Introductie Schrijfvaardigheid havo 4

Schrijfvaardigheid
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Schrijfvaardigheid

Slide 1 - Tekstslide

Bron: Hart van Nederland, 7 oktober '20
Een kind is woensdagmiddag tijdens het uitstappen in Efteling-attractie Symbolica bekneld geraakt. Het kind werd daarna met onbekende verwondingen overgebracht naar het ziekenhuis.
Volgens een correspondent ter plaatse zou het gaan om een jongen. Hij zou bij het uitstappen met zijn voet bekneld vast zijn komen te zitten tussen de attractie en het uitstapperron. Over de ernst van de verwondingen kon het pretpark in het Brabantse Kaatsheuvel verder geen uitspraken doen.


Slide 2 - Tekstslide

Wat is het onderwerp van deze tekst?
A
Kind zat vast in Efteling-attractie Symbolica.
B
De Efteling
C
ongeval in Efteling-attractie Symbolica
D
Efteling-attractie Symbolica

Slide 3 - Quizvraag

Wat is de hoofdgedachte van de tekst?
A
Wordt het jongetje bevrijd uit de attractie?
B
Kind zat vast in Efteling-attractie Symbolica.
C
Efteling-attractie Symbolica is niet veilig.
D
Ga nooit meer in Efteling-attractie Symbolica!

Slide 4 - Quizvraag

Welk tekstdoel zal de tekst over het ongeval in de Efteling hebben?
A
informeren
B
amuseren
C
opiniëren
D
overtuigen

Slide 5 - Quizvraag

Welk(e) tekstdoel/-soort verwacht je bij de hoofdgedachte 'Het is hoog tijd dat het sprookjesbos wordt vernieuwd.'?
A
informeren (uiteenzetting)
B
opiniëren (beschouwing)
C
overtuigen (betoog)
D
activeren (advertentie)

Slide 6 - Quizvraag

Op welke manier wordt de aandacht getrokken?
Zoek jij een leuke baan met veel voordelen? Ben jij goed met kinderen? Heb jij vroeger altijd al genoten van de magische belevenissen in de Efteling? Dan is bij de Efteling werken echt iets voor jou! 

Slide 7 - Tekstslide

Kies uit:
A
actualiteit
B
geschiedenis
C
anekdote
D
belang voor de lezer

Slide 8 - Quizvraag

Wat zie je vaak in het slot van een tekst?

Slide 9 - Open vraag

Wat is een uitsmijter?
A
Een gerecht met ei
B
Iemand die aan de deur van een kroeg staat
C
een laatste, krachtige zin van een tekst
D
al het bovenstaande

Slide 10 - Quizvraag

Wat voor type uitsmijter is hier gebruikt?
Het park zou zo een goed voorbeeld geven aan de kinderen om niet te discrimineren en om alle groepen in onze samenleving van stereotypering af te helpen. Want ja, wie wil nou niet een Raponsje die zelf ontsnapt of een heks die goede daden verricht?

Slide 11 - Tekstslide

Welke tekststructuur verwacht je?
Ik vind dat de Efteling de ruimte moet krijgen om uit te kunnen breiden en meer bezoekers te blijven trekken.

(Deze zin komt uit de inleiding.)

Slide 12 - Tekstslide

Kies uit:
A
probleem-oplossingstructuur
B
argumentatiestructuur
C
aspectenstructuur
D
verklaringsstructuur

Slide 13 - Quizvraag