Generaties

• Maatschappijleer
• Middelbare school
• vmbo k, g, t
• Leerjaar 3

Werken met verschillende generaties

Lesdoelen

1. Jullie kunnen de belangrijkste kenmerken van tenminste vier generaties benoemen

2. Jullie herkennen wat dit betekent voor de samenwerking met ouders/ verzorgers en collega's

Stille generatie

• Geboren in 1928- 1945
• Opgegroeid tijdens de crisisjaren en de tweede wereldoorlog
• Loyaal, zuinig, plichtsbesef, beleefdheid
• Streng, autoritair, 'luisteren en niet tegenspreken', respect voor gezag
• Grootouders

Babyboomers

• Geboren in 1946- 1964
• Geboren na de tweede wereldoorlog in een tijd van groei en wederopbouw
• Idealistisch, geloven in maakbaarheid
• Vrijer dan hun ouders, maar nog steeds duidelijke regels
• Ouders of grootouders van nu

Generatie X

• Geboren in 1965- 1980
• Tijd van economische onzekerheid en opkomst technologie
• Onafhankelijk, realisme, balans tussen werk en privé
• Meer vrijheid, maar ook zelfredzaam
• Ouders van jonge kinderen nu 

Generatie Y (Millennials)

• Geboren in 1981- 1995
• Opgroeien met internet, globalisering, economische groei en crisis
• Zelfontplooiing, zingeving en flexibiliteit
• Aandacht voor gevoelens en keuzes, onderhandelen met ouders
• Jonge ouders en collega's

Generatie Z

• Geboren in 1996- 2012
• Digitaal opgegroeid, opgroeien in wereld met veel prikkels
• Diversiteit, gelijkheid, creativiteit en authenticiteit
• Betrokken ouders en stimuleren autonomie
• Jongeren van nu

 

Generatie Alpha

• Geboren in 2013 tot heden
• Volledige digitale wereld, AI, tablets en gepersonaliseerde educatie
• Structuur, veiligheid en visuele ondersteuning
• Ouders bewust bezig met opvoeding (emoties en grenzen stellen)
• Kinderen in de kinderopvang

Opdracht

1. Maak groepjes van twee of drietallen

2. Jullie krijgen een generatie

3. Maak een generatieprofiel

4. Minipresentatie aan de groep

• Geboortejaar
• Opvoedstijl van ouders
• Waarden en normen
• Hoe communiceert deze generatie?
• Wat betekent dit voor de samenwerking met ouders of kinderen in de kinderopvang? 
• Bedenk een leuk grapje wat deze generatie typeert
  
  

Wat valt op?

Wat zijn de verschillen?

Waar moet jij als PM'er rekening mee houden?

Wat neem je mee uit deze les?