les 4: sociale (on)veiligheid en leefbaarheid (4.7)

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

• sociale onveiligheid
• sociale leefbaarheid -> sociale cohesie
• prachtwijken

welke maatregelen
kan je nemen zodat mensen
zich veiliger voelen?

Herhaling

stadscentrum

arbeiderswijken

(1870-1920)

naoorlogse wijken

(1940-1970)

 nieuwbouwwijken

(na 2000)

jaren-`70-wijken

1920-1940 (vooroorlog)

Welke type wijken zijn vaak een probleemwijk (2 juist)?

1. Binnenstad (tot 1870)
2. Arbeiderswijk (1870-1920)
3. Vooroorlogse woonwijk (1920-1940)
4. Hoogbouw (1940-1970)

sociale cohesie

= de onderlinge verbondenheid van de bewoners. 

Het gaat dan om kenmerken als inkomen, opleiding, gezinsgrootte, gezinsfase, etniciteit en cultuur.

sociale cohesie

• Hoe meer de bewonerskenmerken op elkaar lijken, hoe groter de sociale cohesie
  Het gaat dan om kenmerken als inkomen, opleiding, gezinsgrootte, gezinsfase, etniciteit en cultuur.
• Hoe langer mensen in een wijk wonen, hoe groter de sociale cohesie. 

In welke wijk is de sociale cohesie het hoogst?

1. veel huurwoningen en veel diversiteit
2. veel koopwoningen en veel diversiteit
3. veel huurwoningen en weinig diversiteit
4. veel koopwoningen en weinig diversiteit

krachtwijken / prachtwijken / aandachtswijk

Wijken met een lage leefbaarheid waar de overheid maatregelen neemt om die te verbeteren.

• werkeloosheid
• schooluitval
• overlast
• spanningen tussen bevolkingsgroepen
• criminaliteit
• tienerzwangerschappen

focus van deze les

• wat sociale leefbaarheid en sociale veiligheid is
• waardoor de sociale cohesie hoger/lager kan zijn
• welke problemen er in krachtwijken/prachtwijken/aandachtswijken zijn
• welke wijken vooral krachtwijken/prachtwijken/aandachtswijken zijn en waarom 

aan het werk!

• werk aan de grote lesson up: t/m dia 39
• werk aan de Dossier Opdracht