1F getallen breuken

Lesdoel
Ik weet wat gelijknamige breuken zijn. 
Ik weet hoe ik een breuk kan vereenvoudigen.
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenPraktijkonderwijsLeerjaar 3

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Lesdoel
Ik weet wat gelijknamige breuken zijn. 
Ik weet hoe ik een breuk kan vereenvoudigen.

Slide 1 - Tekstslide

Breuken vereenvoudigen
Vereenvoudig 
4/10

4 kan ik delen door 2
10 kan ik delen door 2

Dus 2/5


Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

2. Breuken vereenvoudigen

Slide 4 - Tekstslide

Vereenvoudig de breuk zo ver mogelijk:

104

Slide 5 - Open vraag

Vereenvoudig de breuk zo ver mogelijk
93

Slide 6 - Open vraag

Vereenvoudig de breuk zo veel mogelijk.
84

Slide 7 - Open vraag

Vereenvoudig de breuk zo ver mogelijk
205

Slide 8 - Open vraag

Lesdoel EVALUATIE
Ik weet wat gelijknamige breuken zijn. 
Ik weet hoe ik een breuk kan vereenvoudigen.
5
25

Slide 9 - Tekstslide

Lesdoelen

Ik kan gelijknamige breuken optellen en aftrekken. 

Ik kan de uitkomst vereenvoudigen. 

Slide 10 - Tekstslide

Breuken optellen en aftrekken

Slide 11 - Tekstslide

Breuken optellen en aftrekken
Je telt de bovenste getallen 
bijelkaar op.
De onderste blijft gelijk
31+31=32

Slide 12 - Tekstslide

4
-
5

Slide 13 - Tekstslide

4
-
7

Slide 14 - Tekstslide

Lesdoelen

Ik kan gelijknamige breuken optellen en aftrekken. 

Ik kan de uitkomst vereenvoudigen. 

Slide 15 - Tekstslide

Lesdoel
Ik kan ongelijknamige breuken optellen en aftrekken. 

Ik kan de uitkomst vereenvoudigen.

Slide 16 - Tekstslide

Ongelijknamige breuken 
optellen en aftrekken

Slide 17 - Tekstslide

Ongelijknamige breuken 
optellen en aftrekken


Maar dat kan toch niet?

Slide 18 - Tekstslide

Klopt
Stap 1. Maak de breuk gelijknamig




41+82=

Slide 19 - Tekstslide

De noemers zijn niet gelijk
41+82=
Noemer
= 4
Noemer 
=8

Slide 20 - Tekstslide

Hoe krijg je de noemer gelijk?

Stap 1. Kijk of je de kleinste noemer gelijk kan maken aan het  grootste noemer

Dus: 
41=
-
8
x2
41+82=

Slide 21 - Tekstslide

Hoe krijg je de noemer gelijk?

Stap 1. Kijk of je de kleinste noemer hetzelfde kan maken aan het grootste noemer.

Dus: 
41=
-
8
x2
Doe je beneden x 2
41+82=

Slide 22 - Tekstslide

Hoe krijg je de noemer gelijk?

Stap 1. Kijk of je het kleinste noemer hetzelfde kan maken aan het grootste noemer.

Dus: 
x2
41=
2
-
8
x2
Doe je boven ook x2
41+82=

Slide 23 - Tekstslide

Nu kun je de breuk uitrekenen
41+82=
82+82=
84

Slide 24 - Tekstslide

Vereenvoudig de breuk 
82+82=
84
84=
:2
:2
41

Slide 25 - Tekstslide

Maak de oefeningen
bij Domein 
Getallen

Slide 26 - Tekstslide

Lesdoel EVALUATIE
Ik kan ongelijknamige breuken optellen en aftrekken. 

Ik kan de uitkomst vereenvoudigen.

Slide 27 - Tekstslide