zintuigen

Wat gaan we deze les doen?
Introductie zintuigen
Doelen

Aan het einde van de les kun je

- je zintuigen benoemen

- uitleggen wat een drempelwaarde is

- omschrijven wat een adequate prikkel en een prikkel is

Uitleg
Aan de slag en afsluiting
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 6

In deze les zitten 22 slides, met tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Wat gaan we deze les doen?
Introductie zintuigen
Doelen

Aan het einde van de les kun je

- je zintuigen benoemen

- uitleggen wat een drempelwaarde is

- omschrijven wat een adequate prikkel en een prikkel is

Uitleg
Aan de slag en afsluiting

Slide 1 - Tekstslide

ZINTUIGEN

Slide 2 - Tekstslide

Drempelwaarde
In de zintuigcellen ontstaan alleen impulsen als de prikkel sterk genoeg is.

De kleinste prikkel die een impuls veroorzaakt  = de drempelwaarde

Beïnvloeding van de drempelwaarde door motivatie en gewenning

Slide 3 - Tekstslide

Prikkels

adequate prikkel: prikkel die past bij het zintuig.

Geluid is bv. een adequate prikkel voor het gehoorzintuig, warmte niet.


Wie kan er nog een voorbeeld noemen?


Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Aan de slag
Maak opdracht 1 tm 4 vanaf blz 64 in je werkboek

Klaar? Laat controleren en kijk de opdrachten na.

Slide 6 - Tekstslide

Wat gaan we deze les doen?
Terugblik
Doelen
-Aan het einde van de les kun je uitleggen hoe de zintuigen voelen, ruiken en proeven werken.
Uitleg
Aan de slag en afsluiting

Slide 7 - Tekstslide

Zintuigen kunnen prikkels opvangen en deze doorgeven. Zo kunnen wij bijv. licht, geluid, geur en aanraking waarnemen.
In de zintuigen liggen zintuigcellen. Deze zie je op de rode delen in de afbeeldingen, ze zijn aangesloten op zenuwen.
oog
Zintuigen in het oog: de gezichtszintuigen
3
Oor
Zintuigen in je oor: de gehoorzintuigen
1
Mond
Zintuigen in de mond: de smaakzintuigen
2
Neus
Zintuigen in de neus: de reukzintuigen
4
Huid
Zintuigen in de huid: tastknopjes/tastzintuigen , drukzintuigen, warme- en koudezintuigen
4

Slide 8 - Tekstslide

Aan de slag

Lees blz 49, 50 en 51 in je tekstboek.

Maak opdracht 5 tm 11 in je werkboek vanaf blz 66.


Klaar? Laat controleren

Slide 9 - Tekstslide

Wat gaan we deze les doen?

Terugblik

Doelen
Aan het einde van de les
- kun je de onderdelen van het oog benoemen (inwendig en uitwendig)

- kun je uitleggen hoe de iris en de ooglens werken

- Kun je uitleggen wat accommoderen is

- Kun je uitleggen hoe het pupilreflex werkt

Uitleg

Aan de slag en afsluiting

Slide 10 - Tekstslide

traanklieren
1
ooglid
2
traanbuisjes
3
neusholte
4
pupil
5
iris
6
hoornvlies
7

Slide 11 - Tekstslide

Harde oogrok
Netvlies
Fovea
Oogzenuw
Blinde vlek
Glasachtig lichaam
Vaatvlies
Oogspier
Lens
Hoornvlies
Iris

Slide 12 - Tekstslide


lengtespieren iris trekken samen > pupil wordt groter.

lengtespieren iris worden kleiner > pupil wordt kleiner
Spieren in je oog

Slide 13 - Tekstslide

accommoderen

Slide 14 - Tekstslide

Aan de slag

Maak 3 opdrachten (12, 13, 15) van paragraaf 3 vanaf blz 68

Maak 4 opdrachten (18, 19, 22, 23) van paragraaf 4 vanaf blz 71

Slide 15 - Tekstslide

Wat gaan we deze les doen?

Terugblik
Doelen

Uitleg

Aan de slag en afsltuiting

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Bouw en werking netvlies, 87C

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Slide 20 - Link

Aan de slag

Maak opdracht 26,27 en 29 van paragraaf 5

Maak opdracht 32, 33, 34 en 37 van paragraaf 6


Klaar? Laat controleren en kijk de opdrachten na

Slide 21 - Tekstslide

Wat gaan we deze les doen?

Diagnostische toets maken


Stel vragen, bereid je voor op het proefwerk.

Slide 22 - Tekstslide