstelsel. Letterlijk betekent multiple sclerose dan ook meervoudige (multiple) littekens (sclerose).

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Welke behandelingen zijn er mogelijk?
  • Geen curatieve behandeling

  • Medicijnen: 
Ziekte-onderdrukkende medicijnen
Medicijnen bij een schub
Symptoommedicijnen 

  • Behandeling gericht op klachten & symptomen: 
Fysio, ergo, logopedist, psycholoog 

  • Stamceltherapie

 

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Wat is de prognose & het beloop?
  • Lastig te zeggen, niet te voorspellen
  • Groot deel blijft min of meer stabiel (70-80%)
  • Niet dodelijk; alleen in zeldzame gevallen door complicaties

Verloop in 2 fasen:
  • Relapsing Remitting MS
  • Secundair Progressieve MS

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Wat zijn de gevolgen voor de patiënt in het dagelijks leven?

  • Moeite met lopen; hulpmiddel(en)
  • Niet meer autorijden
  • Vermoeidheid; dingen kosten meer moeite, naar bijv. een verjaardag gaan kost teveel energie
  • Onbegrip; klachten & symptomen zijn niet altijd te zien
  • Problemen met mictie & incontinentie
  • Minder zien; bemoeilijkt dagelijkse dingen
  • Somberheid & negatieve gevoelens
  • Piekeren over de toekomst
  • Problemen & moeite met werk
  • Doof worden
  • Problemen geheugen & aandacht; moeilijker om dingen te begrijpen in het dagelijks leven 

Slide 20 - Tekstslide

Wat zijn de gevolgen voor de omgeving in het dagelijks leven?

  • Grote klap
  • Bezorgdheid & machteloosheid 
  • Mantelzorg
  • Onbegrip

Partner:
  • Beïnvloeding op seksleven 
  • Carrière & financiële situatie komen onder druk 
  • Weinig begrip vanuit omgeving
  • Minder uitgaan als gezin 

Slide 21 - Tekstslide

Welke adviezen zou jij geven aan een pt. met MS?

Slide 22 - Open vraag

Welke adviezen zou je als DA kunnen geven aan een patiënt met MS?

  • Veel bewegen
  • Luister naar je lichaam
  • Eet gezond; bijv. schijf van vijf aanhouden 
  • Vitamine D slikken; positieve invloed afweer
  • Let op bij warmte; drink dan o.a. voldoende
  • Stop met roken; evt. contact opnemen met de HA
  • Praat met iemand uit je omgeving
  • Verwijzen naar thuisarts.nl
  • Er zijn ook speciale activiteiten beschikbaar voor patiënten met ms, Bijv. M POWERS










Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

Slide 25 - Video

Slide 26 - Tekstslide

Wat zijn de meest voorkomende klachten bij MS? (Meerdere goede antwoorden)
A
Vermoeidheid
B
Minder goed zien met 2 ogen
C
Buikpijn
D
Minder kracht in je armen of benen

Slide 27 - Quizvraag

Stelling: 70-80% van de MS pt. zit in een rolstoel
A
Niet waar
B
Waar

Slide 28 - Quizvraag

Bij wie komt MS het vaakst voor?
A
Kinderen van 12-18 jaar
B
Baby's
C
Vrouwen
D
Mannen

Slide 29 - Quizvraag

Wat is de oorzaak van MS?
A
Onbekend
B
Hormonen
C
Leefstijl
D
Erfelijkheid

Slide 30 - Quizvraag

Wat zijn de meest gebruikte aanvullende onderzoeken voor de diagnostiek van MS?
A
CT scan & bloedonderzoek
B
Ruggenprik & CT scan
C
MRI & Lumbaalpunctie

Slide 31 - Quizvraag

Hoe word MS het vaakst behandeld?
A
Zetpil
B
Er is geen behandeling nodig
C
Logopedie & chemotherapie
D
Fysiotherapie, Ergotherapie & Medicijnen

Slide 32 - Quizvraag

Hoe worden de (internationale) criteria genoemd om de diagnose MS te stellen?
A
McDonald-Criteria
B
Burger King-criteria
C
DSM-5
D
MMSE

Slide 33 - Quizvraag

Wat voor invloed heeft MS op de omgeving van de pt? (Meerdere goede antwoorden)
A
Naasten worden verbaal agressief
B
Een naaste word mantelzorger
C
Er is veel onbegrip
D
Naasten worden besmet met MS

Slide 34 - Quizvraag

Einde

Slide 35 - Tekstslide