8. Eetbare delen van planten en 9. De celkern

8. Eetbare delen van planten
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 27 slides, met tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

8. Eetbare delen van planten

Slide 1 - Tekstslide

De les van vandaag
  • LESDOEL: Je weet welke delen van planten door mensen worden gegeten als groente.

  • Nakijken B7 + Samenhang 'Eten zonder vlees'.
  • Instructie B8 'Eetbare delen van planten'
  • Instructie B9 'Celkern'
  • Zelfstandig werken

Slide 2 - Tekstslide

Mensen eten groenten en fruit. Dat zijn delen van planten. Je kunt van planten verschillende delen eten.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Eetbare delen
De meeste groenten die we eten zijn de bladeren van planten.

Bijvoorbeeld sla, spinazie en koolsoorten.

Slide 5 - Tekstslide

Eetbare delen
Vruchten: paprika, tomaat, komkommer, appel, druiven, etc...

Slide 6 - Tekstslide

Eetbare delen
Zaden: rijst, graan en doperwten

Slide 7 - Tekstslide

Eetbare delen
Wortels: waspeentjes, winterpenen, radijsjes en rode biet.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Eetbare delen
Stengels: asperge en koolrabi


Slide 10 - Tekstslide

Eetbare delen

Bladeren: sla, spinazie, andijvie, witlof en prei

Slide 11 - Tekstslide

Wild naar gekweekt
Eetbare planten worden zo gekweekt dat ze mooier, groter, lekkerder zijn dan de wilde variant.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

9. De celkern

Slide 14 - Tekstslide

De les van vandaag
LESDOEL: Je weet dat de celkern informatie bevat voor je erfelijke eigenschappen.

Slide 15 - Tekstslide

Wist je dat?

Cellen van planten en dieren hebben een kern. In die celkern is informatie opgeslagen. De informatie is erfelijk.

Van een baby wordt weleens gezegd: ‘hij lijkt op zijn vader’ of ‘ze heeft de ogen van haar moeder’. Een kind erft eigenschappen van zijn ouders.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

cellen
Cellen worden aangestuurd 
door de celkern
het regelcentrum

Slide 18 - Tekstslide

De celkern
Alle cellen van planten en dieren hebben een celkern. De celkern regelt wat er in de cel gebeurt. In de celkern liggen chromosomen. Dit zijn lange, dunne draden. 

Slide 19 - Tekstslide

Chromosomen
In de celkern van mensen zitten 46 chromosomen. Hierop staat de informatie over jou. Een deel van je vader, een deel van je moeder. Als een cel zich deelt, deelt ook de celkern zich en worden de chromosomen verdeeld.

Slide 20 - Tekstslide

Bouw van DNA
  • Een chromosoom bestaat uit 
een lange wenteltrap: het DNA
  • In DNA is heel veel informatie opgeslagen. (kleur ogen, vorm van je neus)
  • Hierop staat informatie over 
jouw eigenschappen. 
  • In de krant lees je vaak over DNA.

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

DNA
DNA is bij ieder mens verschillend.
Daardoor zijn ook alle mensen verschillend.
Niemand heeft hetzelfde DNA als jij.
Maar het DNA van je familie lijkt wel veel op jouw DNA.
Onderzoekers kunnen zien of mensen familie zijn.

Slide 23 - Tekstslide

Interessant weetje...
Alleen eeneiige tweelingen hebben precies hetzelfde DNA. Daardoor zien ze er hetzelfde uit.

Slide 24 - Tekstslide

Erfelijke eigenschappen
De informatie in je DNA gaat over allerlei eigenschappen. Bijvoorbeeld:

De kleur van je ogen
De vorm van je neus
Een kuiltje in je kin
Of je rechts- of linkshandig bent

Slide 25 - Tekstslide

Vraag
Welke eigenschap zit in jouw familie?

Slide 26 - Tekstslide

Zelfstandig aan het werk
Basisstof 8 'Eetbare delen van planten' 
Basisstof 9 'De celkern'

Bladzijde 120 t/m 124

Niet af? Mee als huiswerk!

Slide 27 - Tekstslide