6.3 Revolutie buiten Frankrijk?

Hoe heetten de koning en koningin van Frankrijk die tijdens de Franse Revolutie aan de macht waren?
1 / 45
volgende
Slide 1: Open vraag
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 1

In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Hoe heetten de koning en koningin van Frankrijk die tijdens de Franse Revolutie aan de macht waren?

Slide 1 - Open vraag

Op welke datum brak de Franse Revolutie uit?

Slide 2 - Open vraag

Sleep de zinnen naar het goede vak: Past wel of niet bij Frankrijk voor de Franse Revolutie.
Past wel bij Frankrijk voor de Franse Revolutie
Past niet bij Frankrijk voor de Franse Revolutie
De meeste Franse waren arm
98% van de Fransen hoorde bij de eerste stand
Edelen betaalden geen belasting
Frankrijk was een standensamenleving
Frankrijk was een republiek

Slide 3 - Sleepvraag

De Bastille wordt bestormd 
De derde stand richt een eigen vergadering op
De koning roept de drie standen bij elkaar 
Frankrijk heeft hoge schulden en is bijna failliet 
Frankrijk krijgt een grondwet 
1
2
3
4
5

Slide 4 - Sleepvraag

Hoe heette de leider van de Terreur?
A
Montesquieu
B
Napoleon
C
Robespierre
D
Jozef van Pruisen

Slide 5 - Quizvraag

Bij welke stand hoorden de hertogen?

Slide 6 - Open vraag

6.3 Revolutie buiten Frankrijk?
lesboek 1B bladzijdes 151 t/m 158

Slide 7 - Tekstslide

Leerdoelen 
  • Je kunt uitleggen hoe de Franse Revolutie eindigde
  • Je kunt uitleggen welke ideeën van de revolutie Napoleon over Europa verspreidde
  • Je kunt uitleggen dat de nieuwe ideeën over vrijheid en gelijkheid pas na enige tijd zorgden voor afschaffing van de slavernij in de koloniën  

Slide 8 - Tekstslide


De Terreur
1793-1794



  • De macht in Frankrijk komt in handen van de radicale revolutionairen.
  • De leider  is Robespierre.
  • Alle tegenstanders werden onthoofd onder de guillotine 

Slide 9 - Tekstslide

Einde Terreur 1794

  • Frankrijk arm en nog steeds in oorlog
  • Hoe nu verder?
  • Willen we een nieuwe koning?
  • Willen we verder met een revolutie? 
  • Men verlangde naar een sterke leider

Slide 10 - Tekstslide

Napoleon Bonaparte

  • Geboren op Corsica (1769)
  • Generaal in het leger
  • Daadkrachtig 

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

     Opkomst Napoleon

  • onrustig in Frankrijk
  • volk ontevreden door hoge voedselprijzen en hoge belastingen.....
  • opstanden die door leger worden neergeslagen
  • 1799: Staatsgreep Napoleon

Slide 13 - Tekstslide

Dictatuur
Napoleon  maakte van Frankrijk een dictatuur. Hij werd een dictator.
  • Alleen Napoleon had de macht.
  • Burgers geen invloed op bestuur.
  • Hij maakte zelf wetten en benoemde rechters
  • 1804: riep zichzelf uit tot keizer en zijn vrouw Joséphine tot keizerin.

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Toch......
  • Ideeën Franse Revolutie bleven
  • Alle burgers dezelfde grondrechten
  • Iedereen gelijk, geen standen meer
  • Nieuw wetboek!

Slide 16 - Tekstslide

Code Napoleon - 1806
Wetboek van Napoleon
  • Basis voor grondwet die wij nu nog hebben. 
  • Grondrechten en wetten voor iedereen.

Slide 17 - Tekstslide

Invoering van :


- Burgerlijke stand: geboren, getrouwd, overleden : 

- belasting, dienstplicht 


Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

  • Geregistreerde achternaam
  • Metriek stelsel
  • Rechts rijden
  • Gelijkheid
  • Onderwijs voor meisjes
  • Burgerlijk wetboek 
  • Openbaar rechtssysteem 

Slide 20 - Tekstslide


Verbannen naar Elba
1814




  • Napoleon wordt in 1814 afgezet en verbannen naar het eiland Elba, maar hij weet te ontsnappen en Parijs te bereiken.
  • De Fransen juichen hem toe als hij langsrijdt: Napoleon wordt opnieuw keizer

Slide 21 - Tekstslide


Slag bij Waterloo
1815




  • Verslagen door o.a. Engeland, Pruisen en de Nederlanden in de Slag bij Waterloo (België).
  • Napoleon wordt opnieuw verbannen. Nu voorgoed.
  • De rest van zijn leven zal hij doorbrengen op St. Helena (Atlantische Oceaan)

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide


Napoleon sterft
1821




Napoleon sterft op 5 mei 1821 op 51-jarige leeftijd aan maagkanker. 
Zijn lichaam werd naar Parijs gebracht, waar zijn praalgraf 
tegenwoordig nog steeds te vinden is.

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Huiswerk
Lezen van paragraaf 6.3 revolutie buiten Frankrijk stukken tekst op bladzijdes 152 t/m 155

Maken in je digitale werkboek van paragraaf 6.3 vraag 2 t/m 6 

Slide 26 - Tekstslide

Wie was Napoleon?
A
De nieuwe koning van Frankrijk
B
De leider van de revolutie
C
De nieuwe keizer van Frankrijk
D
De oude koning van Frankrijk

Slide 27 - Quizvraag

Door wie werd Napoleon in 1804 tot keizer gekroond?
A
Door Lodewijk XVI
B
Door zijn vrouw Joséphine
C
Door de paus
D
Door hemzelf

Slide 28 - Quizvraag

Noem 2 zaken die door Napoleon zijn ingevoerd die wij nu nog steeds gebruiken

Slide 29 - Open vraag

Op welk eiland is Napoleon gestorven?
A
Elba
B
Sint-Helena
C
Corsica
D
Sicilië

Slide 30 - Quizvraag

Leerdoelen 
  • Je kunt uitleggen hoe de Franse Revolutie eindigde
  • Je kunt uitleggen welke ideeën van de revolutie Napoleon over Europa verspreidde
  • Je kunt uitleggen dat de nieuwe ideeën over vrijheid en gelijkheid pas na enige tijd zorgden voor afschaffing van de slavernij in de koloniën  

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slavernij
  • Ideeën Franse revolutie (vrijheid en gelijkheid) zorgden voor onrust.
  • Toch bleef de slavernij nog lang --> Leverde veel geld op.

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide


Op de plantages

  • Tot slaaf gemaakten moesten hard werken onder vreselijke omstandigheden
  • Regelmatig werden ze mishandeld en/of misbruikt
  • Ze werden gebrandmerkt, net zoals dat bij vee gebeurt. Hiermee kon iedereen zien wie de eigenaar van de tot slaaf gemaakte was
  • De meeste plantagehouders hadden blanke opzichters in dienst, maar er waren ook zwarte opzichters: de basja’s








Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide


Opstanden

  • Slavenopstanden kwamen maar weinig voor. Dit kwam omdat:
  1. de slavenhouders de tot slaaf gemaakten geboeid hadden
  2. de slavenhouders goed bewapend waren
  3. de tot slaaf gemaakten uit verschillende delen van Afrika kwamen en elkaar daardoor niet goed begrepen. Ze konden zich daardoor niet organiseren
  4. sommigen bewust voor de dood kozen bijvoorbeeld door verhongering








Slide 38 - Tekstslide

Abolitionisme
  • beweging tegen de slavernij

  • Geïnspireerd door de Verlichting

  • Rationalisme en slavernij gingen niet samen 

  • 1787: Society for the Abolition of Slave Trade 

Slide 39 - Tekstslide

1791  Haïtiaanse revolutie
De grootste tot slaafgemaakte revolutie
De Haïtiaanse Revolutie (1791—1804) was een slavenopstand in de toenmalige Franse kolonie Saint-Domingue en leidde tot de vrije zwarte republiek Haïti. Een van de oorzaken voor deze opstand was de Franse Revolutie. De opstand slaagde doordat er een overmacht van vijftien keer zoveel tot slaafgemaakte als kolonisten was. Daarnaast kwamen de Fransen ook in een oorlog met Groot-Brittannië en Spanje terecht. De revolutie bestond uit twee oorlogen.

Slide 40 - Tekstslide

Afschaffing slavernij
Engeland 
  1833

Slide 41 - Tekstslide

    1863
Afschaffing slavernij door Holland

Slide 42 - Tekstslide

De afschaffing van de slavernij

Slide 43 - Tekstslide

Slide 44 - Video

Huiswerk 
Lezen van paragraaf 6.3 stukken tekst op bladzijde 156 en 157 

Maken in je digitale werkboek van paragraaf 6.3 vraag 7 t/m 11 

Slide 45 - Tekstslide