Ontwikkelingspsychologie, Les 1, fase 1

The next level
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
DoelgroepenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

The next level

Slide 1 - Tekstslide

Programma
Les 1: Introductie Ontwikkelingspsychologie 
Les 2: Factoren die de ontwikkeling bepalen en hechting
Les 3: Baby’s en peuters
Les 4: Kleuter en schoolkind
Les 5: Puber en adolescent
Les 6: Volwassene en oudere

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Les 1 introductie ontwikkelingspsychologie

Slide 5 - Tekstslide

Ontwikkelingspsychologie

Slide 6 - Woordweb

Leerdoelen
  • Je legt uit wat ontwikkeling betekent en wat ontwikkelingspsychologie is.
  • Je beschrijft de ontwikkelingsfasen van de mens met de daarbij behorende leeftijd.
  • Je beschrijft de ontwikkelingsaspecten en legt deze uit.

Slide 7 - Tekstslide

Wat is ontwikkelingspsychologie?
Psychologie= De wetenschap die het menselijk gedrag bestudeert

Ontwikkelingspsychologie= De wetenschap die gedrag bestudeert van de mens in de verschillende fasen van zijn ontwikkeling


 

Slide 8 - Tekstslide

Ontwikkeling
Ontwikkeling = verandering
Verandering = vooruitgang/verbetering
Maar ook: krimp, achteruitgang/afbraak


Slide 9 - Tekstslide

Ontwikkelingsfasen
De periodes die in het leven van de mens onderscheiden kunnen worden. Bij elke periode horen specifieke kenmerkende gedragingen.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

ongeboren kind (prenatale fase: 40 weken)
zuigeling (0-18 maanden)
peuter (18 maanden - 4 jaar)
kleuter (4 - 6 jaar)
schoolkind (6 - 12 jaar)
puber ( 12 - 17 jaar)
adoloscent (18 - 25 jaar) 
volwassene (26-67 jaar)
oudere mens (67 jaar en ouder)


Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Slide 20 - Tekstslide

Wat oefenvragen:

Slide 21 - Tekstslide

Peter is een peuter. Hij hoort zijn ouders veel praten. Peter begint in een korte tijd veel te praten. Hij leert 250 tot 1500 woorden per dag. Op welk ontwikkelingsgebied ontwikkelt Peter zich snel?
A
Seksuele ontwikkeling
B
Cognitieve ontwikkeling
C
motorische ontwikkeling
D
lichamelijke ontwikkeling

Slide 22 - Quizvraag

Madelief wil alles ontdekken. Ze is alleen motorisch nog niet helemaal ontwikkeld. Madelief stoot dingen omver en stopt alles wat op de grond ligt in haar mond. Madelief is een:
A
baby
B
kleuter
C
peuter
D
puber

Slide 23 - Quizvraag

Hoe komt het dat de oudere op sociaal-emotioneel gebied zijn tijd anders gaat invullen en nieuwe rollen gaat vervullen? Bedenk een oorzaak.

Slide 24 - Open vraag