Smoorverliefd sessie 1


Smoorverliefd
sessie 1
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
Close ReadingSpeciaal OnderwijsLeerroute 7

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les


Smoorverliefd
sessie 1

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel

Ik kan bij iedere alinea van het liedje Smoorverliefd aangeven of het een couplet, refrein of bridge is. 

Slide 2 - Tekstslide

woordbegrip
Couplet

Het gedeelte waarbij het verhaal verteld wordt. De coupletten in een lied hebben dezelfde melodie, maar een verschillende tekst. De muziek is vaak nog rustig en gemiddeld.

Slide 3 - Tekstslide

woordbegrip
refrein

dit is het terugkerende stuk dat vaak het makkelijkste meezingt. Hierin komt de emotie van het lied het meest tot uiting. De muziek is vaak intenser.

Slide 4 - Tekstslide

woordbegrip
Brug (of bridge): 

Dat is een deel dat meestal pas na het tweede refrein komt. Het komt maar één keer voor in het lied. Het is als het ware een uitstapje. Het verhaal krijgt nog een extra betekenis of variatie of conclusie.

Slide 5 - Tekstslide

We luisteren het nummer smoorverliefd van Snelle

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

We lezen nogmaals het nummer smoorverliefd van Snelle

Slide 8 - Tekstslide

woordbegrip
Couplet

Het gedeelte waarbij het verhaal verteld wordt. De coupletten in een lied hebben dezelfde melodie, maar een verschillende tekst. De muziek is vaak nog rustig en gemiddeld.

Slide 9 - Tekstslide

Welke alinea's zijn coupletten? 
Kunnen jullie ook uitleggen waarom?

Slide 10 - Tekstslide

woordbegrip
refrein

dit is het terugkerende stuk dat vaak het makkelijkste meezingt. Hierin komt de emotie van het lied het meest tot uiting. De muziek is vaak intenser.

Slide 11 - Tekstslide

Welke alinea's zijn refreinen? 
Kunnen jullie ook uitleggen waarom?

Slide 12 - Tekstslide

woordbegrip
Brug (of bridge): 

Dat is een deel dat meestal pas na het tweede refrein komt. Het komt maar één keer voor in het lied. Het is als het ware een uitstapje. Het verhaal krijgt nog een extra betekenis of variatie of conclusie.

Slide 13 - Tekstslide

Welke alinea is de bridge? 
Kunnen jullie ook uitleggen waarom?

Slide 14 - Tekstslide

Wat is het begin - midden -  eind van de tekst

Waarom vinden jullie dat?

Slide 15 - Tekstslide