- je kunt 3 weefseltypen beschrijven en aanwijzen in de wortel, stengel en blad
- je kunt beschrijven waar stamcellen zitten in een plant, de 4 stappen in de aangroei van cellen vanuit stamcellen opnoemen,
- je kunt het verschil aangeven tussen kruidige en houtachtige planten en vertellen hoe deze planten groeien in de lengte en in omvang (diameter)
- je kunt de verschillen aangeven tussen houtvaten en bastvaten (ontstaan, plaats, functie én vorm)
- je kunt vertellen hoe jaarringen ontstaan en uitleggen waardoor er verschil in voorjaars- en zomerhout zit