4V 6.3

1. Welke drie kenmerken bekijken biologie bij ordening als eerste
A
Celwand, celkern & vacuole
B
Celwand, celkern & bladgroenkorrels
C
Celkern, vacuole & celmembraan
D
Celwand, celmembraan & bladgroenkorrels
1 / 13
volgende
Slide 1: Quizvraag
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

1. Welke drie kenmerken bekijken biologie bij ordening als eerste
A
Celwand, celkern & vacuole
B
Celwand, celkern & bladgroenkorrels
C
Celkern, vacuole & celmembraan
D
Celwand, celmembraan & bladgroenkorrels

Slide 1 - Quizvraag

2: De kleinste groep bij ordening is?
A
Geslacht
B
Ras
C
soort
D
Domein

Slide 2 - Quizvraag

3.Volgens de indeling van Linnaeus is de slak Trivia monacha het meest verwant?
A
Cleotrivia antillarum
B
Lymantria monacha
C
Monacha cantiana
D
Trivia arctica

Slide 3 - Quizvraag

4. Welke maatregel kan ontsnipperend werken om de dassenpopulatie gezond te houden?
A
De leefgebieden van andere populaties verbinden met dit gebied
B
Dassen uit andere populaties naar het gebied brengen
C
De dieren in strenge winters bijvoeren
D
Het aanbrengen van meer schuilplaatsen in de leefgebied

Slide 4 - Quizvraag

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

De niche van een soort hangt af van zijn habitat
A
juist
B
onjuist

Slide 12 - Quizvraag

Twee soorten met een overlap in habitat en niche zijn concurrenten.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 13 - Quizvraag