Les 10 De tijd van monniken en ridders

De tijd van monniken en ridders, 500 - 1000
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 36 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

De tijd van monniken en ridders, 500 - 1000

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

uitleg hofstelsel en leenstelsel

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

zelf werken
Maak op blz 41 : 4, 7, 8, 9

Gebruik blz 59 - 61 in je leesboek

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

antwoord vraag 4

 De urnen wijzen op het gebruik van lijkverbranding, een gebruik dat bij christenen niet voorkwam. De drie stippen wijzen op invloed van een vroege vorm van christendom. De Angelen bevonden zich dus in een overgangsfase tussen Germaanse godsdienst en christendom.

Slide 14 - Tekstslide

antwoord vraag 7
Met de keuze van dit tijdstip laten moslims zien dat met de verplaatsing naar Medina een begin was gemaakt met het opbouwen van een gebied waarin de islam heerste. 

Medina was ‘de stad van de profeet’ (Mohammed), terwijl in Mekka nog niet-moslims heersten voor wie Mohammed was weggevlucht.

Slide 15 - Tekstslide

antwoord vraag 8
  • Een kenmerk van het hofstelsel zijn de leveranties in natura door horigen en het verrichten van herendiensten door horigen. Beide komen in de bron voor: leveranties van graan, kippen eieren en sprokkelhout en verrichten van diensten in de vorm van ploegen, inzaaien en maaien van akkers en het plaatsen van palen. 

  • - De abdij gebruikte het hofstelsel omdat dat bij gebrek aan een geldeconomie en handel de beste manier was om aan voorzieningen te komen die zij nodig had, voortkomend uit het landbezit dat de abdij had. 

  • - Het voordeel voor de boeren was dat ze de bescherming genoten van de abdij en daardoor relatief veilig waren. 

Slide 16 - Tekstslide

Antwoord vraag 9
Aangezien het hier gaat om een relatie van trouw tussen twee vrije mannen (‘zoals het een vrij man past’), slaat deze bron op het feodalisme dat op zulke relaties gebaseerd was. Het kenmerkend aspect is dus feodaliteit.

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide